David Hart draws first blood in opening race
(voor Nederlands even naar beneden scrollen)
The 38th Historic Zandvoort Trophy kicked off the 2014 series for the competitors in the Dutch Championship for historic touring cars and GT’s. A healthy 40 cars on the grid bodes well for the oncoming season. David Hart was fastest on the track during the entire weekend in his AC Cobra, but only managed to win one out of two races.
On saturday afternoon Hart resolutely took the lead at the wheel of his roaring V8 powered snake. Roman Caresani tried to hang on in the sleek Porsche 904, but had to relinquish several seconds per lap. Next up was Alexander Schlüchter in the Lotus who was also just unable to stay in touch. A race-long battle went on for fourth place between Martin Bijleveld, Norbert Gross, Armand Adriaans and Jos Stevens. Adriaans finally took fourth in his Shelby Mustang, helped by the furious battle between Bijleveld and Gross in their Ford Falcons. Jos Stevens’ tiny Lotus Elan was nearly crushed between the big Fords, but he managed to get ahead of them both. Bijleveld finally won the big touring car class, not entirely without battle scars though. In GTS11, Richard Evans beat the Porsches in his Marcos 1800, while Bert du Toy van Hees (Lotus Elite) was victorious in the small GT class. In touring cars, Leo Landman (Lotus Cortina) won CT08 while René de Vries (Mini Cooper S) conquered the small class.
Sunday’s race started out a reprise of the previous one, until Hart received a flag signal for excessive noise. He slowed down a bit, but didn’t pull into the pits. This left the clerk of the course no other option than to black flag him. Caresani was thus handed the win, ahead of a hard charging Schlüchter, who was 7 seconds behind at the finish. Old hand Hans Hugenholtz had been forced to sit out the first race due to a technical infringement on his Shelby Mustang that couldn’t be corrected in time. He had his revenge on sunday, charging into third place from the back of the grid on the circuit designed by his late father. Next up were Adriaans and Stevens, while Norbert Gross was best of the Falcons on this occasion. Theo van Gammeren was victorious in GTS11 in his Porsche 911, after Evans had damaged his Marcos in a collision. Landman and Du Toy van Hees won their classes again, but the battle of the Mini’s fell to Roger Ebdon this time. Volle bak bij openingsraces NK HTGT
De Historische Zandvoort Trofee opende het seizoen van het Nederlands kampioenschap voor historische toerwagens en GT’s. De eerste race komt voor een aantal deelnemers altijd te vroeg, zelfs al is hij pas in mei. Desondanks stonden er 44 auto’s op de startlijst en verschenen er 40 daadwerkelijk op het asfalt, een prima score. Zoals we van het NK HTGT gewend zijn, was dit het grootste startveld van het evenement.
Kwalificatie
De mooiste nieuwe auto was de Mini van Nico van Velsen, die in de kwalificatie meteen een strakke derde tijd in de klasse op de klokken zette, voor de Abarth van Jasper Izaks en Ron Verzijlbergen, die voor 2014 bij de Mini’s is ingedeeld. Daarmee was CT07/08 meteen de best bezette klasse met maar liefst 8 auto’s. Ook Dirk Waaijenberg heeft een fraaie nieuwe auto, een blauwe Ford Falcon, waar hij nog wel aan moest wennen want dat rijdt heel anders dan een Mustang, zo vertelde hij. En dan was er een kleine Austin Healey Sprite, bestuurd door Alexandra Auer. Het racertje had vier jaar stilgestaan en toonde zich nogal temperamentvol, maar ze wist uiteindelijk toch 8 rondjes te rijden in de kwalificatie. Ook de kleine GT-klassen zijn voor 2014 samengevoegd waardoor Alexandra het moest opnemen tegen Horst Kükemuller met zijn Alfa Giulietta, Michel Lombard met de Alpine A110 en Bert du Toy van Hees in de Lotus Elite.
