David Hart draws first blood in opening race

(voor Nederlands even naar beneden scrollen)

The 38th Historic Zandvoort Trophy kicked off the 2014 series for the competitors in the Dutch Championship for historic touring cars and GT’s. A healthy 40 cars on the grid bodes well for the oncoming season. David Hart was fastest on the track during the entire weekend in his AC Cobra, but only managed to win one out of two races.
On saturday afternoon Hart resolutely took the lead at the wheel of his roaring V8 powered snake. Roman Caresani tried to hang on in the sleek Porsche 904, but had to relinquish several seconds per lap. Next up was Alexander Schlüchter in the Lotus who was also just unable to stay in touch. A race-long battle went on for fourth place between Martin Bijleveld, Norbert Gross, Armand Adriaans and Jos Stevens. Adriaans finally took fourth in his Shelby Mustang, helped by the furious battle between Bijleveld and Gross in their Ford Falcons. Jos Stevens’ tiny Lotus Elan was nearly crushed between the big Fords, but he managed to get ahead of them both. Bijleveld finally won the big touring car class, not entirely without battle scars though. In GTS11, Richard Evans beat the Porsches in his Marcos 1800, while Bert du Toy van Hees (Lotus Elite) was victorious in the small GT class. In touring cars, Leo Landman (Lotus Cortina) won CT08 while René de Vries (Mini Cooper S) conquered the small class.
Sunday’s race started out a reprise of the previous one, until Hart received a flag signal for excessive noise. He slowed down a bit, but didn’t pull into the pits. This left the clerk of the course no other option than to black flag him. Caresani was thus handed the win, ahead of a hard charging Schlüchter, who was 7 seconds behind at the finish. Old hand Hans Hugenholtz had been forced to sit out the first race due to a technical infringement on his Shelby Mustang that couldn’t be corrected in time. He had his revenge on sunday, charging into third place from the back of the grid on the circuit designed by his late father. Next up were Adriaans and Stevens, while Norbert Gross was best of the Falcons on this occasion. Theo van Gammeren was victorious in GTS11 in his Porsche 911, after Evans had damaged his Marcos in a collision. Landman and Du Toy van Hees won their classes again, but the battle of the Mini’s fell to Roger Ebdon this time. Volle bak bij openingsraces NK HTGT
De Historische Zandvoort Trofee opende het seizoen van het Nederlands kampioenschap voor historische toerwagens en GT’s. De eerste race komt voor een aantal deelnemers altijd te vroeg, zelfs al is hij pas in mei. Desondanks stonden er 44 auto’s op de startlijst en verschenen er 40 daadwerkelijk op het asfalt, een prima score. Zoals we van het NK HTGT gewend zijn, was dit het grootste startveld van het evenement.
Kwalificatie
De mooiste nieuwe auto was de Mini van Nico van Velsen, die in de kwalificatie meteen een strakke derde tijd in de klasse op de klokken zette, voor de Abarth van Jasper Izaks en Ron Verzijlbergen, die voor 2014 bij de Mini’s is ingedeeld. Daarmee was CT07/08 meteen de best bezette klasse met maar liefst 8 auto’s. Ook Dirk Waaijenberg heeft een fraaie nieuwe auto, een blauwe Ford Falcon, waar hij nog wel aan moest wennen want dat rijdt heel anders dan een Mustang, zo vertelde hij. En dan was er een kleine Austin Healey Sprite, bestuurd door Alexandra Auer. Het racertje had vier jaar stilgestaan en toonde zich nogal temperamentvol, maar ze wist uiteindelijk toch 8 rondjes te rijden in de kwalificatie. Ook de kleine GT-klassen zijn voor 2014 samengevoegd waardoor Alexandra het moest opnemen tegen Horst Kükemuller met zijn Alfa Giulietta, Michel Lombard met de Alpine A110 en Bert du Toy van Hees in de Lotus Elite.
Na twintig minuten kwalificatie was het David Hart met de AC Cobra die bovenaan de beeldschermen stond met een tijd van 2:01,752 zijn. Op twee seconden volgde Roman Caresani in de zescilinder Porsche 904 en daar weer 1,8 seconden achter kwam Hans Hugenholtz in een Shelby Mustang. Alexander Schlüchter (Lotus Elan) was de snelste vierpitter op plaats vier en Norbert Gross (Ford Falcon) de eerste toerwagen op plaats vijf. Richard Evans gaf met zijn Marcos de Porsches in GTS11 het nakijken. Snelste bij de Mini’s was René de Vries, terwijl Leo Landman zijn Lotus Cortina concurrenten compleet deklasseerde. En wie had er weer pech? Het was Frank Romo, maar hij kon zijn gebroken aandrijfas gelukkig bijtijds voor de middagrace vervangen. Ook in het Hugenholtz-kamp moest er gesleuteld worden, want onder de kap van de Shelby hadden de keurmeesters een MSD-kastje gespot, en die bestonden in 1965 nog niet. De opdracht luidde derhalve: back to basics. Het lukte helaas niet bijtijds om de V8 ouderwets te laten vonken, waardoor de derde startplaats leegbleef. Ook de plek van Rhea Sautter bleef open, nadat zij buiten haar schuld betrokken was geraakt bij een startcrash in de voorafgaande MG-Triumph Competitions race, met flinke schade aan haar Jaguar E-type tot gevolg.
Race 1: Hart dominant
Voor de verandering was er sprake van een rollende start, een keuze van de organisatie om het geluidsniveau wat omlaag te krijgen. Dat verliep allemaal keurig netjes, waarbij Martin Bijleveld de slimste was: hij kwam vanaf de achtste startplaats als derde over de streep. Alexandra Auer’s kikkeroog had alweer last van een kokende motor, maar vanuit de pits kon ze toch de achtervolging inzetten.
Hart sloeg meteen een gat met een paar ronden in 2:01, een tempo dat Caresani niet kon volgen. Schlüchter maakte aan het eind van de eerste ronde korte metten met Bijleveld, maar kon op zijn beurt de Porsche 904 niet bijbenen, waarmee de ereplaatsen verdeeld waren. De echte strijd zou gaan om plaats vier, tussen Bijleveld en Gross in hun Ford Falcons, Armand Adriaans in de Shelby Mustang en Jos Stevens, die dit seizoen niet in de bekende blauwe Lotus Elan rijdt, maar in de oranje ex-Du Toy van Hees versie.
Van Onno Vlaanderen zijn we wel een rookpluimpje gewend, maar in dit geval was het meer dan gebruikelijk en hij moest de Apal-Porsche dan ook na twee ronden parkeren. Ook Jochem Kentgens had een probleem, zijn pechreeks van vorig jaar ging onverminderd voort: na slechts twee ronden kwam hij aan de sleepkabel de pits in. Een vastgeslagen differentieel zorgde voor een gebroken steekas, waarbij hij nog geluk had dat er in de snelle Luyendijk-bocht geen wiel afliep.
Richards Evans had het intussen aan de stok met de Dirk Waaijenberg en Frits Campagne in hun Ford Falcons, terwijl even verderop de Zweed Lars Bondesson in zijn Lotus Elan in gevecht was met Jac Meeuwissen in de Austin Healey. Niet veel later was hij er voorbij toen Meeuwissen zijn auto stilzette met een kapotte koppakking. Daarmee was de hele LB Racing equipe uitgeschakeld.
Roger Ebdon reed dit weekend niet in een oranje maar in een crèmekleurige Mini. Daarop stond ook de naam van Desire Wilson, de ex-F1 pilote die in het verleden de nodige races op Zandvoort heeft gewonnen. Helaas was zij er niet bij, Roger reed solo. Hij had het naar zijn zin op de gladde baan, maar kon René de Vries net niet bijhalen. Verderop in de kleine klasse had Frank Romo intussen de snelheid gevonden en streed met Mini-collega Patrick van Thiel.
Na drie ronden werd het qua banden alweer minder voor de Ford Falcon-rijders en Bijleveld was de eerste die daar last van kreeg. Hij moest Gross voorbij laten en kwam onder vuur te liggen van Adriaans die op zijn beurt Stevens in zijn kielzog had. In de zesde ronde wist Adriaans erlangs te komen, maar Bijleveld pakte hem weer terug, terwijl Stevens even wijselijk afwachtte. Een ronde later was Adriaans er definitief voorbij. Huib Mars (Austin Healey) was de locomotief van een treintje met de Porsches van Chris Mulder en Theo van Gammeren. Van Gammeren had het in de kwalificatie rustig aan gedaan vanwege een nieuwe motor, maar nu werd er weer voluit getrapt. Mulder liet zich de kaas echter niet van het brood eten.
Inmiddels was Hart de eerste achterblijvers aan het lappen en lag hij 15 seconden voor op Caresani, die op zijn beurt 15 seconden had op Schlüchter. Gross zag Adriaans langzaam groter worden in zijn spiegel, terwijl Bijleveld Stevens juist niet in zijn spiegel kon zien, want die zat namelijk op zijn bumper. Frank Romo had het naar zijn zin, hij had de beide Lotus Cortinas van Gerrit Jan van Leenen en Alex Korle te pakken genomen. Bert du Toy van Hees was in gevecht met Erwin van Lieshout in de grijze Porsche 911, waardoor Edwin Dijkman (MGB) en Bob Stevens (Triumph TR4) konden aanhaken.
De race raakte nu in zijn eindfase en Bijleveld’s banden waren op, maar ook die van Gross, die strak had geprobeerd te rijden, verloren hun grip. Adriaans ging aan de groene Falcon van de Duitser voorbij en Stevens passeerde Bijleveld.
Na 13 ronden was het David Hart die als winnaar werd afgevlagd, met een straatlengte voorsprong op Caresani en twee straatlengten op Schlüchter. Adriaans werd vierde voor Stevens, die Gross had ingepakt. De rondetijden van Gross waren compleet gekelderd en Bijleveld reed het gat dicht, letterlijk en figuurlijk. Zijn inhaalmanoeuvre ging niet helemaal volgens het boekje en er kwamen twee gehavende Falcons over de finish, Bijleveld voorop. Waaijenberg en Campagne completeerden de Falcon-optocht. Bondesson werd tiende, na contact met Leo Landman’s Lotus Cortina. Landman ging daarna van het gas, hij gaf de voorkeur aan winst in CT08 boven een plek in de top-10. Richard Evans won GTS11, voor Mulder en van Gammeren. Bert du Toy van Hees won in de kleine GT-klasse, voor Michel Lombard met de Alpine. Bij de kleine toerwagens was de winst voor René de Vries, voor Ebdon, Klaas Span en Bert Mets. Jasper Izaks had zijn Abarth met problemen in de pits moeten zetten en Frank Romo kwam met een erg ongezond klinkende Mini over de streep, maar hij won het nog net van vanThiel.
Race 2: Caresani profiteert
Bij een rollende start komt de trekkracht van een V8 goed van pas en het was dan ook David Hart die als leider de Tarzanbocht inging. Ook Jaap van de Ende en Dirk Waaijenberg hadden een snelle start met hun Falcons, Norbert Gross zat daarentegen te slapen. Bij René de Vries verliep de start nog minder voorspoedig en het was Roger Ebdon die meteen een flinke voorsprong inde Mini/Abarth-klasse pakte, met Bert du Toy van Hees, Huib Mars en Erwin van Lieshout als veilige buffer ertussen.
Hans Hugenholtz was achteraan gestart en het was duidelijk dat de Shelby GT350 met een ouderwetse ontsteking en een gemotiveerde bestuurder behoorlijk hard liep, want na twee ronden bereikte hij de top-10. Gross was inmiddels Waaijenberg gepasseerd en Jos Stevens zat met zijn Lotus Elan in de sandwich tussen de groene Falcon en het oranje exemplaar van Jaap van der Ende.
Bij de Porsche 911’s was Theo van Gammeren Chris Mulder te snel afgeweest. Hij ging de strijd aan met Leo Landman in de Lotus Cortina, in een poging de snelle Marcos van Evans te achterhalen. Dat laatste kostte hem uiteindelijk weinig moeite, want de ronde erop was er contact tussen de Marcos en de Lotus van Bondesson, waarbij Evans een het kortste eind trok en zijn race in een sterk gereduceerd tempo moest voortzetten.
Vooraan was Hart weer aan een voorsprong aan het bouwen, terwijl Schlüchter trapte voor wat hij waard was en er min of meer in slaagde om de aansluiting met Caresani te behouden. Adriaans was los van het drietal van de Ende-Gross-Stevens, waarbij Stevens de beide kemphanen maar even liet begaan. Daarachter kwam Hugenholtz al opzetten. Elders in het veld werd er stevig geknokt in een hele groep onder leiding van Ebdon, voor Mars, van Lieshout, Du Toy van Hees, Michel Oprey (Shelby Mustang), Bob Stevens, de Vries en Dijkman.
In ronde vier was Gross voorbij van de Ende en Hugenholtz langs Jos Stevens. Ebdon met zijn kleine Mini moest zijn meerdere erkennen in de Healey van Mars en de Porsche van Van Lieshout, terwijl Bob Stevens en Michel Oprey voorbij gingen aan Bert du Toy van Hees. De andere Bert, Bert Mets in zijn groene Mini Cooper, streed ondertussen met Michel Lombard in de Alpine.
Vooraan leek de race erg op die van de dag ervoor, totdat Hart in de zesde een vlag getoond kreeg voor een te hoge geluidproductie. Hij minderde snelheid ter hoogte van het meetpunt, maar kwam niet naar de pits. Zodoende kon de wedstrijdleiding niets anders doen dan na drie meatballs de zwarte vlag tevoorschijn halen en hem diskwalificeren. Hugenholtz was intussen de beide Falcons voorbij en Van der Ende had iets moeten lossen van Gross, wat het signaal was voor Jos Stevens om de aanval in te zetten. In het middenveld was Huib Mars aan het oprukken, terwijl Roger Ebdon juist wat terugzakte en gepasseerd werd door Du Toy van Hees. René de Vries zag zijn kans en ging Bob Stevens voorbij, zodat alleen de MGB van Dijkman hem nog scheidde van klasseleider Ebdon. Leuke strijd was er ook tussen Alex Korle in de Lotus Cortina en Klaas Span in de Morris Cooper.
De geluidmeter draaide overuren want nu kreeg ook Oprey een meatball getoond, alleen kwam hij wel binnen. Ook Frans van Maarschalkerwaart zocht de pits op met zijn Shelby Mustang. De resterende Shelby’s wisselden ondertussen op de baan van plaats, want Hugenholtz ging probleemloos voorbij aan Adriaans.
Op driekwart van de race was Jos Stevens nu ook Norbert Gross voorbij, maar de tijd was te kort om nog Naar Armand Adriaans toe te rijden. Bob Stevens in de TR4 wisselde intussen stuivertje met Edwin Dijkman in de MGB, terwijl ook het duo Ebdon-de Vries zich in deze contreien ophield, vechtend om de winst in CT06/07. Nu hij eindelijk de aansluiting had, was René de Vries extra gemotiveerd om de winst te pakken, maar het liep mis toen hij bij het aanremmen van de S-bocht in de grindbak terecht kwam. De oude vos Ebdon zag het in zijn spiegeltje ongetwijfeld geamuseerd aan. Bij post 15 hadden ze het er maar druk mee, want daar parkeerde ook Gerrit Jan van Leenen zijn Lotus Cortina met een afgelopen v-snaar.
Na 25 minuten en 18 seconden was het Roman Caresani in de Porsche 904/6 die als winnaar werd afgevlagd. De snaarstrak rijdende Schlüchter had de achterstand weten te beperken tot 6,9 seconden. Hans Hugenholtz mocht de derde podiumplek beklimmen. Armand Adriaans werd vierde, maar was wel de man die de beste zaken deed in de stand om het kampioenschap. In elk geval tot de Historische Assen Trofee in juli mag hij zich de leider in het NK noemen! Jos Stevens finishte op plek vijf, voor de Falcon-trein bestaande uit Norbert Gross, Jaap van de Ende, Dirk Waaijenberg (die v.d. Ende aan de finish tot op 0,8 seconde genaderd was) en regerend kampioen Frits Campagne. Bondesson en Landman maakten de top-10 vol. GTS11 was een Porsche feestje met als winnaar Theo van Gammeren, voor Mulder en Van Lieshout, terwijl Bert du Toy van Hees opnieuw maximaal scoorde bij de kleine GT’s, voor Lombard en Alexandra Auer. Bij de Mini’s won Ebdon, de Vries was tweede en Bert Mets was zeer tevreden met zijn derde plaats na een probleemloze race.

Alexander Schlüchter secures Dutch Championship at the ‘Ring

(voor Nederlands even naaar beneden scrollen)

German racer Alexander Schlüchter, at the wheel of a Lotus Elan 26R, has won the Dutch Championship for historic touring cars & GT’s. A couple of solid seconds in class at the Saisonfinale on the Nürburgring Grand Prix track were enough to secure the title. His main opponents Dirk Waaijenberg (Ford Falcon Sprint) and the pairing of René de Vries/Jonathan Lewis (Mini Cooper S) lacked the necessary dose of luck. De Vries retired form the first race with a holed radiator. Waaijenberg could not keep up with former champions Norbert Gross and Stephen Perry, both also Ford Falcon mounted. Gross and Perry dominated the first race which was held on a slippery track. Best drive of the race was by Sander van Gils in his Dunlop-shod Lotus Elan, who took the fight to the mighty Ford GT40 of Georg Nolte. In the end he just missed out on the last podium spot.
Van Gils made amends in sunday’s race, on a dry track. The powerful Fords pulled away at first, but as their Avons deteriorated, van Gils managed to overtake them one by one. The Lotus Elan driver took a popular win against the armada of V8’s that characterizes this year’s NK HTGT. De Vries and Lewis were lucky this time: their Cooper S broke down again, but Lewis had eked out enough of an advantage to take the class win. Still, zero points on saturday saw Rob Rappange (Mini Cooper S) pass them in the final results.