Na twintig minuten kwalificatie was het David Hart met de AC Cobra die bovenaan de beeldschermen stond met een tijd van 2:01,752 zijn. Op twee seconden volgde Roman Caresani in de zescilinder Porsche 904 en daar weer 1,8 seconden achter kwam Hans Hugenholtz in een Shelby Mustang. Alexander Schlüchter (Lotus Elan) was de snelste vierpitter op plaats vier en Norbert Gross (Ford Falcon) de eerste toerwagen op plaats vijf. Richard Evans gaf met zijn Marcos de Porsches in GTS11 het nakijken. Snelste bij de Mini’s was René de Vries, terwijl Leo Landman zijn Lotus Cortina concurrenten compleet deklasseerde. En wie had er weer pech? Het was Frank Romo, maar hij kon zijn gebroken aandrijfas gelukkig bijtijds voor de middagrace vervangen. Ook in het Hugenholtz-kamp moest er gesleuteld worden, want onder de kap van de Shelby hadden de keurmeesters een MSD-kastje gespot, en die bestonden in 1965 nog niet. De opdracht luidde derhalve: back to basics. Het lukte helaas niet bijtijds om de V8 ouderwets te laten vonken, waardoor de derde startplaats leegbleef. Ook de plek van Rhea Sautter bleef open, nadat zij buiten haar schuld betrokken was geraakt bij een startcrash in de voorafgaande MG-Triumph Competitions race, met flinke schade aan haar Jaguar E-type tot gevolg.
Race 1: Hart dominant
Voor de verandering was er sprake van een rollende start, een keuze van de organisatie om het geluidsniveau wat omlaag te krijgen. Dat verliep allemaal keurig netjes, waarbij Martin Bijleveld de slimste was: hij kwam vanaf de achtste startplaats als derde over de streep. Alexandra Auer’s kikkeroog had alweer last van een kokende motor, maar vanuit de pits kon ze toch de achtervolging inzetten.
Hart sloeg meteen een gat met een paar ronden in 2:01, een tempo dat Caresani niet kon volgen. Schlüchter maakte aan het eind van de eerste ronde korte metten met Bijleveld, maar kon op zijn beurt de Porsche 904 niet bijbenen, waarmee de ereplaatsen verdeeld waren. De echte strijd zou gaan om plaats vier, tussen Bijleveld en Gross in hun Ford Falcons, Armand Adriaans in de Shelby Mustang en Jos Stevens, die dit seizoen niet in de bekende blauwe Lotus Elan rijdt, maar in de oranje ex-Du Toy van Hees versie.
Van Onno Vlaanderen zijn we wel een rookpluimpje gewend, maar in dit geval was het meer dan gebruikelijk en hij moest de Apal-Porsche dan ook na twee ronden parkeren. Ook Jochem Kentgens had een probleem, zijn pechreeks van vorig jaar ging onverminderd voort: na slechts twee ronden kwam hij aan de sleepkabel de pits in. Een vastgeslagen differentieel zorgde voor een gebroken steekas, waarbij hij nog geluk had dat er in de snelle Luyendijk-bocht geen wiel afliep.
Richards Evans had het intussen aan de stok met de Dirk Waaijenberg en Frits Campagne in hun Ford Falcons, terwijl even verderop de Zweed Lars Bondesson in zijn Lotus Elan in gevecht was met Jac Meeuwissen in de Austin Healey. Niet veel later was hij er voorbij toen Meeuwissen zijn auto stilzette met een kapotte koppakking. Daarmee was de hele LB Racing equipe uitgeschakeld.
Roger Ebdon reed dit weekend niet in een oranje maar in een crèmekleurige Mini. Daarop stond ook de naam van Desire Wilson, de ex-F1 pilote die in het verleden de nodige races op Zandvoort heeft gewonnen. Helaas was zij er niet bij, Roger reed solo. Hij had het naar zijn zin op de gladde baan, maar kon René de Vries net niet bijhalen. Verderop in de kleine klasse had Frank Romo intussen de snelheid gevonden en streed met Mini-collega Patrick van Thiel.
Na drie ronden werd het qua banden alweer minder voor de Ford Falcon-rijders en Bijleveld was de eerste die daar last van kreeg. Hij moest Gross voorbij laten en kwam onder vuur te liggen van Adriaans die op zijn beurt Stevens in zijn kielzog had. In de zesde ronde wist Adriaans erlangs te komen, maar Bijleveld pakte hem weer terug, terwijl Stevens even wijselijk afwachtte. Een ronde later was Adriaans er definitief voorbij. Huib Mars (Austin Healey) was de locomotief van een treintje met de Porsches van Chris Mulder en Theo van Gammeren. Van Gammeren had het in de kwalificatie rustig aan gedaan vanwege een nieuwe motor, maar nu werd er weer voluit getrapt. Mulder liet zich de kaas echter niet van het brood eten.