Bewogen Finale in de Eifel
Net als in 2014 zou de beslissing in het NK HTGT vallen tijdens de RGB Saisonfinale op de Nürburgring. Vorig jaar gooide de mist roet in het eten en kon slechts één van de twee races verreden worden. Dit jaar was het even spannend, maar konden uiteindelijk alle sessies doorgaan. In de puntentelling waren er uitgaande van twee races nog een flink aantal kanshebbers, maar dan moest er wel aan één voorwaarde worden voldaan: lijstaanvoerder Alexander Schlüchter zou tenminste één keer moeten uitvallen en nul punten scoren. In dat geval hadden Dirk Waaijenberg en Norbert Gross in hun CT10-Ford Falcons nog kansen, evenals het duo René de Vries/Jonathan Lewis en Rob Rappange uit de CT07 Mini-gelederen.
Met ruim 40 inschrijvingen was de startlijst weer goed gevuld. De vrije training gaf een eerste beeld van de krachtverhoudingen. De familie van Gils was weer van de partij, met Sander aan het stuur van de Lotus Elan 26R. Voor de concurrenten in GTS10 is het maar goed dat hij zich slechts enkele weekenden per jaar kan vrijmaken, want hij was niet bij te benen. In de kleine GT-klasse was er ook zo’n snelle jonge hond, Peter Stöhrmann in een Lotus Elite. Daar gaf ook de Austin Healey Kikkeroog van het duo Ardelt/Auer weer acte de présence. De Volvo bleef op stal dit weekend en dat was jammer voor Thomas, want hij pas niet in de Sprite en dus reed Alexandra solo. Leo Landman was weer terug met zijn Lotus Cortina, maar de auto wilde niet lekker lopen en Leo plakte er op zaterdag een briefje “Te Koop” op. Een nieuw gezicht was Frank Depta, in de bekende als altijd doorleefd ogende Derichs-Mustang en ook Thomas Buchbinder had weer ingeschreven in zijn Marcos, maar net als vorig jaar deed hij dat alleen om wat extra te kunnen testen en nam hij geen deel aan de races: best jammer…..
Kwalificatie: volle bak ertegenaan
Naarmate de vrijdag vorderde, nam de bewolking toe en dreigde er een déja-vu: de kwalificatie stond gepland om 16:05. Het zicht werd dramatisch minder en uiteindelijk zou de laatste kwalificatie van de dag afgeblazen worden, maar de NK-deelnemers mochten gelukkig nog gewoon vertrekken. Door de mist werd de baan wel steeds gladder. In een kwalificatie zijn er uiteenlopende strategieën om daarmee om te gaan. De meeste coureurs kozen ervoor om eerst eens rustig te kijken hoeveel grip er nu eigenlijk was en daarna pas voor een tijd te gaan. Maar als het steeds natter en dus gladder wordt, is de baan in het begin juist het snelst en is er ook veel te zeggen voor de tegenovergestelde strategie: proberen direct een snelle tijd te zetten. Dat betekent meteen volle bak ertegenaan en dat gebeurde deze keer helaas letterlijk. Terwijl een groepje van zo’n 5 auto’s in hun eerste rondje rustig door de Veedol S reed, kwam Jaap van der Ende op volle snelheid aangestormd, . maar helaas bleken vijf auto’s er één teveel om veilig voorbij te steken en de Ford Falcon reed achterop de Lotus Elite van Bert du Toy van Hees. Tegen zoveel Detroit Iron was het kleine plastic sportwagentje niet opgewassen en terwijl de Falcon met een losse bumper en gekreukelde grille zijn weg kon vervolgen, zat het raceweekend er voor de Lotus-coureur op. Het was inderdaad glad, we zagen onder meer Bob Stevens, Huib Mars en Jaap van der Ende roteren evenals Ron Verzijlbergen, maar die laatste koos er bewust voor teneinde Jac Meeuwissen’s Healey niet te raken. Na 25 minuten trainen op de natte baan bleek dat verse banden van het alternatieve merk in combinatie met een 4,7 liter V8 de optimale combinatie waren: op de eerste zes plaatsen stonden Fords in de volgorde Gross, Van der Ende, Perry, Waaijenberg, Van Maarschalkerwaart en Campagne. Van der Ende kreeg echter straf voor zijn onbesuisde actie en werd naar de laatste rij verbannen. Goede prestaties waren er van Roland Zoomers die zijn E-type, naar later bleek zelfs met een vastzittende schokdemper, naar P7 trainde. Daarachter volgden Sander van Gils, Richard Evans in de Marcos als snelste man in GTS11 en Marcel van Laarhoven, die echter van de technische controleurs te horen kreeg dat zijn Shelby GT350 niet conform was en dus noodgedwongen de rest van het weekend als toeschouwer aanwezig was. Net buiten de top-10, tweede in GTS11, vonden we de MGB van Mark Dols. Het was in de mist niet zo goed te zien, maar het leek erop of de Kleine Man Dols op minstens drie kussens zat, met zijn hoofd bijna tegen het dak. Beter uitzicht = sneller door de bocht, of was er een andere verklaring? De snelste Mini was die van De Vries/Lewis, geholpen door problemen van de concurrentie: Rob Rappange reed maar een enkel rondje met een niet-werkende koppeling, Timo Span maakte een terugschakelfout en blies de motor op en Roger Ebdon moest wennen aan een andere, verwarrenderwijs Span-grijs gekleurde, auto. Derde in GTS11 en veertiende overall was de sterk rijdende Jochem Kentgens in zijn Morgan +4.
Race 1: Falcon feestje
De zaterdag was grijs, maar wel droog. Voor de start was er sprake van enige stress bij het CSI-team: doen we de stabi los of niet? Roel Korsten liep ondertussen met een frietje over de vooropstelling. De Mustang stond in de aanhanger. De reden? In de kwalificatie werd de motor geplaagd door een onwillige klep en daarom besloot hij erger te voorkomen en de motor te sparen. De Duitse organisatie had gekozen voor een rollende start en toen het licht op groen sprong, was het Stephen Perry die verrassend vanaf de tweede plaats de leiding pakte. Norbert Gross stak echter al direct binnendoor. Bob Stevens zat met zijn Lotus Elan op een mooie binnenwaartse lijn voor de Castrol S. Hij remde op tijd, maar onderschatte het onderstuur dat daarna de kop opstak. Zodoende dwong hij Mark Dols en Jochem Kentgens van de baan. Gelukkig ligt er ter plaatse voldoende asfalt voor het nemen van ontwijkende maatregelen. Het liep allemaal goed af en het hele veld verdween veilig uit het zicht over de heuvel naar de Ford Kurve en de Dunlop Kehre, met het trio Horst Kukemüller (Alfa Giulietta Sprint), Alexandra Auer en Thomas Augustin (Ford Mustang) als hekkensluiters.
Op de droge baan werd hier en daar toch wat afwijkende kwalificatievolgorde al snel hersteld, in de Bit Kurve was de volgorde Gross, Perry, Waaijenberg en daarna Van Maarschalkerwaart. Daarop volgde Georg Nolte in de Ford GT40 met vlak achter hem de gele Lotus Elan van Van Gils, dan Zoomers, voor Campagne en Schlüchter die al meer dan tien plaatsen was opgerukt. Richard Evans had de leiding in GTS11 stevig in handen, hij werd achtervolgd door Jos Stevens in de Lotus Elan en Cees Lubbers in de Ford Falcon, maar Thijs van Gammeren (Porsche 911) en Nico Zonneveld (Morgan) waren wel bezig om naar voren te komen. Bij de kleine toerwagens had René de Vries de leiding, terwijl Roger Ebdon, Rob Rappange en Jasper Izaks streden om de tweede positie. Achterin was het Augustin die na een voorzichtige start op gang kwam, hij haalde Gerrit Jan van Leenen (Lotus Cortina) in.
Achter het Falcon drietal was Nolte intussen langs van Maarschalkerwaart gegaan, maar die haalde hem weer in met een mooie actie buitenom in de Mercedes Arena. Frits Campagne was in gevecht met Jos Stevens. Even verderop was Van der Ende ook met een opmars bezig, hij was Bob Stevens gepasseerd. Zonneveld pakte intussen de tweede plaats in GTS11 over van Dols, met Van Gammeren in de wachtkamer. Achterop het circuit maakte Nolte gebruik van zijn vermogen om Van Maarschalkerwaart af te schudden en Waaijenberg te passeren. René de Vries leek een probleem te hebben, want Ebdon en Rappange zaten ineens op zijn nek.
Gross en Perry waren te ver weg voor Nolte om bij te kunnen halen. Sterker nog, Waaijenberg pakte met een mooie actie binnendoor in de Castrol S de derde plaats weer terug. Van Gils wist op dezelfde plaats Van Maarschalkerwaart te passeren en Van der Ende ging langs Campagne. De Jaguar van Zoomers kreeg intussen steeds meer wegliggingsproblemen en had een hele sliert achter zich hangen, bestaande uit Bo Warmenius (Lotus Cortina), Thijs van Gammeren, Peter Stöhrmann (Lotus Elite), Nico Zonneveld, Rhea Sautter (E-type) en Mark Dols. Lars Bondesson probeerde ook aan te sluiten, maar moest zijn gretigheid bekopen met een spin. Het gevecht om de laatste plaats was ook nog verre van beklonken, Kukemüller zat dicht op de kleine Kikkeroog van Auer.
De ronde erop was het Nolte gelukt om Waaijenberg af te schudden. De blauwe Falcon ging wijd aan het einde van het rechte stuk en ook Van Gils piepte erlangs. Zoomers wist nog steeds de hele trein achter zich te houden, maar moest even later toch de pits opzoeken met een steeds moeilijker sturende Jaguar. Bondesson bevond zich na zijn spin in een sandwich tussen Huib Mars en Edwin Dijkman (MGB) en Augustin rukte weer een plaatsje op door Bert Mets’ Mini Cooper te passeren.
Vooraan waren het nog immer Gross en Perry, terwijl Nolte een Waaijenbergje deed, waardoor van Gils binnendoor de derde plek kon pakken. Van der Ende was nu ook langs Jos Stevens, terwijl Bob Stevens grote moeite had om Frits Campagne te passeren, maar toen dat eenmaal gelukt was ook gelijk Richard Evans te grazen nam.
Er was op vele fronten strijd: tussen Nolte en Van Gils, tussen Schlüchter en Van der Ende, tussen Warmenius, Sautter en Stöhrmann en tussen Mars en Dijkman en ook bij de Mini’s, waar Ebdon nu de leiding had, met de Morgan van Kentgens als buffer naar de Vries en Rappange. Vrijwel tegelijkertijd verloren we nu echter De Vries, die al enkele ronden met een sterk oplopende motortemperatuur had gereden en Bob Stevens, die zonder stroom kwam te staan.
Het gevecht van de race was dat tussen Nolte en Van Gils. Keer op keer vond de kleine Elan in de Mercedes Arena met veel moeite een gaatje om langs de olie sproeiende GT40 te komen, om vervolgens op een recht stuk weer voorbij geblazen te worden. Van der Ende had zijn ultieme tegenstander gevonden in Frans van Maarschalkerwaart en Jos Stevens was aangehaakt bij Alexander Schlüchter. Evans wist Frits Campagne uit te remmen en zat daarmee veilig voor een ultieme aanval van Thijs van Gammeren, terwijl Ebdon er in zijn alternatieve bolide in slaagde om Rappange achter zich te houden.
Intussen had de Rennleiter zijn zwart-wit geblokte vlag uitgerold en was het Gross die maximaal scoorde, op zes seconden gevold door Perry. Sander van Gils kreeg het niet voor elkaar en moest de laatste podiumplaats laten aan Georg Nolte, maar hij won wel overtuigend de GTS-10 klasse. Waaijenberg werd vijfde, Van der Ende was toch zesde, Van Maarschalkerwaart zevende maar wel winnaar in GTS12 en Schlüchter achtste, tweede in GTS10 en daarmee weer een stap dichter bij het kampioenschap. De top-10 werd volgemaakt door Jos Stevens en GTS11-winnaar Richard Evans. Van Gammeren was tweede in die klasse en Nico Zonneveld had wat moeten afhaken maar was toch nog derde. Bij de kleine toerwagens was het Ebdon, op 1,4 seconde voor Rappange met Jasper Izaks in de Fiat Abarth op P3. CT08 werd overtuigend gewonnen door oude rot Warmenius. De kleine GT’s waren voor Stöhrmann, die een straatlengte voorsprong had op Auer en Kukemüller.
Race 2: Van Gils doorbreekt V8 hegemonie
Alle trauma’s van vorig jaar zijn op zondag verdwenen, want: de zon schijnt! Noest sleutelwerk betekent dat ook de drie uitvallers van de voorgaande dag weer van de partij zijn. De gebruikelijke stoelendans is deze keer bescheiden, Theo van G., Ron V. en Jonathan L. zijn de drie die het stuur overnemen, voor de rest zijn de namen hetzelfde als op zaterdag. Helaas is voor Bo Warmenius de race al over voordat hij begint: wanneer hij wil oprijden, blaast er spontaan een bougie uit de cilinderkop.
Bij de start wint Nolte deze keer de sprint, maar Gross en Perry gaan er in de Mercedes Arena langs. Daarna komt van der Ende, voor Van Gils. Bob Stevens probeert het weer drie dik in de Castrol S, nu samen met Huib Mars en Roland Zoomers. Ook deze keer verloopt alles zonder problemen. Achterop zien we Gross voor Perry en Nolte, terwijl Van Gils in de Kumho Kurve de vierde plaats van Van der Ende afpikt. Lewis is snel gestart met de Mini en doet hetzelfde trucje bij Rappange, terwijl de achteraan gestarte Leo Landman voorbij gaat aan Alexandra Auer, maar vervolgens niet van haar wegloopt.
Een ronde later en Van Gils is los van Van der Ende, die Waaijenberg dichterbij ziet komen. Van Maarschakerwaart heeft zijn handen vol aan Schlüchter en Bob Stevens komt naar voren, hij gaat Lars Bondesson voorbij. In de achterhoede van de toerwagens rijdt Bert Mets voor Gerrit Jan van Leenen, terwijl Landman de Mustang van Augustin is gepasseerd. Van Gils heeft nu duidelijk meer snelheid en dringt in de Kumho en de Bit Kurve aan bij Nolte. Inhalen kan daar niet, maar op de rechte stukken weet hij de aansluiting te behouden en zodoende kan hij in de Castrol S laat remmen en binnendoor steken. Vervolgens gebruikt hij de bochtencombinatie van de Mercedes Arena om de GT40 zover los te rijden dat hij ervoor kan blijven. Ten minste, dat is de theorie. Schlüchter weet in de Castrol S Van Maarschalkerwaart te verschalken, Rhea Sautter wordt achtervolgd door Van Gammeren en de aandringende Zonneveld en Opreij leidt met zijn Shelby Mustang een kluwen met Bondesson, Ebdon, de roffelende Mustang van Depta , de oprukkende Zoomers, Dols en de aandringende Lewis. Mets en Van Leenen hebben gezelschap gekregen van Huib Mars. Landman’s Cortina heeft intussen weer kuren en Augustin pakt hem terug.
Helaas voor Van Gils heeft zijn plan niet gewerkt, op start-finish blaast Nolte er weer voorbij. Maar het idee heeft zeker potentie, en dus remt Sander de GT40 gewoon nog een keer uit en probeert het opnieuw. Van Maarschalkerwaart zit nu weer voor Schlüchter, daarna is het Frits Campange die Jos Stevens probeert achter zich te houden. Rhea Sautter is nu in gevecht met Jac Meeuwissen, ze gaan zij-aan-zij door de Mercedes Arena. De Healey heeft echter last van olielekkage die op zijn band terechtkomt en gaat daardoor wijd, wat Bob Stevens in de gelegenheid stelt om aan te haken.
Van Gils heeft het bij de tweede poging wel voor elkaar en is los van de GT40. Richard Evans wordt aangevallen door Cees Lubbers en Bob Stevens is Rhea Sautter voorbij, terwijl Meeuwissen zijn glijdende Austin Healey in bedwang probeert te houden voor de ras naderende Van Gammeren, Zonneveld, Bondesson en Zoomers. Jonathan Lewis is intussen Roger Ebdon voorbij en heeft de leiding in de klasse overgenomen. Daarachter rijdt Mark Dols die flink onder druk wordt gezet door Jochem Kentgens en dan komt pas Rob Rappange, die al enkele ronden in gevecht is met Egbert Kolvoort (MGB)die daardoor de aansluiting met zijn klasse-concurrenten verliest.
Terwijl Van Gils zijn blik op de twee Ford Falcons voor hem kan richten, gaat Nolte opnieuw wijd en glipt ook Jaap van der Ende erlangs. Achter Waaijenberg ontstaat nu een groep van vier: van Maarschalkerwaart, Schlüchter, Campagne en Jos Stevens. Meeuwissen houdt nog steeds stand voor Bondesson en Zoomers, terwijl Zonneveld zijn Morgan voorbij Van Gammeren’s Porsche 911heeft gestuurd. Lewis is nog niet verlost van Ebdon en Dols evenmin van Kentgens, terwijl Van Leenen en Augustin gezelschap hebben gekregen van Ron Verzijlbergen.
Halverwege de race schakelt de actie nog een versnelling hoger. Stephen Perry spint in de Castrol S, waardoor Sander van Gils plaats 2 in de schoot geworpen krijgt. Bob Stevens passeert de Falcon van Lubbers en gaat op jacht naar de Marcos van Evans. Bondesson valt stil en Depta weet hem nog maar net te ontwijken. Landman parkeert zijn slecht lopende Lotus Cortina in de pits, Dijkman verliest alle aandrijving van zijn MGB en ook de Mini van Ebdon geeft de geest. Nolte is Van der Ende weer voorbij gegaan en Jos Stevens weet Frits Campagne te passeren op het moment dat ze Alexandra Auer op een ronde zetten. Meeuwissen spint op zijn eigen olie in de snelle Kumho bocht. Michel Opreij weet in een flits nog net zijn stuur om te gooien, waardoor de schade beperkt blijft tot een voorscherm van de Austin Healey en de neus van de Shelby. Voor Meeuwissen is het einde race, maar Opreij kan verder. Jochem Kentgens jaagt nog steeds op Mark Dols en Thomas Augustin is voorbij aan Gerrit Jan Van Leenen.
Van Gils wordt nu weer bedreigd door Perry, terwijl Nolte zich voor de zoveelste keer verremt en Jaap van der Ende weer profiteert. Cees Lubbers wordt opgejaagd door Rhea Sautter en Peter Stöhrmann junior, terwijl we Huib Mars zien spinnen in de Kumho bocht, ongetwijfeld op de olie van Healey-kompaan Meeuwissen. Lewis lijkt nu iets terug te vallen en heeft Kentgens, die Dols gedold heeft, achter zich aan.
De volgende doorkomst, van Gils is nu los van Perry en heeft de ronde erop aansluiting bij Gross; de banden van de V8’s worden nu duidelijk minder, hun rondetijden lopen op met zo’n 2-3 seconden. Bob Stevens gaat binnendoor bij Lotus Elan-concurrent Thomas Kargus. Cees Lubbers wordt ingehaald door Rhea Sautter, Dols is weer langs Kentgens en Van Leenen is in gevecht met Verzijlbergen.
Met nog één ronde te gaan is het Van Gils gelukt, hij heeft Gross ingehaald. Nolte en Van der Ende zijn er nog steeds niet uit wie de vierde plaats mag bezetten. Lewis is nu teruggevallen achter Dols en Kentgens en gaat even later zelfs helemaal stuk, maar hij heeft de mazzel dat Rob Rappange net gelapt is door de leider, waardoor die niet de kans krijgt een extra rondje te rijden en hem te deklasseren.
Zo eindigt het seizoen 2015 met een mooie overwinning voor Sander van Gils, die laat zien dat de klachten over V8-dominatie niet helemaal gegrond zijn. Oud-kampioenen Gross en Perry worden tweede en derde. Nolte beslist de strijd met Van der Ende in zijn voordeel, daarna volgen Waaijenberg en GTS-12 winnaar Van Maarschalkerwaart. Alexander Schlüchter wordt achtste, tweede in GTS10 en mag zich de kampioen NK HTGT van 2015 noemen. Jos Stevens en Frits Campagne maken de top-10 vol. GTS11 is weer voor Evans, voor Zonneveld en Van Gammeren en Peter Stöhrmann heeft opnieuw ongehoord hard gereden in de kleine Lotus Elite en weer de kleine klasse gewonnen. Rheas Sautter wordt mooi tweede in GTS12, voor E-type concullega Zoomers. CT08 is voor survivor Van Leenen en bij de kleine toerwagens is de volgorde Lewis, Rappange en Mets.

Campagne and Pastorelli share the spoils at Zandvoort

(voor Nederlands even naar beneden scrollen)

Over 50.000 spectators witnessed two thrilling Dutch pre-’66 championship races at the Zandvoort Historic Grand Prix. With 57 cars on track, there was plenty of action in the NK HTGT powered by Visser Contactlenzen.
In saturday’s race, the Corvettes made the headlines. It was Alexander van der Lof who had the best start in the Bizzarrini, but Michiel Campagne soon passed him in the powerful Corvette Grand Sport. Van der Lof then had his hands full holding off polesitter Nicky Pastorelli in the Ferrari 250GT, allowing Campagne to take a relatively easy win. Most impressive performance was by Roeland Voerman, driving the other Corvette. Having started as first reserve in 58th place, Voerman managed to move up to eighth in just thirteen laps. As is customary, the saloon car section was dominated by Norbert Gross in the Ford Falcon. The Mini Cooper-class saw another great battle, Rob Rappange pipping René de Vries at the flag by just 0.03 of a second.
The start of Sunday’s race was fraught, with three Falcons contesting the same piece of tarmac. One clobbered the guardrail, causing a short intervention by the Safety Car. Yelmer Buurman, at the wheel of the Van der Lof-Bizzarrini took the lead, with Pastorelli putting him under pressure. Successfully so, as Buurman ran wide in the fast Scheivlak corner allowing the Ferrari through. Michiel Campagne’s Corvette Grand Sport wasn’t running properly at first, leaving him unable to compete with the two young guns. The big touring car class saw a number of flag-ignoring incident, resulting in time penalties. This handed maximum points to Dirk Waaijenberg. Jonathan Lewis drove a hard race to win the small touring car class. Alexander Schlüchter remains at the head of the championship table, having scored two solid seconds in class. Waaijenberg is second in the standings, ahead of De Vries/Lewis. NK HTGT powered by Visser Contactlenzen @ HGP 2015
De Historic Grand Prix is, hoe je het ook bekijkt, het hoogtepunt van het seizoen. Op Assen zijn er weliswaar meer toeschouwers, maar die zijn minder historisch geïnteresseerd. Bovendien mogen we op de HGP acteren tussen de top van de internationale historische racerij, en dat is natuurlijk geweldig. Waarbij we overigens gerust kunnen constateren dat het NK HTGT (en de HGP) daar gewoon deel van uitmaken. Geen wonder dus dat iedereen erbij wil zijn. Gastrijders waren vader en dochter van der Lof in de Bizzarrini en de Porsche 911, BMW ontwerper Adrian van Hooydonk in een 1800 TIsa en Charles Köhnen in zijn Porsche 356. Andere opvallende zaken op de inschrijflijst: Cees Lubbers nu in een Ford Falcon (hij kocht de auto van Lars Esselius) en Jasper Izaks in de BMW 1800. Dat maakte dit tevens de eerste race in de historie van het NK HTGT zonder Fiat Abarth-deelname. In de categorie “tijd niet gezien” verwelkomden we Bo Warmenius in de Lotus Cortina, Mathijs Bakker in de Ford Falcon, Graham Wilson in de Lotus Elan, Wulf Goetze in de Austin Healey en last but not least Nicky Pastorelli, die samen met Pieter Boel stond ingeschreven op de Ferrari 250 GT. Al met al een hoop werk voor het secretariaat om alles in goede banen te leiden, Egbert liep al op woensdag door de paddock om met een spuitbus de plaatsen te markeren. Ook de keurmeesters, voor de gelegenheid waren dat Harm van der Laan en Bas Lemmens, verdienen weer een pluim voor hun inzet. En nee, zij waren niet degenen die controleerden op het brandvrije ondergoed (waarmee we niet willen zeggen dat dat onzin is, in tegendeel). Kwalificatie
Met 60 auto’s op de inschrijflijst en 58 beschikbare plekken op de grid was drukte op de baan gegarandeerd. Bovendien blijven het oude auto’s en gaat er dus wel eens wat mis. Dat bleek al in de kwalificatie, die na twee ronden moest worden stilgelegd vanwege een groot oliespoor. Natuurlijk stopt dan de klok, maar met een extra outlap is er nog minder tijd om dat ene vrije rondje te vinden en neemt de druk(te) alleen maar toe. Zo kwam Alexander Schlüchter in zijn jacht op een snelle tijd Stephen Perry tegen. De Lotus Elan en de Ford Falcon hebben vrijwel dezelfde kleur, maar de wedstrijdleider pakte de videobeelden erbij en zette de Elan-rijder drie plaatsen terug, van P6 naar P9. Michiel Campagne had al in de tweede ronde de snelste tijd gezet. In eerste instantie leek het erop dat Rob Rappange een Mini Cooper-wereldtijd van 2:01 had gezet, maar de tijdwaarnemers ontdekten al snel dat er nog een nul achter de 11 op de deur van de Corvette Grand Sport stond. Jaap van der Ende was ook tevreden over zijn tijd voordat de rode vlag erin kwam en liet de Falcon verder in de pits staan. Toen het licht weer op groen sprong, was het dringen in de pitstraat om weer de baan op te komen, niet geholpen door het feit dat Mathijs Bakker’s Falcon aangeduwd moest worden, maar wel in de fast lane stond. Alexander van de Lof gaf het stuur van de Bizzarini over aan Yelmer Buurman, die erin slaagde 15/100 van Michiel Campagne’s tijd af te rijden, maar het was Nicky Pastorelli die met 1:58,3 maar liefst drie seconden harder ging en de Ferrari op de pole zette. Norbert Gross’ zette een ongehoord snelle 2:03,5 met de Falcon, vierde overall en als altijd de te kloppen toerwagen. Daarachter was het de strak rijdende Roeland Voerman die de GTS12-Corvette naar de vijfde tijd reed Helaas had hij daar niet veel aan, want als reserverijder zou hij achteraan moeten starten. De top-10 werd volgemaakt door Rob Bergmans in de ISO Rivolta, Georg Nolte in de Ford GT40, Graham Wilson in de Lotus Elan, Jaap van de Ende en Michiel Smits. Hij was de snelste van de Shelby Mustangs, op slechts 5/1000 voor Frans van Maarschalkerwaart. Bij de Mini’s was het duo René de Vries/Jonathan Lewis het snelste, voor Rob Rappange en Bert Mets. Cees Lubbers had last van een aanlopend achterwiel en verzorgde een spectaculaire spin in de Tarzanbocht. Bij de familie Span draaide de Mini van Klaas overuren, want hij werd ook in het GTTC ingezet. Het wilde in de kwalificatie niet zo vlotten en daarom werd besloten tot een motorwissel. Concullega Roger Ebdon stelde hiervoor zijn reserve-krachtbron ter beschikking. In CT08 was Warmenius de baas, op slechts 0,6 seconde gevolgd door Gerrit Jan van Leenen. In CT09 werd er dit weekend om serieuze punten gestreden en was Jasper Izaks de snelste man, ondanks dat er nog wel wat aan de BMW gewerkt moest worden, voor van Hooydonk en Alexandra Auer in de Volvo Amazon. Bij de kleine GT’s gaf Michel Lombard in de Alpine A110 het nakijken aan Bert du Toy van Hees in de Lotus Elite en in GTS11 was Nico Zonneveld in de Morgan +4 ruim 2 seconden sneller dan de concurrentie. Een nieuw record werd gezet door Mark Dols, die zijn derde aandrijfas van het jaar brak.
Race 1
Op het meer dan beschaafde tijdstip van 14:20 op de zaterdagmiddag is het zover: racetime! De vooropstelling staat bommetje vol. Helemaal achteraan vinden we Frits Campagne, die tijdens de kwalificatie niet in actie is gekomen met zijn Ford Falcon, en eerste reserve Roeland Voerman. In de pitstraat wacht Egbert Kolvoort op een mogelijke uitvaller, waarna hij achteraan zal mogen starten met zijn MGB.
Het positioneren op de startgrid verloopt relatief netjes, maar met zo’n groot veld duurt het toch lang voordat de lichten aan en uiteindelijk uit gaan. Het is Alexander van der Lof die als eerste de Tarzanbocht induikt, gevolgd door Michiel Campagne, terwijl polesitter Pastorelli na een tamme start als derde aansluit. Bergmans is snel weg, evenals Mathijs Bakker, die Gross in het vizier heeft. Achterop het circuit is het Michiel Campagne in de bulderende Corvette Grand Sport die de leiding overneemt. Van der Lof krijgt het nu aan de stok met Nicky Pastorelli in de Ferrari 250GT. In GTS11 rijdt Nico Zonneveld nog voorop, maar Richard Evans in de Marcos zit al pal achter hem en ook Michael Koel in de Porsche 911 heeft aansluiting, zij het dat daartussen nog Bob Stevens met de Lotus Elan zit. Bij de Mini’s heeft René de Vries de leiding, voor Bert Mets en Roger Ebdon, terwijl Rob Rappange terrein heeft verloren. De eerste uitvaller is al na 1 ronde een feit: Charles Köhnen zet zijn Porsche 356 in de pits met een kapotte bobine. Dat is niet meteen te herstellen en dus mag Egbert Kolvoort worden losgelaten.
Bij de tweede doorkomst heeft Campagne wat lucht en Van der Lof nog steeds zijn handen vol om de Ferrari voor te blijven. Daarna komt Bergmans. Schlüchter bezet met zijn kleine Lotus Elan plaats vijf, voor Gross, Michiel Smits en Mathijs Bakker. Jos Stevens is Graham Wilson voorbij en Roeland Voerman maakte grote stappen door het veld met de gele Corvette, hij zit al in de top-20. Frits Campagne is op weg naar voren in CT10. Thomas Augustin in de Mustang heeft hij al te pakken en nu is de beurt aan rookie Cees Lubbers. Cees is echter gewend om met BMW’s te racen en vindt dat hij minstens zo laat kan remmen als Frits. De deur gaat een stukje dicht en de twee Falcons duiken naast elkaar de Tarzan in, waarna Frits bijna spint en zijn aanval moet opgeven. Bert Mets heeft de leiding genomen bij de Mini’s, maar De Vries zit er kort op. Verderop is een toerwagenstrijd gaande tussen Timo Span in de Mini, Gerrit Jan van Leenen in de Lotus Cortina en Thomas Augustin in de Ford Mustang.
Ronde 3 en Pastorelli is langs Van der Lof. Hij begint direct rondetijden rond de 2 minuten te rijden om het gat naar de leider te dichten. Achterin de top-10 leidt Frans van Maarschalkerwaart een groepje dat verder bestaat uit Georg Nolte in GT40, Lotus Ean rijders Jos Stevens en Graham Wilson plus de Ford Falcon met Dirk Waaijenberg. Dan volgt Richard Evans, die de leiding in GTS11 heeft overgenomen van Nico Zonneveld. De tweede uitvaller dient zich intussen ook aan en het is wederom een Porsche: Patrick Koel moet de pits opzoeken met de 904/6. Frits Campagne heeft zijn aanval nu beter voorbereid en deze keer kan Cees Lubbers geen weerstand bieden aan zijn uitremactie. Deze heren bevinden zich overigens in een gigantische kluwen van strijdende auto’s met onder meer Lars Bondesson (Lotus Elan), Roel Korsten (Ford Mustang), “Scartie” (Lotus Elan), Jip van Putten (Shelby Mustang), Jasper Izaks (BMW 1800), Wulf Goetze (Healey 3000), Rhea Sautter (deze keer in de Jaguar E-type), het Mini-trio René de Vries, Bert Mets en Rob Rappange en het MGB-duo Mark Dols en Edwin Dijkman. Verderop leidt van Leenen nu Augustin en Span.
Michiel Smits neemt de vierde plaats over van Bergmans die nu onder vuur komt te liggen van Gross. Daarachter is het Mathijs Bakker, voor Schlüchter en verderop Van Maarschalkerwaart in gevecht met Nolte, Waaijenberg en Jos Stevens. Frits Campagne heeft er weer één te pakken, Roel Korsten in de Mustang. René de Vries leidt CT07 nu voor Rappange, met daarachter een sliert in de volgorde Dols, Mets, Dijkman, Goetze, Ebdon, Huib Mars (Healey 3000), Shirley van de Lof (Porsche 911), Michel Lombard en tenslotte Christoff Forell in de Triumph TR4. Van Leenen rijdt nu voor Timo Span die weer langs Augustin is gegaan.
Een bepalende gebeurtenis in de race is het stilvallen van “Scartie”. Hij parkeert zijn Elan links op het asfalt net na Bocht 10. Op zich een veilige plek, maar wel reden om de gele vlag uit te hangen en die wordt niet door iedereen gezien. Michiel Campagne gaat keurig van het gas en dat geeft Pastorelli de kans om aan te sluiten. In de S-bocht (tegenwoordig Hans Ernst bocht geheten) weet Campagne hem net voor te blijven en ook in het drukke verkeer op het rechte stuk houdt hij de leiding. Bergmans moet Gross laten gaan en is druk om Bakker voor te blijven. Nolte rijdt voor Jaap van der Ende en Graham Wilson en Bob Stevens is in de slag met regerend kampioen Armand Adriaans in de Mustang. Nico Zonneveld baalt, hij moet naar de pits met een oud Morgan-probleem dat weer de kop opsteekt, een oververhitte motor.
Campagne heeft nu weer wat lucht voor Pastorelli. Ondertussen hangt op start-finish de meatball uit met het nummer 18 erbij. De baancommisarissen hebben gerapporteerd dat de Mustang van Roel Korsten olielekkage vertoont. Nolte rijdt voor Schlüchter, van der Ende en Wilson, maar Schlüchter valt terug nadat hij de onnavolgbare Nolte probeert uit te remmen. Rappange leidt nu CT07 voor De Vries, maar even later is het alweer andersom. De meatball-kwestie lost zichzelf op, want het differentieel van de Mustang raakt leeg en Roel Korsten parkeert op de Hunserug in het gras.
De wedstrijdleider staat nu klaar met de opgerolde vlag, de klok nadert de 25 minuten en de laatste ronde staat eraan te komen. Pastorelli doet een laatste verwoede poging om het gat dicht te rijden. Nolte is gespind, Schlüchter rijdt nu voor Wilson en Waaijenberg, terwijl Bob Stevens langs Armand Adriaans en Frans van Maarschalkerwaart is gegaan. In de laatste ronde heeft Pastorelli de aansluiting en in de Hans Ernst bocht prikt hij hem er bijna naast, maar Campagne houdt het gat dicht. Bij het uitaccelereren heeft de Ferrari meer tractie en komt naast de Corvette, terwijl het strijdende duo ook nog een paar Shelby’s op een ronde moet zetten. Campagne dendert uiteindelijk met 0,116 seconde voorsprong over de streep. Van der Lof is derde, voor Smits, toerwagenwinnaar Gross, Bergmans en Bakker. Voerman heeft een sterke inhaalrace gereden in de Corvette, hij is van plaats 58 opgerukt naar plaats 8. Van der Ende wordt negende en Waaijenberg maakt de top-10 vol. Bob Stevens heeft in de laatste ronde in een briljante manoeuvre buitenom in de Hans Ernst bocht de strijdende Schlüchter en Wilson verschalkt en komt als eerste Lotus Elan over de finish. GTS11 is voor Evans, de Marcos is voor de verandering heel gebleven, voor het Porsche-trio Michael Koel, Theo van Gammeren en Erwin van Lieshout. Bij de kleine GT’s is Michel Lombard ongenaakbaar. CT09 strijd wordt overtuigend gewonnen door Jasper Izaks en CT08 minstens zo overtuigend door Bo Warmenius. En dan de Mini’s, de dekselse Rappange doet het weer, hij heeft op de streep 0,03 seconde voorsprong op René de Vries. Daarmee is het echter niet gedaan, want zodra de laatste auto is afgevlagd, worden de videobeelden en het brandvrije ondergoed gecontroleerd! Nicky Pastorelli en Bob Stevens blijken tijdens het “Scartie”-incident te hebben ingehaald onder geel en worden bestraft met 20 seconden. Pastorelli zakt zodoende van P2 naar P3, maar behoudt de winst in GTS12. Voor Bob Stevens komt de straf harder aan: keldert van P11 naar P19 en is ineens nog maar vierde in de klasse, achter Wilson, Schlüchter en zijn vader Jos, de man die hij onder geel had ingehaald. Georg Nolte en Maarten Fokke blijken niet de juiste lingerie te dragen, en ook daarvoor worden straffen van 20 seconden opgelegd!
Race 2
Ook op zondag is het weer druk op de vooropstelling. Het lijkt erop dat alle kneuzen weer gerepareerd zijn. De Porsche 356 is er weer klaar voor. Gezien de niet bepaald smaakvolle reclame voor Porsche onderdelen waar de hele auto mee vol is geplakt, mag je verwachten dat er een verse bobine klaarlag. De Porsche 904 staat weer klaar voor Patrick Koel, evenals de Elan van “Scartie”, de Mustang van Roel Korsten en de Morgan +4 van Nico Zonneveld. Ook eerste reserve Roeland Voerman is er weer, klaar om zijn inhaalrace van de dag ervoor te herhalen. Egbert Kolvoort loopt dan ook in zijn gewone kloffie over de vooropstelling, ervan overtuigd dat er geen startplaats voor zal zijn. Pas na enige overreding trekt hij alsnog zijn pak aan, en terecht want Roger Ebdon krijgt een probleem met zijn Mini Cooper en maakt vlak voor het veld de baan opgaat rechtsomkeert. Vanuit de pits mag Egbert dus achter aan de opwarmronde sluiten en deze keer de volledige race rijden.
Bij het oprijden loopt de Corvette Grand Sport al niet lekker en bij de start komt Michiel Campagne slecht weg. Het is Yelmer Buurman in de Bizzarrini die de kop pakt, en ook Nicky Pastorelli en Michiel Smits zijn goed weg. Martin Bijeveld weet dat de start het moment is om Gross aan te pakken en speert naar voren. Mathijs Bakker heeft hetzelfde idee en stuurt van links naar rechts, maar daar arriveert intussen de oranje Falcon. Beide houden het gas erop, maar het past niet. Het is Bakker die aan het kortste eind trekt, achterstevoren gaat en de vangrail toucheert. Gelukkig weten de 50 achteropkomende coureurs het hoofd koel te houden en loopt er verder niemand schade op. Uiteraard zet de wedstrijdleiding de Safety Car in, maar de rommel is snel opgeruimd en het veld wordt na één ronde alweer losgelaten. Ook nu zijn er weer twee Falcon-coureurs die te graag willen, Norbert Gross en Stephen Perry halen voor de streep in en krijgen een bonus van 20 seconden.
Buurman leidt, voor Pastorelli, Smits, Campagne, Bergmans en het Falcon-trio Gross-Waaijenberg-Bijleveld. Dan volgen van Maarschalkerwaart en Adriaans, terwijl Schlüchter en Wilson weer vechten om de leiding in GTS10, want vader en zoon Stevens hebben hun gebruikelijke slechte start gemaakt en zijn in gevecht met Lars Bondesson. In GTS11 leidt Richard Evans, maar de Marcos begint alweer onheilspellend te roken. Bij de Mini’s is het Jonathan Lewis die een buffer van enkele auto’s heeft op Rob Rappange. Bert du Toy van Hees heeft dankzij een goede start de leiding bij de kleine GT’s in handen. De Volvo Amazon wordt nu bestuurd door Thomas Ardelt en die heeft haast, hij is Adrian van Hooydonk en Gerrit Jan van Leenen al voorbij.
Pastorelli rijdt afwachtend, hij houdt de druk erop maar doet nog geen pogingen tot inhalen, in dit vroege stadium kijkt hij nog even de kat uit de boom. De Corvette Grand Sport begint nu weer beter te lopen en Campagne gaat voorbij aan Smits. Schlüchter’s motor begint juist minder te lopen en hij heeft Wilson voorbij moeten laten. In het middenveld is het druk met het Ford-zestal Maarten Fokke, Frits Campagne, Max Boodie, Georg Nolte, Marcel van Laarhoven en Michel Opreij, aangevuld met Michael Koel en Bob Stevens. Jos Stevens heeft nu ook het gaspedaal gevonden en begint op te rukken. Met Harmen van Putten gaat het minder voorspoedig, hij maakt alweer zijn tweede pitstop met de Shelby Mustang. Maar hij kan tenminste weer verder, iets wat niet geldt voor Roeland Voerman, Stephen Perry en ook Maarten Fokke, die alle drie moeten opgeven met een technisch defect.
Pastorelli’s aanpakt werp vruchten af, Buurman heeft een momentje in het Scheivlak, gaat wijd en terwijl de Bizzarrini naast de baan rijdt, kan de Ferrari erlangs glippen. De rest van de top-10 is stabiel, hoewel Wilson wel aandringt bij Adriaans. De grote strijd vindt nog immer plaats in het middenveld, waar Jos Stevens nu is aangehaakt bij Bob, totdat die erin slaagt de Mustang van Boodie te passeren. De Morgan van Zonneveld loopt weer goed, hij is inmiddels bezig de MGB’s en de Triumph te passeren en zal spoedig het territorium der Porsches betreden. Dat wordt beheerst door Michael Koel, voor het strijdende duo Van Lieshout-Van Gammeren, terwijl Shirley van der Lof, die onlangs moeder is geworden, wat scherpte lijkt te missen. Ook Egbert Kolvoort is lekker bezig, hij is al een man of 6 voorbij, waaronder aartsrivaal Gerrit Jan van Leenen, die weer in gevecht is met Timo Span.
Van Maarschalkerwaart wordt nu bedreigd door Wilson, terwijl Bob en Jos Stevens naast elkaar de Hunserug op gaan. Herinneringen uit de jaren ’60 herleven als we Bo Warmenius in de Lotus Cortina zien strijden met Jasper Izaks in de BMW 1800. Bondesson is in de slag met Lubbers en Goetze. Daarachter volgt een peloton aangevoerd door Van Lieshout, die wordt achtervolgd door Dols, van Gammeren, Sautter, Lewis, Dijkman en de oprukkende Korsten. Dan komt Zonneveld, die voorbij is gegaan aan Rappange Ook Van Leenen en Van Hooydonk voeren een Cortina-BMW show op, met dit verschil dat er ook een Mini Cooper (van Timo Span) bij is.
Met nog enkele ronden te gaan is het Frits Campagne die in de aanval gaat bij Schlüchter en Adriaans. Evans’ Marcos is opgehouden met roken en ligt weer op koers voor een klasse-overwinning. Hij heeft Marcel van Laarhoven als veilige buffer naar Michael Koel, die sowieso al zijn handen vol heeft aan Bas Jansen in de Big Healey. Michel Lombard trapt voor wat hij waard is in de Alpine, maar hij zal eerst Christoff Forell, Shirley van der Lof en Bert Mets voorbij moeten, wil hij de leiding in de klasse afpakken van Bert du Toy van Hees.
Aan de finish is het Pastrorelli die bijna zes seconden voorligt op Buurman en dus het Tudor horloge in ontvangst mag gaan nemen. Daarna volgen Campagne, Smits en Bergmans. Gross en Bijleveld komen als eerste toerwagens over de streep, maar krijgen 30 en 20 seconden straf, waardoor Waaijenberg doorschuift maximale punten scoort in CT10. Graham Wilson, Georg Nolte en Frans van Maarschalkerwaart completeren de top-10. In GTS11 wint Evans, Voor Koel en Zonneveld en de kleine klasse is voor Du Toy van Hees. De Mini-eer is voor Lewis, op 6 seconden voor Rappange. Warmenius wint opnieuw de 1600-toerwagenklasse, terwijl Jasper Izaks opnieuw maximaal scoort in de BMW. Niet onvermeld mag blijven dat Ardelt tweede wordt en zijn Volvo daarmee voor de fabrieks-BMW positioneert! Na de vangst van zaterdag wordt er in de TC-loods opnieuw een lingerie-party gehouden en deze keer vallen de heren Smits, Koel (P.), Dijkman en Kargus in de prijzen. Op naar de Nürburgring, waar het vast koud is en iedereen dus braaf zijn lange (brandvrije) onderbroek zal aantrekken.
In de stand om de titel is het nog steeds Alexander Schlüchter die leidt, met twee tweede plaatsen deed hij goede zaken. Dirk Waaijenberg staat nu tweede dankzij een vierde en een eerste plaats, en het duo Lewis/De Vries is derde. Hun tweede en eerste plaats leverden door een wat minder bezette klasse net wat minder punten op. Het zit allemaal nog dicht op elkaar en er is in de laatste twee races nog van alles mogelijk.