Inmiddels was Hart de eerste achterblijvers aan het lappen en lag hij 15 seconden voor op Caresani, die op zijn beurt 15 seconden had op Schlüchter. Gross zag Adriaans langzaam groter worden in zijn spiegel, terwijl Bijleveld Stevens juist niet in zijn spiegel kon zien, want die zat namelijk op zijn bumper. Frank Romo had het naar zijn zin, hij had de beide Lotus Cortinas van Gerrit Jan van Leenen en Alex Korle te pakken genomen. Bert du Toy van Hees was in gevecht met Erwin van Lieshout in de grijze Porsche 911, waardoor Edwin Dijkman (MGB) en Bob Stevens (Triumph TR4) konden aanhaken.
De race raakte nu in zijn eindfase en Bijleveld’s banden waren op, maar ook die van Gross, die strak had geprobeerd te rijden, verloren hun grip. Adriaans ging aan de groene Falcon van de Duitser voorbij en Stevens passeerde Bijleveld.
Na 13 ronden was het David Hart die als winnaar werd afgevlagd, met een straatlengte voorsprong op Caresani en twee straatlengten op Schlüchter. Adriaans werd vierde voor Stevens, die Gross had ingepakt. De rondetijden van Gross waren compleet gekelderd en Bijleveld reed het gat dicht, letterlijk en figuurlijk. Zijn inhaalmanoeuvre ging niet helemaal volgens het boekje en er kwamen twee gehavende Falcons over de finish, Bijleveld voorop. Waaijenberg en Campagne completeerden de Falcon-optocht. Bondesson werd tiende, na contact met Leo Landman’s Lotus Cortina. Landman ging daarna van het gas, hij gaf de voorkeur aan winst in CT08 boven een plek in de top-10. Richard Evans won GTS11, voor Mulder en van Gammeren. Bert du Toy van Hees won in de kleine GT-klasse, voor Michel Lombard met de Alpine. Bij de kleine toerwagens was de winst voor René de Vries, voor Ebdon, Klaas Span en Bert Mets. Jasper Izaks had zijn Abarth met problemen in de pits moeten zetten en Frank Romo kwam met een erg ongezond klinkende Mini over de streep, maar hij won het nog net van vanThiel.
Race 2: Caresani profiteert
Bij een rollende start komt de trekkracht van een V8 goed van pas en het was dan ook David Hart die als leider de Tarzanbocht inging. Ook Jaap van de Ende en Dirk Waaijenberg hadden een snelle start met hun Falcons, Norbert Gross zat daarentegen te slapen. Bij René de Vries verliep de start nog minder voorspoedig en het was Roger Ebdon die meteen een flinke voorsprong inde Mini/Abarth-klasse pakte, met Bert du Toy van Hees, Huib Mars en Erwin van Lieshout als veilige buffer ertussen.
Hans Hugenholtz was achteraan gestart en het was duidelijk dat de Shelby GT350 met een ouderwetse ontsteking en een gemotiveerde bestuurder behoorlijk hard liep, want na twee ronden bereikte hij de top-10. Gross was inmiddels Waaijenberg gepasseerd en Jos Stevens zat met zijn Lotus Elan in de sandwich tussen de groene Falcon en het oranje exemplaar van Jaap van der Ende.
Bij de Porsche 911’s was Theo van Gammeren Chris Mulder te snel afgeweest. Hij ging de strijd aan met Leo Landman in de Lotus Cortina, in een poging de snelle Marcos van Evans te achterhalen. Dat laatste kostte hem uiteindelijk weinig moeite, want de ronde erop was er contact tussen de Marcos en de Lotus van Bondesson, waarbij Evans een het kortste eind trok en zijn race in een sterk gereduceerd tempo moest voortzetten.