Bergmans does the business at Assen

(voor Nederlands even naar beneden scrollen)

With 43 cars the NK HTGT powered by Visser contactlenzen was by far the biggest grid at the free Gamma Racing Day festival held at Assen’s famous TT circuit. Georg Nolte, quickest man in the field in his Ford GT40, eliminated himself from the first race by ignoring the standing start. Rob Bergmans powered his Iso Rivolta away first when the lights changed, until the slow starting Norbert Gross came to the front in his Ford Falcon. The Ford V8 then dropped a valve, handing the lead back to Bergmans. Second was contested for the entire 12 laps by Dirk Waaijenberg and Jaap van der Ende in Ford Falcons, as well as Alexander Schlüchter in a Lotus Elan. On the last lap Schlüchter dropped back, handing the GTS10 class to Bob Stevens . The Mini class was dominated by Danny van Dongen, but the main interest was the race-long battle for second between Rob Rappange and René de Vries, Rappange just managing to stay ahead. After Max Verstapppen had finished his donuts, the NK HTGT lined up again on Sunday afternoon to provide the 100.000 spectators with some entertaining racing. Gross drove a tremendous race, making up over 40 places, but he lost out by 9 seconds to Bergmans. Dirk Waaijenberg went well in his Ford Falcon Sprint, but left his braking a little late in the very last corner, which enabled Alexander Schlüchter to snatch third on the line. The small touring cars again provided a lot of spectacle. After Simon Gras lost a front wheel it was Jonathan Lewis who took the class in René de Vries’ Mini, but he was only seconds ahead of the charging Jasper Izaks in the Fiat Abarth 1000. Alexander Schlüchter has increased his lead in the championship table. NK HTGT powered by Visser Contactlenzen 2015 @ Gamma Racing Day
Waar de andere raceklassen tussen de 14 en 24 auto’s op de baan brachten, verschenen er op vrijdagmiddag maar liefst 45 NK HTGT deelnemers in het strijdperk om de startvolgorde voor de eerste race te bepalen. Helaas was de aangekondigde Ford GT40 van Persson er niet bij, maar tegelijkertijd was dat voor de strijd aan kop eigenlijk wel zo leuk. Wie er wel bij was, eindelijk, was “mr. Furori” Cees Lubbers in de ex-van Leenen Ford Cortina GT. Ook Marcel van Laarhoven maakte zijn NK HTGT-debuut in een Shelby Mustang. De GT350 mag zich sowieso in een grote populariteit verheugen, want in plaats van haar mintgroene E-type verscheen ook Rhea Sautter verrassend in zo’n witte fastback met blauwe strepen.
Een gecombineerde vrije training en kwalificatie van 40 minuten lijkt een aardig idee, maar heeft ook nadelen, zo ondervonden Frits Campagne en Richard Evans. De opgefriste V8 in Frits’ Ford Falcon bleek niet helemaal oliedicht te zijn, hetgeen zorgde voor spectaculaire rookwolken en een snelste rondetijd van 9 minuut 33. Bij Evans bleef alles voor de verandering droog, maar scheurde de bevestiging van de Panhardstang los. Dat betekende geen kwalificatietijd en weer sleutelen voor de Marcos-coureur. Maar deze heren konden tenminste nog racen, dat gold niet voor Frank Romo die zijn Lotus Cortina voor reparatie had weggebracht, maar na enkele rondjes moest constateren dat de stoomwolken terug waren en er dus slecht werk geleverd was: hij kon onverrichterzake naar huis. Track limits waren opnieuw een onderwerp: Georg Nolte zette de snelste tijd, maar die werd hem afgenomen. Timo Span werd nog zwaarder gestraft: hij kreeg er 10 seconden bij en kukelde van p.25 naar p.38. Zo promoveerde Norbert Gross naar de pole met zijn als altijd razendsnelle Ford Falcon. Nolte mocht met de GT40 vertrekken van plaats 2. Rob Bergmans gaf daar met de Iso Rivolta slechts 3/1000e op toe. Daarna volgde de eerste van de Lotus Elans, die van Alexander Schlüchter die pas in de laatste ronde Jos Stevens aftroefde. Tweede bij de toerwagens was Jaap van der Ende in de oranje Falcon op positie 6. De vierde rij was voor Bob Stevens (Lotus Elan) en Dirk Waaijenberg (Ford Falcon). Het Shelby-trio Van Putten-Van Putten en Van Laarhoven maakte de top-10 vol. In GTS11 was Nico Zonneveld ruim de snelste, voor het Porsche duo Koel en Van Lieshout en een hele vloot MGB’s. In Miniland zette Danny van Dongen de snelste tijd in de auto van Bert Mets, ruim voor Simon Gras in de auto van Rappange en het duo De Vries-Lewis. Bij de Fiat van Jasper Izaks en Ron Verzijlbergen gaf al na vier ronden de versnellingsbak de geest, dus moest er een rit naar het Westen van het land worden gemaakt om een verse bak te halen. Onderaan de tijdenlijst bungelden “Scartie”, Mark Schmidt en Roel Korsten, ondanks verwoed rondjes rijden. Zonder werkende transponder in de auto komt de Asser tijdwaarneming namelijk niet in actie. Korsten monteerde nog snel het benodigde elektronische doosje, maar dat hielp hem niet, omdat na afloop bleek dat er nog een ander elektronisch doosje aan boord was, dat er juist uit moest.
Race 1
Het eerste drama voltrekt zich al voor de start: Mr. Gamma Jos Stevens komt niet verder dan de vooropstelling. Hij kan niet straten vanwege een kapot differentieel. Teleurgesteld duwt hij de auto terug de paddock in. Stephen Perry arriveert rijkelijk laat, hij heeft namelijk geen werkende dynamo, dus wil de motor niet uitzetten. Gelukkig mag hij nog de baan op en kan op de grid zijn plek innemen. Terwijl iedereen rustig aan komt rijden om zijn startplaats in te nemen, zorgt Georg Nolte net als in eerdere jaren voor sensatie bij de start: hij rijdt door! Als hij zijn fout bemerkt, kan hij niet meer terug en dus rijdt hij maar verder. Daarmee regelt hij zijn eigen straf, want nu begint hij zijn race ¾ ronde na de rest.
Gross is van dit alles enigszins van slag geraakt zo lijkt het, want als de lichten uitgaan is Bergmans als eerste weg, gevolgd door van der Ende en Schlüchter. Achter Gross volgen Waaijenberg en Frans van Maarschalkerwaart die de Shelby-concurrentie te snel af is. Achterin is het dringen. Richard Evans heeft zoals altijd haast en duikt in een gat tussen de Mustang van Thomas Augustin en Alexandra Auer’s Volvo Amazon. Hij raakt daarbij het voorwiel van de Mustang en door de klap valt de ontsteking van de Marcos uit. Ook Augustin besluit om te stoppen en de schade, die meevalt, te bekijken.
Eerste doorkomst en Bergmans gaat aan kop, maar Gross is van der Ende en Schlüchter alweer voorbij. Dan volgen Waaijenberg en van Maarschalkerwaart, die wordt achtervolgd door Jip van Putten. Bob Stevens had weer een moeizame start, maar heeft de schade beperkt weten te houden. Daarna volgt Nico Zonneveld, die Bas Jansen’s Austin Healey als buffer heeft naar Michael Koel. Bij de Mini’s leidt van Dongen voor Rappange en de Vries, die de snel naar voren komende Frits Campagne in de sandwich hebben. Verderop is Ron Verzijlbergen in gevecht met Klaas Span en jaagt Alexandra Auer met haar Volvo op Horst Kukemüller in de Alfa Giulietta Sprint. Helaas verliezen we in deze ronde twee deelnemers. Jip van Putten legt een wit rookgordijn dat het einde van de Shelby krachtbron, waarvoor de kiem al in het voorgaande raceweekeinde op Spa was gelegd, nu definitief aankondigt. En Michael Koel hoort de Porsche 911-krachtbron rare geluiden maken. Aangezien hij de auto te leen heeft van Rients Visser, besluit hij op safe te spelen en verder niet te rijden.
Gross rijdt het gat naar Bergmans dicht , maar die is nog niet zo eenvoudig te passeren. Na drie ronden plaatst hij een uitremactie in de Haarbocht en die is succesvol. Waaijenberg is intussen Schlüchter voorbij gegaan en dringt aan bij van der Ende. Met het wegvallen van Koel is de tweede plaats in GTS11 in handen gekomen van Erwin van Lieshout met de andere Porsche 911. Derde is Edwin Dijkman in de MGB, die in een treintje zit met Rob Rappange, Lars Bondesson (Lotus Elan), René de Vries en Roel Korsten, die noodgedwongen achteraan was begonnen. Alex Korle, die zijn Lotus Elan net weer gerepareerd had, moet opgeven en Alexandra Auer is voorbij gegaan aan Horst Kukemüller.
Vooraan is Gross nu los van Bergmans, maar daarachter zit het drietal van der Ende –Waaijenberg – Schlüchter kort op elkaar. Bob Stevens steekt met een mooie actie binnendoor bij Frans van Maarschalkerwaart. Om de negende plaats wordt gevochten door Stephen Perry en Marcel van Laarhoven, terwijl Lars Esselius op zijn Dunlops lijdzaam toeziet hoe hij de andere Falcons niet bij kan houden, iets wat twee jaar eerder heel anders was. Danny van Dongen wordt opgejaagd door Erwin van Lieshout, maar in de bochten is de Mini sneller. René de Vries doet een uitrempoging bij Rob Rappange. Achteraan heeft Nolte de rode lantaarn overgedaan aan Kukemüller, die daarop besluit zijn auto in de pits te parkeren, waardoor Auer hem toegespeeld krijgt. Aan het rijtje “déja-vu van Spa” kan ook Mark Dols worden toegevoegd: weer een kapotte steekas.
Waaijenberg neemt nu de derde plaats over met een mooie actie binnendoor in de Strubben haarspeldbocht. Van der Ende’s banden zijn niet zo fris meer en Schlüchter staat klaar om te profiteren. De Vries probeert opnieuw Rappange uit te remmen, maar die houdt de deur stijf dicht. Frits Campagne heeft ondertussen zo’n 25 plaatsen goedgemaakt, maar naarmate hij verder naar voren komt wordt het moeilijker om nog posities te pakken. Rhea Sautter leert haar Shelby Mustang steeds beter te kennen en remt Gerrit Jan Van leenen’s Lotus Cortina uit. Egbert Kolvoort probeert buitenom mee te gaan, maar de MGB moet het qua pk’s afleggen tegen de Lotus. Daarachter is een rookie battle gaande tussen “Scartie” in de Lotus Elan en Cees Lubbers in de Cortina GT. Hoewel, Cees is niet echt een groentje, hij heeft al volop geoefend in minder historische auto’s. De Elan wint het op vermogen.
Een ronde later is het Schlüchter die Waaijenberg uitremt voor P.3 , terwijl ook van der Ende er weer bovenop zit. Van Laarhoven en Perry zijn nog steeds aan het bakkeleien en Nico Zonneveld heeft de aansluiting gevonden bij Lars Esselius. De twee rode Mini’s rijden nog steeds deurkruk aan deurkruk, met Rappange voorop.
Nu komt plotseling Bergmans als eerste door, dan Schlüchter, Waaijenberg en van der Ende. Gross is in geen velden of wegen te bekennen. Hij blijkt te zijn uitgevallen met een gebroken bout van een kleptuimelaar. De strijd tussen Perry en Van Laarhoven bereikt een kookpunt met een kleine touché in de Strubben. Van Dongen voelt de hete adem van Roel Korsten in zijn nek en zit ondertussen Jac Meeuwissen’s Healey op de huid, Rappange houdt nog steeds de deur dicht voor de Vries, Van Leenen en Kolvoort worden nu bedreigd door Huib Mars in de Healey en daarachter is er een Belgisch onderonsje gaande tussen “Scartie” en Michel Lombard (Alpine A110).
De race loopt nu op zijn einde en diverse deelnemers raken in de problemen. Michel Oprey maakt een pitstop, gevolgd door een stukje grasbaanracen alvorens hij de pijp aan Maarten geeft. Schlüchter valt ineens stil, rijdt de pits in, ontdekt dat het de hoofdschakelaar is een gaat weer verder. Bob Stevens profiteert maar heeft tijd verloren door een paar spins, waardoor de Duitser hem weer terug kan pakken. René de Vries weet bij het aanremmen van de Haarbocht eindelijk naast Rappange te komen. Ze rijden het gehele traject tot aan de Strubben met de deurkrukken tegen elkaar, maar dan is het toch weer Rappange die het voordeel pakt. Verzijlbergen en Span hebben een mooi robbertje gevochten, maar de Abarth wordt nu geveld door een kapotte koppakking. Mars is voorbij Van Leenen en Kolvoort, die nog immer probeert langs de Cortina te komen. “Scartie” spint in de haarspeld, gelukkig kan van der Ende, die hem net aan het lappen was, hem ontwijken. Van Laarhoven heeft eindelijk Perry afgeschud.
Bergmans heeft een bekeken race gereden en finisht met een voorsprong van 8 seconden. Waaijenberg wordt tweede, op 3 seconden voor Van der Ende. Dan volgen Bob Stevens en Frans van Maarschalkerwaart, want Schlüchter is nog een keer stilgevallen en verliest twee plekken. Van Laarhoven heeft ervoor moeten werken en wordt mooi zevende, voor Perry en Esselius. Nico Zonneveld heeft de Zweed net niet kunnen pakken, maar scoort wel maximaal in GTS11, ruim voor van Lieshout en Dijkman. Frits Campagne en Roel Korsten, die allebei van ver gekomen zijn finishen net buiten de top-10. Jac Meeuwissen is de snelste van de Healeys, want Bas Jansen heeft op de valreep een akkefietje dat hem een halve minuut kost. Danny van Dongen wint de kleine toerwagenklasse, voor de gewiekste Rappange die de Vries geen enkele kans heeft gegund om erlangs te komen. Bert du Toy van Hees verliest in de laatste ronde het Lotus-gevecht dat hij voerde met Lars Bondesson, maar hij wint wel de kleinste GT-klasse.
Race 2
Nadat de Formule Renault race op de zondagmiddag in 12 ronden welgeteld één inhaalactie heeft gekend, wordt het tijd om het publiek wakker te maken met weer wat echt spektakel. Helaas zonder Koel, van Putten, Korle en Kukemüller, maar Norbert Gross heeft weer 16 werkende kleppen, Jos Stevens een vers diff, Mark Dols een nieuwe steekas, Jasper Izaks een verse koppakking, Richard Evans stroom, Thomas Augustin een vrij draaiend voorwiel en “Scartie” een geleende waterslang. Kortom, 40 auto’s op de grid en tijd voor actie in het NK HTGT powered by Visser Contactlenzen, waarbij de eerste inhaalacties al ruim voor de start plaatsvinden, want het is weer dringen op de grid in de GT-bocht. Achteraan zijn het Lombard, Izaks en Evans die door het veld speren, vooraan is het weer Frans van Maarschalkerwaart die goede zaken doet, terwijl Bob Stevens weer de nodige posities prijsgeeft. Na de schermutselingen in het complex Haarbocht – Witterdiep – Madijk – Ossebroeken – Strubben is het Waaijenberg die de leiding heeft voor Bergmans, van der Ende en van Maarschalkerwaart. Daarna komen Perry, Schlüchter, van Laarhoven, Esselius en de goed gestarte Bas Jansen.
Bij de eerste doorkomst van de GT-bocht remt Schlüchter Perry uit, maar de lichtblauwe Ford ligt op de startstreep alweer voor de lichtblauwe Elan. Richard Evans is al opgerukt naar plaats 16 en Norbert Gross 18. In de kleine toerwagenklasse heeft de gebruikelijke stoelendans plaatsgevonden en rijden vijf “verse” piloten: Bert Mets leidt de klasse, voor Simon Gras. Verderop rijden Jonathan Lewis, Jasper Izaks en Timo Span.
Bergmans begint nu aan te dringen bij Waaijenberg, terwijl Bob Stevens voorbij gegaan is aan Bas Jansen. Samen zitten zij achter Esselius aan en ook Frits Campagne meldt zich bij dit treintje. Gross is inmiddels opgerukt naar plaats 13, hij is Roel Korsten gepasseerd en zit pal achter Nico Zonneveld. De opmars van Richard Evans lijkt wat afgezwakt, hij is weliswaar de Porsche van van Lieshout gepasseerd en ligt tweede in GTS11, maar heeft moeite om zijn Marcos langs de Austin Healey van Jac Meeuwissen te sturen. Lars Bondesson en Bert du Toy van Hees hebben hun strijd van de eerste race weer opgepakt; zij worden ingelopen door Jos Stevens die er een Lotus-trio van maakt. Bert Mets houdt dapper stand tegen Simon Gras, terwijl Rhea Sautter en Michel Opreij een Shelby-onderonsje hebben. Edwin Dijkman (MGB) leidt een bonte trein bestaande uit een Lotus Elan (“Scartie”), Ford GT40 (Nolte), Fiat Abarth (Izaks) en Mini (Span). Daarachter is het van Leenen in zijn Lotus Cortina die de deur probeert dicht te houden voor Lombard en Dols. Dan volgen de twee Thomassen, Ardelt, die het Volvo-stuur heeft overgenomen van Alexandra Auer, en Augustin, plus en Cees Lubbers. Helemaal achteraan rijdt Peter Struik in zijn MGB, die kampt met een onwillige koppeling. Hij strand uiteindelijk na 1 ronde in Mandeveen. De kop is daar intussen voor de derde keer en het is Bergmans die leidt, hij heeft Waaijenberg te grazen genomen in de Ruskenhoek. Op het rechte stuk van de Veenslang is ondertussen goed te zien hoeveel pk’s Gross tot zijn beschikking heeft, hij blaast alles en iedereen voorbij.
Van der Ende begint het moeilijk te krijgen, hij heeft noodgedwongen een aparte bandenkeuze gemaakt wordt bedreigd door Perry en Schlüchter. Die hebben het voorlopig echter druk met elkaar, ze doen wie het laatst kan remmen voor de GT-bocht en Perry wint de eerste ronde. Bob Stevens is Esselius voorbij, Jansen en Campagne zitten hem achter de broek en daarachter is het Gross die snel nadert. Evans begint nu toch in de buurt van Zonneveld te komen, Jos Stevens is het strijdende Lotus-duo en ook van Lieshout gepasseerd en Bert Mets weet nog steeds voor Simon Gras te blijven. Timo Span doet een gewaagde uitrempoging, hij schuift met blokkerende wielen de GT bocht in, maar er gebeurt verder niets want iedereen let goed op.
Op de Veenslang zien we dat Van der Ende het duo Perry-Schlüchter moet laten gaan en ook van Maarschalkerwaart aanstalten maakt om hem te pakken te nemen. Esselius op zijn Dunlops wordt opgejaagd door Gross en Campagne – de drie Falcons rijden in formatie. Als ze even later uit de Ramshoek komen, hangt Esselius’ voorbumper scheef en is Gross erlangs. Zonneveld wordt nog steeds achtervolgd door Korsten en Evans lijkt weer wat af te zakken, het is Jos Stevens die hem nu bedreigt. Ondertussen bereikt het gevecht tussen Bondesson en Du Toy van Hees zijn hoogtepunt met een spectaculaire spin van de groen-gele Lotus Elite in de snelle Ramshoek. Hij eindigt op een metertje van de vangrail. Simon Gras heeft de leiding in CT06/07 eindelijk weten te ontfutselen van Bert Mets. Lombard en Dols zijn nog steeds niet langs van Leenen, en de wachtrij is inmiddels aangevuld met Kolvoort en het strijdende duo Izaks-Span.
Bergmans heeft nu wat lucht ten opzichte van Waaijenberg, terwijl van Laarhoven’s Shelby rookt en hij daarvoor een meatball getoond krijgt. Esselius houdt nog immer stand voor Campagne en Jansen. Nico Zonneveld heeft nu Roel Korsten en Jos Stevens achter zich aan, terwijl Evans wat is teruggevallen. Hij lekt ook weer olie en ook hij krijgt de meatball getoond. Dols is eindelijk voorbij aan Lombard en ook meteen aan van Leenen, terwijl de langzaam gestarte Huib Mars zich nu ook bij dit groepje meldt, hij is Egbert Kolvoort gepasseerd. Bert du Toy van Hees is na zijn spin teruggevallen naar de laatste plaats.
Perry heeft even lucht na een foutje van Schlüchter, Gross is nu op jacht naar van Maarschalkerwaart, Bob Stevens is voorbij gegaan aan Jaap van der Ende en Frits Campagne is Esselius voorbij. Van Laarhoven geeft gehoor aan de meatball en zoekt de pits op, maar Evans rijdt onverstoorbaar door, terwijl er nu ook drive through penalties worden uitgedeeld, om onbekende redenen. Bij de Mini’s is de volgorde nu Gras – Lewis – Mets, terwijl Jasper Izaks in aantocht is, hij is Edwin Dijkman’s MGB gepasseerd. Huib Mars remt Gerrit Jan van Leenen uit in de GT-bocht, terwijl Egbert Kolvoort aansluit, voor Michel Lombard. Cees Lubbers passeert Thomas Ardelt. Bert du Toy van Hees in zijn Lotus Elite, die op jacht is naar de Alpine van Lombard om de leiding in de kleine GT-klasse terug te halen, gaat voorbij aan Mark Schmidt in good old Xaviera de MGB.
Het aantal inhaalacties in de GT-bocht is niet meer te tellen, nu is het weer “Scartie” die Bert Mets uitremt. Rhea Sautter gaat de pits in en Thomas Augustin haakt zijn Mustang aan bij de Cortina-MGB-Alpine optocht die nog immer wordt geleid door Gerrit Jan van Leenen. Thomas Ardelt strijdt nu met Mark Schmidt om de laatste plaats. Vooraan begint het spannend te worden, Bergmans en Waaijenberg zijn nog veilig, maar Perry en Schlüchter worden serieus bedreigd door Gross. Bob Stevens komt naderbij aan Frans van Maarschalkerwaart, Frits Campagne loert naar Jaap van der Ende en Esselius moet zijn Falcon breed maken voor Bas Jansen en Jos Stevens.
Op de Veenslang tellen de pk’s en zien we Augustin met zijn Mustang voorbij blazen aan de Alpine van Lombard, Opreij in zijn Shelby aan de Porsche van Van Lieshout en Gross met zijn Falcon langs de Lotus van Schlüchter. Terug in de GT bocht glipt Du Toy van Hees langs Lubbers en heeft Lombard in het vizier. Gross zit vlak achter zijn ex-teammaat Perry maar die geeft geen enkele ruimte. Na enige schermutselingen in de haarbocht is Gross erlangs. Schlüchter zit op het vinkentouw en probeert mee te gaan, maar dat lukt niet. Lombard is wakker geworden en heft het gaspedaal gevonden, hij rijdt nu ineens voor Augustin en Kolvoort, en van Leenen remt hij uit in de GT-bocht.
De leiders zijn intussen druk met het inhalen van de eerste achterblijvers. Gross nadert Waaijenberg, Perry heeft een slechte ronde en Schlüchter glipt erlangs. Bob Stevens zit achter Van Maarschalkerwaart en probeert zijn inhaalactie van race 1 te herhalen. Terwijl de klok de 25 minuten nadert, moeten de baanposten ineens in actie komen. Bij Simon Gras breekt het linkervoorwiel af. Gelukkig weet hij een koprol te voorkomen, zodat de schade beperkt blijft. Bij Roel Korsten breekt een steekas. Bij een Mustang gaat dan het betreffende achterwiel een eigen leven leiden. Ook dan blijft de schade beperkt, behalve als de afsleepploeg vervolgens een kop-staart botsing organiseert door de auto onbemand te gaan slepen. Jammer.
De laatste ronde is onderweg en Gross is nu ook Waaijenberg voorbij, maar Rob Bergmans heeft een buffer van een seconde of 10 en wint zodoende zijn tweede race van het weekend in de blauwe Chevy-powered Iso Rivolta. Niettemin mag Gross tevreden zijn met een fantastische inhaalrace en de winst in CT10. Derde is niet Waaijenberg maar Schlüchter, die slim profiteert van een remfoutje van Dirk in de laatste bocht en buitenom de laatste podiumplaats pakt. Perry wordt vijfde, Bob Stevens zesde en van Maarschalkerwaart zevende. Frits Campagne lijkt achtste te gaan worden, maar maakt op de valreep een foutje waar oude Vos Jaap van der Ende natuurlijk direct van profiteert. Jos Stevens maakt de top-10 vol. Bas Jansen is de snelste van de Healeys en Nico Zonneveld met de Morgan behaalt zijn tweede opeenvolgende overwinning in GTS11, voor Richard Evans, wiens negeren van de meatball merkwaardigerwijze onbestraft blijft. Van Lieshout is derde met de enige resterende Porsche 911, voor alle MGB’s. De Kleine GT-klasse is voor Lombard en zijn Alpine A110, op 9 seconden gevolgd door Du Toy van Hees. In de matig bezette CT08-klasse is de winnaar wederom van Leenen en CT09 is uiteraard voor Ardelt, die na een drive through als laatste van het veld rouleert. Na de uitval van Gras is het Jonathan Lewis die de kleine toerwagenklasse leidt, met een kleine voorspong op Bert Mets die echter de laatste ronden zwaar verdedigend moet rijden om zich Jasper Izaks van het lijf te houden. Maar…Jasper en zijn Abarth hebben aan het kleinste gaatje genoeg, en een Mini kun je ook maar beperkt breed maken, en dus is het Jasper die het laatst lacht.
Resumerend lag het aantal inhaalacties in deze race ongeveer een factor 100 boven dat van de voorafgaande wedstrijd. Roll on de Historic Grand Prix met een nog groter startveld!

Clash of the titans at Spa

(voor Nederlands even naar beneden scrollen)

The Spa Summer Classic always draws a record number of NK HTGT competitors to the Grand Prix Circuit in the Ardennes. This year, the main point of focus was a battle of the titans between three icons of the sixties: the Ford GT40, Shelby Cobra Daytona and Chevrolet Corvette Grand Sport. Michiel Campagne had been fastest in qualifying in the brutal Corvette GS, but at the rolling start it was Olivier Ellerbrock in the Lanzante-run Cobra Daytona who took the lead. For a change the whole field safely negotiated La Source hairpin. However, there was first lap drama elsewhere, sparks flew as Jac Meeuwissen was a passenger in his three-wheeled Big Healey, ending up in the gravel trap. Meanwhile Ellerbrock and Campagne were having a mighty battle. The Corvette took the lead on several occassions, but from the moment they had to negotiate backmarkers, Ellerbrock had a small advantage. The remaining icon, Georg Nolte’s Ford GT40, meanwhile moved up to third. Fastest of the “ordinary” cars was Norbert Gross in his Ford Falcon. The other touring car classes were won by Thomas Ardelt in the Volvo Amazon, Alexander Schlüchter in the Lotus Cortina and Rob Rappange in the Austin Cooper S. De GT classes fell to Sander van Gils (Lotus Elan), Robert Hamilton (Marcos 1800GT) and Fred Corporaal (Lotus Elite). Daniela Ellerbrock took the wheel of the Cobra Daytona for Race 2. She performed a cautious start, allowing Gross to take the lead at La Source. On the following straight, Michiel Campagne immediately powered by to take the lead. Unfortunately, the race was interrupted by a Safety Car period after Nykle Meyer’s Jaguar E-type deposited its oil on the track. There were numerous spins and slides, luckily without any damage. At the restart, the leaders had closed up. Nolte was now holding second and looking for more, but Campagne remained in control. Gross was happy with a podium finish and another class win. The other class winners were as in Race 1, Van Gils, Hamilton, Corporaal, Ardelt and Rappange, with the exception of CT08 which was won by Gerrit Jan van Leenen in a Lotus Cortina.

NK HTGT powered by Visser Contactlenzen 2015 @ Spa Summer Classic
Voorafgaand aan het Spa weekeinde veranderde er nog het één en ander op de inschrijflijst. Zo verdween de Ford GT40 van de Portugees Diogo Ferrao van het toneel, maar kwam die van Georg Nolte ervoor terug. Een andere nieuwe en onbekende naam was die van Daniela Ellerbrock, met een Shelby Daytona Coupé. Dat bleek een serieuze auto te zijn, gerund door het Britse Lanzante team.

Kwalificatie
Maar in de kwalificatie was het gewoon Michiel Campagne die aan twee rondjes genoeg had om de Corvette Grand Sport op de pole te zetten. De tweede tijd was voor Rainer Vorköper in de Jaguar low-drag, die altijd snel is op Spa. Norbert Gross kwam zoals altijd weer zeer goed beslagen ten ijs, de groen-wit-gouden Falcon wordt bijna wetenschappelijk voorbereid op elke race. In CT10 kan niemand aan hem tippen, maar Asterix is pas tevreden als hij het van iedereen wint. Hij mocht starten van P3. Mevrouw Ellerbrock bouwde het rustig op en eindigde op de vierde plaats. Er bleek overigens ook een meneer Ellerbrock te zijn. De vijfde tijd was voor Rob Bergmans, met verse wielen onder de Iso Rivolta. Op P6 noteerden we de snelste Lotus Elan en die werd bestuurd door iemand die we al een tijd niet gezien hadden, Sander van Gils. Frits Campagne was de volgende op de tijdenlijst, maar niet in zijn Ford Falcon, want die zat in de lappenmand. In plaats daarvan bestuurde hij de gele Corvette Stingray en dat was, zo zei hij, verslavend. Achter Nolte in de GT40 volgde een rijtje CT10 bolides: Bijleveld/v.d. Ende, Deenik, Waaijenberg en Adriaans. In GTS11 had Theo van Gammeren de beste tijd met de Porsche 911, voor de verrassende Mark Dols in de MGB. De snelle Marcos wist geen tijd te zetten, want Richard Evans, onze specialist in vloeistoflekkages, moest al na 1 ronde naar de kant met een afgebroken koppeling in het remsysteem. Bob Stevens was weer sneller dan vader Jos en Bert du Toy van Hees troefde Corporaal en Lombard af in de kleine GT-klasse. In CT08 was Schlüchter in zijn Lotus Cortina, geheel volgens verwachting, de snelste. Bij de Mini’s was de volgorde Rappange – Ebdon – Span, want René de Vries, Bert Mets en Nico van Velzen reden op Brands Hatch en het duo Izaks/Verzijlbergen was nog niet gearriveerd. En ja, er was ook een deelnemer in CT09 en wel Thomas Ardelt in de hagelwitte Volvo Amazon, een auto die we al vele malen aangekondigd hadden gezien en die nu eindelijk klaar was.
Helaas was de kwalificatie voor sommigen meteen het laatste optreden van het weekend. Dols en Deenik hadden mooie tijden gezet, maar konden moesten verder aan de kant blijven vanwege uitgelopen krukaslagers. Stephen Perry had allerlei hoogst onduidelijke problemen met zijn Ford V8 die resulteerden in gesmolten bougies. Hij besloot om zijn huiswerk over te gaan doen. Lars Bondesson moest de motor van zijn Lotus Elan wisselen en de Shelby Mustang van het duo Van Putten / Voerman had een vermoedelijk gescheurde kop. ’s Avonds laat was hier een heel leger experts mee bezig. “Scartie” was tijdens de kwalificatie de startmotor van zijn Lotus Elan verloren, maar de baancommissarissen bezorgden hem weer netjes terug zodat hij er weer op kon worden geschroefd.
Race 1
De wedstrijdleiding had dit jaar gekozen voor een rollende start. Niet zo’n gek idee, want het is altijd een hoop gedoe voordat zo’n groot veld netjes stilstaat. Nu rolden vijftig auto’s min of meer in formatie naar de startstreep en mocht er, mits je de chicane door was, ingehaald worden vanaf het moment dat de lichten uitgingen. Voor Frank Romo ging dat helaas niet lukken, hij moet zijn Lotus Cortina nog voor de start aan de kant zetten met een doorgeslagen koppakking.
Of er een verband is met de rollende start, is de vraag, maar het hele veld kwam zonder problemen door de Source haarspeldbocht. Verrassend was wel dat de blauwe Cobra Daytona, bestuurd door Olivier Ellerbrock, de eerste was die de hoek om kwam zetten. Michiel Campagne liet dit echter niet op zich zitten, hij vloerde het gaspedaal van de Corvette Grand Sport en dook als eerste de Eau Rouge bochtencombinatie in. Ook Nolte had een goede start, hij lag derde, voor Vorköper en Gross. Voor Jac Meeuwissen eindigde de race in de eerste ronde, hij parkeerde zijn driewielige Healey al vonken sproeiend in de grindbak van Stavelot. Ondertussen had Ellerbrock de leiding weer teruggepakt, hij kwam als eerste uit de Bus Stop.
Bij de tweede doorkomst was het alsnog dringen in La Source. Roeland Voerman koos voor een wijde lijn en moest Martin Bijleveld in de Falcon en Rob Bergmans’ Iso voor laten gaan, terwijl Frits Campagne op zijn bumper terechtkwam. Verderop kwam niet alleen Richard Evans naar voren in zijn blauwe Marcos, maar ook Robert Hamilton in een oranje exemplaar voorzien van een onafhankelijke achterwielophanging. Hamilton kennen we uit vroeger tijden, toen reed hij in een Triumph TR4, en in deze smetteloos uitziende Marcos ging hij werkelijk als een raket. Thomas Ardelt had het duidelijk naar zijn zin, hij smeet zijn Volvo tegen Eau Rouge op, waarbij hij de Lotussen van Lars Bondesson en Gerard Zwart het nakijken gaf.
Bij de Bus Stop kwam het veld weer in beeld en het was Ellerbrock die aan kop ging, voor Michiel Campagne. Zij hadden al afstand genomen van Nolte, die kort voor Gross reed. Bergmans had terrein verloren, Bijleveld lag nu vijfde voor Voerman en de snelle Sander van Gils. Daarna volgden Waaijenberg, Adriaans en Vorköper, die zijn vorm uit de kwalificatie niet kon vasthouden en uit de top-10 dreigde te worden verbannen door Frans van Maarschalkerwaart in de Shelby. Bob Stevens bezette P2 in GTS10 voor vader Jos, terwijl GTS11 een Porsche onderonsje was met Theo van Gammeren voor Erwin van Lieshout, maar lang zou dat niet duren want Hamilton en Evans kwamen met rasse schreden dichterbij. Daarachter streed een MGB trio bestaande uit Niek van Gils, Edwin Dijkman en Egbert Kolvoort. Ardelt wist zijn Zweedse tank nog altijd voor de Zweed Bondesson te houden – de reservemotor van de blauwe Lotus had grote moeite om heuvelop te rijden.
Michiel Campagne haalde nu alles uit de kast en wist de leiding weer over te nemen. Bij het ingaan van Eau Rouge blokkeerden elke ronde even de voorwielen van de Grand Sport, wat zorgde voor onheilspellende rook. Een GT40 opgejaagd door een Falcon is een merkwaardig gezicht, ook al hebben ze onder de kap dezelfde techniek, Nolte hield stand voor Gross. Voerman lag nu op P5, achtervolgd door Bijleveld en Sander van Gils, terwijl Bob Stevens nu Max Boodie in zijn Mustang als buffer naar zijn vader had.
Daarachter volgde Bas Jansen, de snelste resterende Healey en oudgediende Maarten Fokke, als altijd onderweg in een Shelby Mustang, in gevecht met Thomas Kargus in de Lotus Elan. Hamilton ging nu aan de leiding in GTS11, voor Van Gammeren, Evans en Van Lieshout. Bij de kleine toerwagens was het Rob Rappange op ruime afstand voor Klaas Span. Roger Ebdon had moeten opgeven met een kapotte koeling en bij Jasper Izaks was een aandrijfas gebroken. Van Gils leidde nog immer het MGB treintje. In CT08 had Alexander Schlüchter een grote voorsprong op Gerrit Jan van Leenen en Gerard Zwart. Van Leenen werd achtervolgd door Michel Lombard in de Alpine A110 niemand minder dan Jochem Kentgens. Na wat laatste afstelwerkzaamheden door motorbouwer Joe Willems liep de Morgan +4 nu eindelijk goed, en hij bleef rijden ook! Jochem moest eerst even acclimatiseren, gewend als hij is om na een paar rondjes te stranden, maar naarmate de race vorderde kreeg hij de smaak te pakken.
Intussen had Ellerbrock de leiding weer in handen en waren de banden van de Corvette Grand Sport, die bij de start al niet okselfris waren, aan hun eind, zodat Campagne zijn aanvallen moest staken. Voerman was nu los van het achtervolgende groepje, waarbij Bergmans en Frits Campagne zich hadden aangesloten. Vorköper had het tempo weer wat opgeschroefd en werd door Dirk Waaijenberg’s Falcon de heuvel opgeduwd.
Bob Stevens probeerde voorbij Frans van Maarschalkerwaart te geraken, terwijl Jos Stevens hetzelfde probeerde bij Max Boodie en Nykle Meijer. De E-type van Meijer maakte daarbij indruk door de keiharde knallen die hij bij gas loslaten produceert. De beide Marcossen voerden nu de GTS11 klasse aan, waarbij Evans alles probeerde om aan te haken bij Hamilton. De non-V8 toerwagens werden verrassend aangevoerd door Rob Rappange, nadat Schlüchter bij een uitstapje flink tijd was verloren. De MGB-trein werd nu aangevoerd door Edwin Dijkman en was een rijtuig korter geworden omdat Egbert Kolvoort zijn auto met een afgelopen v-snaar moest parkeren. De beide Lotus Elites van Bert du Toy van Hees en Detlef Kroh maakten simultaan een pitstop. Kroh kon weer verder, maar voor Du Toy van hees zat het weekend erop met wederom een kapot differentieel. Dit alles gaf de leiding in de klasse aan Fred Corporaal in de derde Lotus Elite, die echter op moest passen voor Lombard met zijn Alpine. De Lotus Elan van rookie Jean-Christophe verloor opnieuw de startmotor, misschien moeten we zijn schuilnaam maar veranderen in “Startie?”.
Terwijl de eerste achterblijvers gelapt werden, slaagde Ellerbrock erin een gaatje te slaan. Bergmans was de pits in gegaan om een raar geluid te onderzoeken, maar er was niets te zien en dus ging hij maar weer door. Voerman’s Shelby kreeg toch weer problemen, Frits Campagne passeerde Sander van Gils en Van Maarschalkerwaart had nu Bob Stevens, Max Boodie, Nykle Meijer en Jos Stevens achter zich aan. Even later maakte Bob een foutje en had hij ineens Jos weer in de spiegel. Kargus knokte zich langs Fokke, Schlüchter ging voor bij aan Rappange en Bondesson wist zich eindelijk te ontdoen van Ardelt’s Volvo.
Vooraan was de situatie stabiel, hoewel Gross nog steeds kort op Nolte zat, maar vanaf plaats 5 ging het er hectisch aan toe. Uiteindelijk was het Sander van Gils die na een paar zeer snelle rondjes deze plek pakte, voor Bijleveld, die Frits Campagne nipt voor wist te blijven. Vorköper herpakte zich en eindigde voor Adriaans en Waaijenberg. Bob Stevens herstelde zich goed, pakte weer drie plaatsen en werd elfde, voor Meijer en Jos Stevens. Hamilton won GTS11, hij had uiteindelijk zelfs Kargus, Fokke en Oprey als buffer naar Evans. Dit ondanks het feit dat Evans geen millimeter aan de kant ging voor de leider, daarbij alle blauwe vlaggen negerend. Schlüchter en Rappange pakten de winst in CT08 en CT06 en Ardelt deed hetselfde in CT09, maar daarin was hij dan ook de enige deelnemer. Niek van Gils won de MGB-klasse van Edwin Dijkman en Fred Corporaal pakte de winst bij de kleine GT’s met een voorsprong van 3 seconden op Lombard.
Race 2
Noest sleutelwerk maakte dat veel van de uitvallers weer aan de start konden komen. De Healey van Bas Jansen offerde een naaf op voor de auto van Jac Meeuwissen. Klaas en Timo Span repareerden het koelsysteem van Ebdon’s Cooper. De nr. 172 Shelby werd weer opgelapt, de Abarth-kruiskoppeling gerepareerd en de Lotus-startmotor weer vastgezet. En terwijl andere teams aan het barbecueën waren, was in pitbox 1 door het team van Gross een mobiele rollenbank opgebouwd waar de Volvo van Thomas Ardelt in de toeren gejaagd werd. Het uiteindelijke resultaat: een winst van 30 pk.
Zondagmiddag, 25 minuten voor de start. Her en der stapt al eens iemand in zijn auto, maar de meeste coureurs hangen nog wat rond, als ineens het licht aan het einde van de pitstraat op groen gaat. Een oproep heeft niemand gehoord. De regel is dat je een half uur van te voren klaar moet staan, maar zonder vooropstelling is daar weinig aanleiding toe. Druppelsgewijs gaat iedereen de baan op en dan ineens gaat het hek dicht. Dirk Waaijenberg, Harmen van Putten en Michel Oprey zijn dan nog bezig hun gordels vast te maken, terwijl Ron Verzijlbergen wel klaar was, maar ingeparkeerd stond. Zij starten dus noodgedwongen helemaal achteraan.
Na een rondje achter de Safety Car gaan de lichten uit en is het verrassend Norbert Gross die als eerste de Source uitkomt. Michiel Campagne gebruikt de overvloedige pk’s van de Corvette Grand Sport om er in de afdaling naar Eau Rouge voorbij te accelereren. Daniela Ellerbrock (die nu de Shelby Daytona bestuurt) is als derde weg, voor het gele plastic duo Sander van Gils / Frits Campagne en Jaap van der Ende in de Ford Falcon. Even later pakt Adriaans Van der Ende voor de tweede plaats in CT10. Jos Stevens ligt deze keer voor Bob, zij vechten om P2 in GTS10.
Gross geeft niet op: bij het aanremmen van de Bus Stop aan het eind van de tweede ronde zit hij voor de Grand Sport en hij gaat zelfs als leider over de lijn. Michiel Campagne stelt nu echter orde op zaken, nadat ze naast elkaar door de Source zijn gegaan neemt hij definitief de leiding. Georg Nolte heeft een slechte start gehad in de GT40, maar is Van der Ende en Van Gils inmiddels voorbij, terwijl Frits Campagne en Daniela Ellerbrock er even later ook aan moeten geloven. Jochem Kentgens gaat lekker, hij zit voor Gerrit Jan van Leenen en Edwin Dijkman. Thomas Ardelt spuit met zijn 30 extra pk’s als een raket tegen de berg omhoog, maar elders laat hij het liggen want zijn rondetijden zijn maar 1,5 seconde sneller. Jos Stevens gaat in Eau Rouge voorbij aan Van der Ende, en daarachter is een mooi gevecht gaande tussen Max Boodie, Nykle Meijer en Rob Bergmans, totdat Meijer er in de dubbele linkse af spint over zijn eigen olie. In GTS11 is Hamilton duidelijk sneller dan Evans, de blauwe Marcos kan niet bijblijven, tot zichtbare frustratie van de piloot. Michael Vollmar bestuurt nu de gele Lotus Elite en is in gevecht met Peter Struik in de MGB. Het publiek geniet van de een overvloed aan inhaalacties, omdat de snellere achteraan-starters door het veld naar voren gaan. Maar dan ontstaat achterop het circuit een chaos: de één na de ander glijdt uit over de olie van Meijer’s E-type, gelukkig zonder verdere brokken.
Terecht beslist de wedstrijdleiding om de Safety Car in de baan te brengen, maar de kop is al voorbij. In plaats daarvan is het Hamilton op P13 die wordt opgepikt. Iedereen sluit aan, Evans voorop, want die ziet kansen. Ondanks het feit dat ze “vrij” rijden, gaan ook de leiders netjes van het gas af. Zo ontstaan er twee groepen. De tweede daarvan wordt echter niet aangevoerd door raceleider Michiel Campagne, maar door de allerlaatste man in de race, de net niet gelapte debutant Dierk Adoms in zijn MGB. De arme Dierk komt nog snelheid tekort, maar hij heeft zich het gehele weekend keurig gedragen en is niemand tot last geweest. Daar wordt hij nu voor beloond met twaalf ongeduldig trappelende vechtjassen die in zijn nek hangen!
Na drie langzame ronden wordt het veld weer losgelaten, te beginnen met de tweede groep, die strijdt om positie 13. Evans doet meteen een alles-of-niets poging om Hamilton uit te remmen in La Source. Het wordt niets, en het is Thomas Kargus in de Lotus Elan die profiteert, hij gaat als eerste Eau Rouge door, gevolgd door Pieter Boel in de Shelby Mustang, daarna komt Hamilton en dan pas Evans. Alexander Schlüchter moet zijn Lotus Cortina met pech in de pits zetten en geeft daarmee de leiding in CT08 aan Gerrit Jan van Leenen.
Intussen nadert de Tête de la course de startlijn en kunnen ook zij weer gaan racen. Dierk Adoms kiest eieren voor zijn geld en maakt al voordat het licht op groen gaat ruimte, zodat het hele rijtje kemphanen hem voor de Source al voorbij is. Nolte doet in de haarspeld een poging om met zijn GT40 de Falcon van Gross uit te remmen, maar hij gaat wijd en moet de positie teruggeven. Frits Campagne en Sander van Gils strijden om P5 en daarachter zijn Adriaans, Van der Ende en Bergmans in gevecht.
In de tweede groep komt ondertussen Roel Korsten naar voren met zijn Mustang. Evans’ Marcos heeft het weer begeven en Hamilton wordt nu bedreigd door nog twee V8’en, namelijk de Falcon van Waaijenberg en de Shelby Mustang van Harmen van Putten, gevolgd door Van Gammeren in de 911. Rappange voert de kleine toerwagenklasse aan, maar om de tweede plaats is een gevecht gaande tussen Klaas Span en Roger Ebdon. Helaas voor Ron Verzijlbergen kan hij zich daar niet in mengen, het Fiat-motortje loopt niet lekker en hij moet zelfs even de pits in. Bij de kleine GT’s heeft Fred Corporaal met de Lotus Elite steeds aan de leiding gereden, maar nadat de Safety Car de baan heeft verlaten is het Michel Lombard die toeslaat en met zijn Alpine A110 de Lotus-dominantie doorbreekt.
Vooraan zijn de kaarten nu geschud, maar Sander van Gils en Frits Campagne zijn nog volop in de slag en Bergmans pakt Van der Ende. In de tweede groep rukken de dikke Fords verder op, Van Putten is Kargus voorbij, Waaijenberg en Boel hebben het druk met elkaar en Hamilton probeert Korsten weer in te halen. Dijkman passeert van Leenen en Span en Ebdon zijn ook nog aan het bakkeleien.
Helaas zit het er dan op, al na 9 ronden valt de vlag. De winst gaat deze keer naar Michiel Campagne, voor Georg Nolte. Norbert Gross is weer onverslaanbaar bij de toerwagens en blijft zelfs de GTS12 winnende Cobra Daytona van Ellerbrock voor. Sander van Gils beslist het duel met Frits Campagne in zijn voordeel en is weer de beste in GTS10. Adriaans, Bergmans en Jos en vader en zoon Stevens maken de top-10 vol, want Van der Ende krijgt straf wegens grensoverschrijdend gedrag. Gerrit Jan van Leenen wint CT08 voor Gerard Zwart, Rob Rappange is de beste Mini, Klaas Span pakt P2 in de klasse voor Ebdon en ook Ardelt noemen we nog een keer, want hij reed hem weer uit! Bij de kleine GT’s was de winst als gezegd voor Lombard, Corporaal wordt nog tweede ondanks een in de laatste ronde zieltogende Lotus. GTS11 is opnieuw voor Robert Hamilton, Theo van Gammeren wordt tweede en ook de derde plaats van Niek van Gils is vermeldenswaard, want veroverd met een MGB.