Vooraan was Hart weer aan een voorsprong aan het bouwen, terwijl Schlüchter trapte voor wat hij waard was en er min of meer in slaagde om de aansluiting met Caresani te behouden. Adriaans was los van het drietal van de Ende-Gross-Stevens, waarbij Stevens de beide kemphanen maar even liet begaan. Daarachter kwam Hugenholtz al opzetten. Elders in het veld werd er stevig geknokt in een hele groep onder leiding van Ebdon, voor Mars, van Lieshout, Du Toy van Hees, Michel Oprey (Shelby Mustang), Bob Stevens, de Vries en Dijkman.
In ronde vier was Gross voorbij van de Ende en Hugenholtz langs Jos Stevens. Ebdon met zijn kleine Mini moest zijn meerdere erkennen in de Healey van Mars en de Porsche van Van Lieshout, terwijl Bob Stevens en Michel Oprey voorbij gingen aan Bert du Toy van Hees. De andere Bert, Bert Mets in zijn groene Mini Cooper, streed ondertussen met Michel Lombard in de Alpine.
Vooraan leek de race erg op die van de dag ervoor, totdat Hart in de zesde een vlag getoond kreeg voor een te hoge geluidproductie. Hij minderde snelheid ter hoogte van het meetpunt, maar kwam niet naar de pits. Zodoende kon de wedstrijdleiding niets anders doen dan na drie meatballs de zwarte vlag tevoorschijn halen en hem diskwalificeren. Hugenholtz was intussen de beide Falcons voorbij en Van der Ende had iets moeten lossen van Gross, wat het signaal was voor Jos Stevens om de aanval in te zetten. In het middenveld was Huib Mars aan het oprukken, terwijl Roger Ebdon juist wat terugzakte en gepasseerd werd door Du Toy van Hees. René de Vries zag zijn kans en ging Bob Stevens voorbij, zodat alleen de MGB van Dijkman hem nog scheidde van klasseleider Ebdon. Leuke strijd was er ook tussen Alex Korle in de Lotus Cortina en Klaas Span in de Morris Cooper.
De geluidmeter draaide overuren want nu kreeg ook Oprey een meatball getoond, alleen kwam hij wel binnen. Ook Frans van Maarschalkerwaart zocht de pits op met zijn Shelby Mustang. De resterende Shelby’s wisselden ondertussen op de baan van plaats, want Hugenholtz ging probleemloos voorbij aan Adriaans.
Op driekwart van de race was Jos Stevens nu ook Norbert Gross voorbij, maar de tijd was te kort om nog Naar Armand Adriaans toe te rijden. Bob Stevens in de TR4 wisselde intussen stuivertje met Edwin Dijkman in de MGB, terwijl ook het duo Ebdon-de Vries zich in deze contreien ophield, vechtend om de winst in CT06/07. Nu hij eindelijk de aansluiting had, was René de Vries extra gemotiveerd om de winst te pakken, maar het liep mis toen hij bij het aanremmen van de S-bocht in de grindbak terecht kwam. De oude vos Ebdon zag het in zijn spiegeltje ongetwijfeld geamuseerd aan. Bij post 15 hadden ze het er maar druk mee, want daar parkeerde ook Gerrit Jan van Leenen zijn Lotus Cortina met een afgelopen v-snaar.
Na 25 minuten en 18 seconden was het Roman Caresani in de Porsche 904/6 die als winnaar werd afgevlagd. De snaarstrak rijdende Schlüchter had de achterstand weten te beperken tot 6,9 seconden. Hans Hugenholtz mocht de derde podiumplek beklimmen. Armand Adriaans werd vierde, maar was wel de man die de beste zaken deed in de stand om het kampioenschap. In elk geval tot de Historische Assen Trofee in juli mag hij zich de leider in het NK noemen! Jos Stevens finishte op plek vijf, voor de Falcon-trein bestaande uit Norbert Gross, Jaap van de Ende, Dirk Waaijenberg (die v.d. Ende aan de finish tot op 0,8 seconde genaderd was) en regerend kampioen Frits Campagne. Bondesson en Landman maakten de top-10 vol. GTS11 was een Porsche feestje met als winnaar Theo van Gammeren, voor Mulder en Van Lieshout, terwijl Bert du Toy van Hees opnieuw maximaal scoorde bij de kleine GT’s, voor Lombard en Alexandra Auer. Bij de Mini’s won Ebdon, de Vries was tweede en Bert Mets was zeer tevreden met zijn derde plaats na een probleemloze race.