Starring roll for René de Vries at Brands Hatch

(voor Nederlands even naar beneden scrollen)

The NK HTGT was back at Brands Hatch for the Masters Historic Festival. The first race was on the long Grand Prix track. Extra interest was added by intermittent light rain, making track conditions variable. Michiel Campagne had been fastest in qualifying in his 650 bhp Corvette Grand Sport, but it was Rob Bergmans in the Iso Rivolta who made the best start. Martin Bijleveld was another fast starter in his Ford Falcon. Two corners later, in Graham Hill Bend, Bijleveld ran wide, allowing Michiel Smits in the Shelby Mustang to pass, followed shortly afterwards by arch rival Norbert Gross in his Falcon. Alexander Schlüchter in his Lotus Elan was the fourth candidate in this fierce battle for third. Bergmans had to relinquish his aspirations for the podium when he spun at the bottom of Paddock Hill Bend, while Schlüchter had a déja-vu of last year’s race, being mangled again, this time between Bijleveld’s Falcon and the Iso Rivolta. In the small class René de Vries was dominant, easily holding position in the top-10. That is, until he fell victim to Paddock Hill Bend, where he ended his race in the gravel trap after a double backflip. Even though there were six other Mini Coopers in the race, it was the crowd favourite Fiat Abarth 1000, brilliantly driven by Jasper Izaks, that took the win in the baby class.

The races on monday were held on the short “Indy” circuit, with GT’s and touring cars each having their own race.
In the GT class, Matthijs Bakker took the wheel of the Corvette Grand Sport, setting the pole time ahead of Michiel Smits. A surprising third was young Bob Stevens in the Lotus Elan. Bob had a bad start and it was Schlüchter who move up to second at the start, while Richard Evans shot into fourth in his Marcos. However, V8 power ruled and it was Bakker who controlled the race, while it took Smits a couple of laps to shake off Schlüchter. Evans had to relinquish a couple of places, but had no trouble in winning the GTS11 class, ahead of Nico Zonneveld in his Morgan +4.
The hero of the touring car race was René de Vries. His team had worked long hours to get the Mini fixed and both car and driver were ready in time for qualifying. Unfortunately his race didn’t last long, as Roel Korsten lost his Mustang in the first corner mêlee. Everyone managed to avoid him, but in doing so René de Vries had no other option than to take to the gravel, finally getting stuck at just about the spot were he had landed the previous day. The big question of the race was if local Mini experts Phil Anning and Jonathan Lewis would be able to keep up with the Falcons of Norbert Gross and Jaap van der Ende. Lewis was close for a while, but the hoped for fight didn’t materialize. An entertaining midfield battle was won by Rob Rappange, who finished seventh in his Mini Cooper, ahead of Jasper Izaks. NK HTGT 2015 powered by Visser Contactlenzen op Brands Hatch
Het Masters Historic Festival is een zeer Brits racefeestje waar het NK HTGT voor het tweede jaar een zeer gewaardeerde gastrol speelde. Op de inschrijflijst stonden een kleine 40 deelnemers, waaronder een aantal Engelse gastrijders met Mini’s en een Lotus Elan. De Elan is sowieso een populair karretje in het NK HTGT dit jaar: er stonden er maar liefst 7 aan de start en dat zou er nog één meer zijn geweest als Alex Korle niet bij een proefritje zijn diff in de soep had gedraaid. Hij was gelukkig nog thuis toen het gebeurde en had dus zijn Alfa Giulia Spider opgeladen.
Kwalificatie
Er was geen vrije training deze keer, na een lange dag wachten moesten de NK rijders op zaterdag meteen aan de bak voor de kwalificatie op het lange Grand Prix circuit. Velen begonnen rustig, want naast de beruchte Paddock Hill Bend is ook Surtees, de lange linkse doordraaier waar je van het korte naar het lange circuit gaat, een lastige bocht. We zagen in beide bochten heel wat alternatieve lijnen, sommige meer naast dan op de baan! Maar er waren ook mannen die er meteen vol tegenaan gingen, zoals Rob Bergmans, die als eerste de baan opging. Hij werd gevolgd door de al even fanatieke Alexander Schlüchter, die dit weekend ook actief was in de Masters Pre-66 Touring Cars met zijn Lotus Cortina. Ook Michiel Smits en Harmen van Putten hadden al eerder gereden met de Shelby’s, tijdens de kwalificatie voor de Masters Pre-66 GT’s. Voor de Ford Falcon van Matthijs Bakker duurde het optreden op Brands Hatch welgeteld één ronde: hij zette de auto in de pits met een overmatig hoge olietemperatuur en kreeg van de motorbouwer het advies de (verse) krachtbron verder te sparen. Frustrerend, maar ook dat hoort bij racen.
Michiel Campagne reed hier vorig jaar vooraan in de “gewone” Corvette Stingray, dus het was geen grote verrassing dat hij aan het stuur van de Grand Sport de snelste man was. De tweede plek was voor Rob Bergmans in de Iso Rivolta, waarmee de twee aanwezige Chevrolet V8’s de eerste rij bezetten. Derde was Schlüchter in de Lotus Elan, en daarna volgde pas de eerste van de in totaal 8 Ford V8’s, Michiel Smits in de Shelby Mustang. Vijfde en eerste bij de toerwagens was Norbert Gross, op de voet gevolgd door Martin Bijleveld, beide in een Ford Falcon Sprint. Jos Stevens was zevende in de Lotus Elan , voor Harmen van Putten in zijn Shelby. Op P9 volgde de snelste van alle dwergen, René de Vries in zijn Mini Cooper S, die zelfs de lokale Mini-expert Zack Booth het nakijken gaf. De top-10 werd volgemaakt door rookie Roel Korsten. Elfde en snelste in CT08 was gastrijder Graham Wilson in de Lotus Cortina. Maar de concurrentie, in de vorm van Frank Romo, moest slechts 2 seconden op hem toegeven, en er had nog wel meer ingezeten als Frank niet een touché met de vangrail zou hebben gehad. In GTS11 was Nico Zonneveld de snelste in de Morgan, voor Erwin van Lieshout in de enige aanwezige Porsche. Richard Evans was slechts derde in de Marcos, ongetwijfeld omdat hij nog wat voorzichtig was na zijn klapper van vorig jaar. Na de kwalificatie moest er her en der gesleuteld worden. Mark Dols had een kapotte koppeling – uiteindelijk kon hij van Rhea Sautter een druklager lenen… onderhuids is zo’n MGB eigenlijk gewoon een E-type. Thomas Kargus had een gescheurde velg. Hij had er maar vier meegenomen, maar met zo’n overdaad aan Lotus Elans lukte het hem om een wiel te lenen.
Race 1
Zondag, aan het eind van een nog langere dag wachten dan de voorgaande, was het dan eindelijk zover: race 1. Met af en toe een lichte motregen was de conditie van het wegdek op het Grand Prix circuit wisselend. Voor Niek van Gils, die we al een hele tijd niet gezien hadden in het NK, was dit aanleiding om met zijn Lotus Elan uit de pits te starten. Niet zo’n gek idee als er een kleine 40 auto’s op Paddock Hill Bend afstormen. Maar het ging allemaal goed en het was Rob Bergmans in de Iso Rivolta die de beste start had. Ook Martin Bijleveld had een topstart in zijn Ford Falcon. Twee bochten verder, in Graham Hill Bend, kwam hij echter naast de baan terecht en kon Michiel Smits in de Shelby zich erlangs wurmen, even later gevolgd door aartsrivaal Norbert Gross. Daarachter was het Zack Booth, een jong talent uit de Mighty Mini-klasse die aan het stuur van de Cooper S van Jonathan Lewis oprukte vanaf P13 en aanhaakte bij Bijleveld. Helaas duurde zijn feestje maar één ronde, toen moest hij de auto uit laten rollen in Surtees. Vervolgens was het Alexander Schlüchter in de Lotus Elan die zich had ontworsteld aan de Lotus Cortina van Wilson en zich op de bumper van de Falcon meldde. Mark Dols had de techniek weer helemaal voor elkaar en ging in Surtees buitenom bij Erwin van Lieshout. Bob Stevens in de Lotus Elan had bij de start zijn vader Jos te pakken genomen en had bovendien Frits Campagne in de Ford Falcon en Roger Ebdon in de Mini ertussen als buffer. Achteraan was het Gerrit Jan van Leenen in de Lotus Cortina die een treintje bestaande uit Christoff Forell (Triumph TR4), Alex Korle en de beide Lotussen van Van Gils en Kargus aanvoerde.
In de tweede ronde begon het wat harder te regenen. René de Vries had nu de leiding in de kleine klasse en streed met Harmen van Putten in de Shelby. Daarachter leidde Nico Zonneveld GTS11, op ruime afstand voor Richard Evans en Mark Dols. Rhea Sautter was goed gestart in haar E-type en hield de deur stevig dicht voor Bob Stevens en Frits Campagne. Gerrit Jan van Leenen had daar minder succes mee, hij had van Gils en Forell voorbij moeten laten, en Korle en Kargus wilden er duidelijk zichtbaar ook langs.
De regen zette niet door en het was nu Norbert Gross die de snelste man op de baan was, daartoe aangezet door Michiel Smits die dicht achter hem zat. Gross was zelfs zo snel dat hij in Surtees binnendoor piepte bij Michiel Campagne. En dat was goed nieuws voor Bergmans, die de Corvette steeds dichterbij had zien komen. Om de vijfde plaats ging het tussen Bijleveld, Schlüchter, Wilson en Roel Korsten. Jasper Izaks was bij de start van P21 naar P13 gesprongen en vermaakte zich prima op de natte baan, maar kreeg nu toch te maken met Roger Ebdon, die in zijn Mini was vetrokken van P26.De speakers hadden grote moeite met de namen van de deelnemers, vooral Maarschalkerwaart kostte de nodige tongbrekens, hetgeen ze er niet van weerhield het bij herhaling uit te proberen te spreken. Frans van M. was intussen in gevecht met Nico Zonneveld, terwijl daarachter Ebdon en Izaks streden. Daarop volgde een enorme groep onder leiding van Rhea Sautter, gevolgd door Bob Stevens, Frits Campagne, Rob Rappange, Richard Evans, Jos Stevens, Roland Zoomers, John Faux en Mark Dols. Nog weer verderop deed Klaas Span een poging binnendoor te steken bij Bert Mets, net op het moment dat de wedstrijdleiding hem een straf van 10 seconden oplegde wegens een verkeerde startpositie, een misdrijf waar ook Wilson voor gestraft werd.
De ronde erop wist Zonneveld zijn Morgan nog steeds voor de Shelby te houden, maar Ebdon was nu ontsnapt en in gevecht met Bob Stevens, terwijl Frits Campagne en Jos Steven het met Jasper Izaks aan de stok hadden, Rob Rappange in de sandwich zat tussen de E-types van Sautter en Zoomers en Mark Dols voorbij gestoken werd door Bert du Toy van Hees in de Lotus Elite. Het werd weer wat droger en de rondetijden gingen verder omlaag. Michiel Campagne was weer langs Gross gegaan, die nu last kreeg van een aandringende Smits. Bergmans trapte voor wat hij waard was en zette een nieuwe snelste ronde, maar Campagne volgde toch op slechts 0,3 seconde. De actie bereikte een hoogtepunt toen Smits, die we hier tijdens de Gentlemen GT race veelvuldig door de grindbak hadden zien gaan, in Paddock Hill Bend de derde plaats ontfutselde aan Gross. Ongeveer tegelijkertijd was het leidende tweetal in de Druids haarspeldbocht aangeland en daar pakte Michiel Campagne de leiding over van Bergmans, terwijl Schlüchter even later zijn Lotus Elan langs Bijleveld naar P5 stuurde. En ja, Frans van Maarschalkerwaart was nu ook langs Nico Zonneveld, terwijl Ebdon in de tang zat tussen Frits Campagne en Jos Stevens.
Michiel Campagne begon nu gas te geven. Bergmans probeerde te volgen maar moest zijn podiumaspiraties opgeven na een spin onderaan Paddock Hill Bend, waardoor Smits en Gross erlangs konden. Jos Stevens probeerde zoon Bob terug te pakken, maar Nico Zonneveld zat er nog tussen. Rob Rappange had zijn Mini aan het achterklepje van Jasper Izaks’ Abarth gehaakt. Bert Mets had Klaas Span weer teruggepakt, Frank Romo bedacht zich dat hij niet in een Mini maar in een Lotus Cortina zat en ging er ook maar voorbij en MGB-piloot Egbert Kolvoort maakte gebruik van de situatie door ook een plekje van Span af te pakken.
Bij het ingaan van de achtste ronde waren de eerste achterblijvers inmiddels gelapt. In Paddock Hill Bend steeg ineens een stofwolk op. Het bleek René de Vries te zijn. Hij was met afstand de snelste man in de klasse in zijn Mini Cooper, maar werd nu het slachtoffer van de meedogenloze grindbak waar zijn voorbeeld Jonathan Lewis die ochtend ook al in geëindigd was. Met dit verschil dat René het een stuk spectaculairder deed, zijn afsprong bestond uit een dubbele achterwaartse salto met schroef. Gelukkig was René OK, shaken but not stirred zou james Bond zeggen. Het gevecht Bob Stevens – Jos Stevens speelde zich nu af rond de Ford Falcon van Frits Campagne, terwijl Nico Zonneveld last had van een dipje. Richard Evans perste er daarop drie razendsnelle ronden uit, wat hem in staat stelde om de leiding in GTS11 van Nico over te nemen.
Bijleveld had intussen weer orde op zaken gesteld, maar Schlüchter liet dit niet op zich zitten en stuurde zijn Elan binnendoor in Surtees Bend. Bij de familie Stevens had Jos eindelijk zijn oranje Elan langs de groen-gele van Bob weten te sturen, maar dat was even later alweer andersom, terwijl het trio Ebdon-Izaks-Rappange nu streed om P1 in de kleine klasse. Erwin van Lieshout en Mark Dols gingen naast elkaar door Surtees; toen ze weer in beeld kwamen in Clearways was het de Porsche die voor de MGB lag. Achteraan het alfabet ging de strijd tussen Zoomers en Zonneveld, terwijl Bert Mets werd opgejaagd door Egbert Kolvoort.
Bijleveld probeerde nu Schlüchter uit te remmen in Druids, iets wat misschien wel zou kunnen met een Falcon op Avons op een ietwat vochtige baan?! Het kon niet, zo bleek, maar bezorgde wel de speaker een hartverzakking. Bob Stevens prikte zijn Elan in Surtees binnendoor bij de Shelby van Frans van Maarschalkerwaart en zorgde zo voor een goede buffer naar Jos, terwijl Nico Zonneveld aanhaakte bij Evans. Andere strijdende duo’s in deze fase waren van Putten-Wilson, Dols-du Toy van Hees en Bondesson-van Gils.
Bijleveld en Sclüchter waren nog steeds volop in gevecht, maar ondanks dat waren ze naar Bergmans toegereden. Bijleveld probeerde opnieuw Schlüchter uit te remmen in Druids. Dat lukte wederom niet, maar hij gaf deze keer niet op een vervolgde zijn weg over het gras. Tegen de tijd dat ze Graham Hill Bend bereikten reed de Ford Falcon weer op het asfalt, waar het al vrij druk was met een Iso en een Lotus. Voor Schlüchter een déja-vu van vorig jaar: toen zat hij klem tussen een Shelby en een Corvette, nu werd hij gemangeld tussen een Falcon en een Iso Rivolta. Het gevolg was krek hetzelfde als een jaar eerder: hij moest uitwijken naar het gras en verloor veel tijd. De wedstrijdleiding was zowaar mild en gaf hem deze keer geen straf voor het overschrijden van de track limits.
De race zat inmiddels in de eindfase, met Michiel Campagne op 5 seconden voor Michiel Smits en Gross zo’n 20 seconden daarachter. De strijd om de plaatsen 4-5-6- was ook gestreden, met Bijleveld voor Bergmans en Schlüchter als eerste 4-cilinder en winnaar in GTS10. Harmen van Putten had de dreiging van Wilson afgeslagen en finishte als zevende, derde in GTS12. Wilson won de Lotus Cortina klasse met grote overmacht. De top-10 werd volgemaakt door Roel Korsten (derde in CT10 in de Ford Mustang), voor een strijdend trio Lotus Elans dat werd aangevoerd door Bob Stevens, met Jos Stevens en John Faux binnen een seconde. In GTS11 was de finish al even spannend, met een licht rokende Marcos van Evans als winnaar, terwijl Nico Zonneveld op 0,05 seconde voor Erwin van Lieshout over de streep kwam. En dan waren er nog de kleine toerwagens, vooraf aangekondigd als het speelterrein van de Mini’s. Dat gold misschien voor de zandbak, maar op de baan was het Jasper Izaks die het chauvinistische Britse Mini-peloton het nakijken gaf met zijn Fiat Abarth. Ebdon kwam 0,2 seconde tekort, Rappange 0,4. Precies om half 7 was het feest klaar en konden de speakers aan de beademing! Respevt voor deze mannen die vanaf 9 uur ’s ochtends non-stop aan het woord waren.
Kwalificatie en Race 2, GT’s
Op maandag was het eindelijk een keer vroeg opstaan, om kwart over 9 waren de GT’s al aan de beurt voor hun kwalificatie. Helaas zonder Rob Bergmans, want de Iso Rivolta stond al op de trailer. Na de kwalificatie op de lange baan had het team geconstateerd dat één velg een scheurtje vertoonde, maar na de race waren het meerdere velgen. En op een gebroken wiel zit je niet te wachten, dus er zat niets anders op dan de tweede race te laten schieten.
De tijdenlijst werd al snel aangevoerd door de Corvette Grand Sport, maar niet met Michiel Campagne aan het stuur. Het was Matthijs Bakker die van Michiel het aanbod kreeg om deze race te rijden en zich dat geen twee keer liet zeggen. Michiel Smits was tweede snelste in de Shelby en op plaats drie eindigde verrassend Bob Stevens in de Lotus Elan. Hij klopte Alexander Schlüchter met 0,05 seconde. Op P5 was het Harmen van Putten in de tweede Shelby, voor nog meer Lotus Elans, Jos Stevens en John Faux, dan Evans in de Marcos, van Gils in weer een Elan en Nico Zonneveld in de Morgan. Helaas gingen er in deze kwalificatie twee auto’s stuk: bij Bert du Toy van Hees gaf het differentieel de geest, terwijl Erwin van Lieshout een motorstoring kreeg.
Zo bleven er 19 auto’s over voor de race, evengoed voldoende voor een spannende race op het korte baantje van minder dan 2 kilometer. Een baan die je toeschouwer bovendien vanaf de meeste plaatsen bijna helemaal kunt overzien. Helaas voor Bob Stevens had hij een slechte start, het was Schlüchter die als tweede Paddock Hill Bend in zeilde. Ook Evans had een goede start, maar hij werd al snel weer gepasseerd door Van Putten. Bij de eerste doorkomst was het Bakker, Schlüchter, Smits, Faux, van Putten, maar Smits ging even later aan Schlüchter voorbij.
Druids Bend was de plek waar het allemaal gebeurde deze race, te beginnen met Schlüchter die probeerde Smits uit te remmen, echter zonder succes. Ook een poging inde daaropvolgende Graham Hill Bend mislukte. Op Cooper Straight neemt zo’n Shelby grote stappen, dus in de daaropvolgende combinatie met Surtees en Clearways was Smits relatief veilig. Ook Thomas Kargus waagde een uitremactie in Druids, en wel op collega-Lotus Elan-piloot Lars Bondesson. Die schrok zo dat hij spinde en de motor niet meer aan de praat kreeg. Na hun matige starts was de familie Stevens weer op weg naar voren, Bob ging langs Richard Evans voor P6, Jos langs Nico Zonneveld voor P10. Ook de twee E-types met Rhea Sautter en Roland Zoomers hadden een mooi gevecht, waarbij Roland een mooie uitremactie pleegde, maar Rhea zich zeker niet gewonnen gaf.
Smits zat intussen op minder dan een seconde van Bakker, maar de Corvette Grand Sport heeft zoveel extra vermogen dat hij geen moment een serieuze bedreiging vormde. Schlüchter, Faux en van Putten reden alleen, maar daarachter was het pret met een groep aangevoerd door Bob Stevens, voor Richard Evans, Frans van Maarschalkerwaart, Niek van Gils en Jos Stevens. Kargus deed weer een geslaagde uitremactie in Druids, deze keer op Sautter, maar die pakte hem op Cooper Straight weer terug.
Een ronde verder probeerde Van Gils het aan de binnenkant bij de Shelby, maar Van Maarschalkerwaart remde laat en hield de deur dicht. Ook Sautter hield de deur deze keer dicht, maar niet genoeg en Kargus was erlangs! Mark Dols verliet intussen het strijdtoneel met een kapotte steekas. Schlüchter probeerde van alles om het gat naar Smits te dichten, inclusief een aantal gewaagde lijnen door Paddock Hill Bend, maar hij kon er niet bijkomen.
Jos Stevens was intussen voorbij gegaan aan Niek van Gils, maar die pakte hem terug in Graham Hill Bend en ging vervolgens door voor een hernieuwde uitremactie op van Maarschalkerwaart in Druids. Opnieuw gooide die de deur dicht, alleen was hij nu aan de late kant, want de gele Lotus had er al een voet tussen. Het gevolg was een touché en een spin voor van Gils. Jos Stevens deed het de ronde erop beter: hij had een snellere lijn door Paddock Hill Bend en zat er al naast voor de remzone, waarna hij probleemloos binnendoor glipte.
Bob Stevens probeerde hetzelfde trucje bij Harmen van Putten, maar ook hij kreeg geen ruimte. Zoomers werd nu achtervolgd door Kargus en Sautter en Niek van Gils had een nieuwe tegenstander gevonden in Nico Zonneveld.
De rondenteller draait op het korte baantje sneller dan de grote wijzer van de klok, we zaten inmiddels in ronde 15 en de helft van het veld was al gelapt, sommigen zelfs twee keer. Bob Stevens moest zijn race helaas beëindigen met een te hoog oplopende olietemperatuur. Jos Stevens probeerde ondertussen Evans te passeren, maar die wist alle bewegingen van de oranje Elan te pareren. Van Gils deed intussen weer de uitremtruc, deze keer op Zonneveld.
Evans had het nu moeilijk, hij kreeg even lucht toen de leider voorbij kwam en Stevens netjes aan de kant ging. Zelf bleef hij op de ideale lijn zitten tot op Cooper Straight. Intussen had van Gils weer van Maarschalkerwaart in het vizier, en toen deze even dwars ging in Graham Hill Bend zat hij weer op de bumper. Inmiddels bleek de klok echter op 25 minuten te staan, en de rondenteller zelfs op 27, en dus was Bakker afgevlagd en 2,4 seconden later Smits. Alleen Schlüchter, Faux en van Putten zaten nog in dezelfde ronde, de rest was één of meer keer gelapt. Evans hield 0,3 seconde over op Jos Stevens, daarna was het Frans van Maarschalkerwaart op een halve seconde voor van Gils. Nico Zonneveld maakte de top-10 vol in de Morgan +4.
Kwalificatie en Race 3, toerwagens
Onder de 15 auto’s in het assembly area waren er maar liefst 7 Mini’s, waaronder die van René de Vries. Het dak was wat verkreukeld, maar voor de rest stond de nummer 37 er dankzij de inspanningen van het Classic Sport Ignition & Snetterton Speedshop Team weer spic & span bij voor de kwalificatie. Ook de rijder had er weer zin in. Verder was er de gebruikelijke stoelendans: Jaap van der Ende in de Falcon in plaats van Martin Bijleveld, niet Ron maar David Verzijlbergen in de Fiat Abarth, Timo in plaats van Klaas Span in de Mini, Jonathan Lewis in zijn eigen Mini in plaats van Zack Booth en nog een Mini erbij, die van Nick Swift, bestuurd door Phil Anning.
De bochtencombinatie Surtees – McLaren – Clearways is altijd goed voor spektakel. Ook nu weer: Bert Mets deed een soort dansje (vermoedelijk nog naswingend van Guus Meeuwis), Phil Anning gebruikte zoveel ruimte naast de baan dat hij zijn snelste ronde moest afstaan en Jaap van der Ende spinde spectaculair onder het motto: als je niks probeert, win je ook niks.
Het was niet verrassend Gross die de snelste was, 0,8 seconde voor van der Ende. De tweede rij was voor het duo Lewis-Anning. P5 was voor Graham Wilson in zijn ongehoord snelle CT08 Lotus Cortina. Daarna weer twee V8-en, Roel Korsten en Frits Campagne, en drie Mini’s in de volgorde de Vries-Ebdon-Rappange.
Na de lunch was het race time met een veld van 15 auto’s. Dat is ruim voldoende voor een leuke race op Brands, tenminste als er niet in de eerste bocht al twee de grindbak in tetteren. Helaas is dat wat er gebeurde, rookie Roel Korsten ging iets te hard Paddock Hill Bend in, iedereen kon hem ontwijken, alleen moest de onfortuinlijke René de Vreis (je schrijft het anders, maar zo spreken ze het in Engeland uit) daarvoor wel de grindbak opzoeken. Hij ploegde dapper voort, maar kwam uiteindelijk tot stilstand op luttele meters van zijn eerdere landingsplaats. Ook Korsten zat vast, dus toen waren er nog 13.
Lewis had intussen zijn zinnen op Gross gezet, maar die liet zich niet verrassen. Bovendien kwam op Brabham Straight van der Ende voorbij. Anning had intussen in Graham Hill Bend even de baan verlaten en daarmee de aansluiting verloren, maar zat nog wel voor de Cortina van Wilson. Daarmee was de top-5 bepaald en die zou gedurende de 26 ronden van de race niet veranderen. Gelukkig waren er nog de posities 6 t/m 13, in eerste instantie aangevoerd door Roger Ebdon in de Mini. Die moest al snel Frits Campagne in de Ford Falcon voor zich dulden, terwijl daarachter het treintje Romo-Rappange-Span-Izaks (die weer in de Abarth was gestapt) volgde. Rob Rappange probeerde een interessante variatie door in Druids buitenom de Lotus Cortina van Romo te willen gaan. Dat werkte niet, maar even later was hij er toch langs. Ook Ebdon moest er enkele ronden later aan geloven. Ondertussen werd Timo Span helemaal gek van de Fiat Abarth die nu eens links, dan weer rechts keek, maar er niet langs kon. Uiteindelijk wist Jasper het in Graham Hill Bend toch voor elkaar te krijgen. Ebdon had ondertussen een probleem en zag achtereenvolgens Romo, Izaks en Span voorbij komen, waarna hij zijn auto in de pits parkeerde. Het blijven kwetsbare karretjes die Coopers, want even later hield het ook voor Timo Span op toen zijn Mini geen aandrijving meer had. Jasper Izaks verlegde zijn intimidatietactieken naar nu Frank Romo. Die had echter genoeg power in zijn twincam om op de rechte stukken net voldoende weg te lopen, en dus moest Jasper een list bedenken. In het verkeer met de leider lukte het om aan te haken en vervolgens in Clearways, Druids en Graham Hill Bend zo’n beetje naast de Cortina te komen, maar Romo maakte geen fouten en reed steeds weer weg. De gouden kans kwam toen Jaap van der Ende het duo op een ronde zette. Romo moest van zijn lijn af voor Surtees. Izaks kleefde zijn Abarthje aan de bumper achter de Falcon en zoefde op de ideale lijn door Surtees-McLaren-Clearways en Clark, gevolgd door een slipstreampje op het Brabham Straight, terwijl de verbouwereerde Romo twee seconden verloor.
Daarmee was de eindvolgorde bepaald en koersten de 11 overgebleven deelnemers naar de finish. De top-5 noemden we in het begin al: Gross-van der Ende-Lewis-Anning-Wilson en ook Frits Campagne reed een eenzame race naar P6. Zevende en morele winnaar (want eerste niet-gastrijder) in de kleine klasse was Rob Rappange. Daarna volgden Izaks, Romo, Mets en tenslotte Gerrit Jan van Leenen. Er was niet veel publiek, maar het was toch een mooi moment om Jaap van der Ende op het podium te zien staan op hetzelfde circuit waar zijn zoons Ricardo en Jacky het Formule Ford Festival wonnen.
Op naar Spa!

 

Mustangs dominate opening races

(Voor Nederlands even naar beneden scrollen)
Over 40 entries made for a great start to the 2015 Dutch National Championship for pre ‘66 Touring Cars & GT’s powered by Visser Contactlenzen, during the traditional Historic Zandvoort Trophy. Polesitter Norbert Gross took the lead of Race 1 in his Ford Falcon, but he was soon overtaken by Michiel Smits in a Shelby Mustang GT350. The chase was led by Alexander Schlüchter in a Lotus Elan, Hans Hugenholtz in another Shelby and Jos Stevens in another Elan. After Gross lost more ground, Schlüchter closed up to Smits and a ding-dong batlle ensued. The German Lotus driver tried all the tricks in the book, but was unable to pass. Hugenholtz benefited, being able to close the gap. When Schlüchter tried a move around the outside in Tarzan Corner, Hugenholtz took advantage, blocked the German’s path and moved up to second. Meanwhile Richard Evans was leading GTS11 in his fast but fragile Marcos 1800. It lived up to expectations once again, depositing all its oil onto the racing line, through a large hole in the block. The Safety Car was deployed and all the cars bunched up. Sterling work by the marshals left enough time for a three-lap sprint to the finish. Michiel Smits managed to survive several attacks, but on the last lap wily old fox Hugenholtz (whose father designed the original Zandvoort track) made it stick and won the race. Norbert Gross hung on to the lead in the big touring car class. The small classes were won by Rob Rappange (Mini Cooper) and Bert du Toy van Hees (Lotus Elite).


The second race was run on the sunday afternoon in damp conditions. This had unexpected results. Normally one would expect the Porsches 911 and Mini’s to come into their own, but things turned out differently. Competitors in CT10 and GTS12 are allowed to use a different make of tire, since various sizes of the mandatory Dunlop Racing tires are currently in short supply, due to production being moved to another factory. It soon became clear that this alternative rubber has far better wet weather capabilities than the old-fashioned Dunlops. As a result, the race turned into a Ford fest. Alexander Schlüchter grabbed the lead with a lightning start in his Elan, but in the course of the first lap start Hans Hugenholtz and Dirk Waaijenberg passed him effortlessly. Waaijenberg led for three laps in his Ford Falcon, but it was reigning champion Armand Adriaans who came to the fore in his Ford Mustang and took the win. Young gun Michael Koel could only watch in frustration, he just did not have the same sort of grip and finished down in eighth, first of the Dunlop runners, in his Porsche 911. Danny van Dongen and Jonathan Lewis came second and third in the Dunlop race in their Mini Coopers. Bert du Toy van Hees again won the small GT class.

NK HTGT powered by Visser Contactlenzen @ Historische Zandvoort Trophy 2015
Eindelijk! Het NK HTGT 2015, powered by Visser Contactlenzen ging van start tijdens de Historische Zandvoort Trofee. Met een overvolle inschrijflijst, waar dan toch weer mensen vanaf vallen omdat de auto nog niet klaar is. Op vrijdag kon er vrij getraind worden en dat verliep niet voor iedereen naar wens. Titelverdediger in de kleine toerwagenklasse Roger Ebdon kon onverrichter zake terug naar Engeland met een kapotte versnellingsbak. Pieter Boel veroorzaakte nogal wat gladdigheid toen hij alle koelvloeistof verloor en was ook meteen klaar voor het weekend. En debutant Cees Lubbers, onderweg in een Ford Cortina GT, had last van een motor die op drie poten liep.


Kwalificatie
Zo bleven er 41 deelnemers over die zaterdagochtend de strijd met de klok aangingen om een goede startpositie te bemachtigen. De tijden doken al snel naar beneden. Na 20 minuten had oude rot Norbert Gross de pole met zijn Falcon in een lage 2:03. Op 0,3 seconde volgde Michiel Smits met zijn Shelby Mustang, een combinatie die we nog niet eerder gezien hadden in het NK HTGT, maar zeker geen nieuwkomer in de historische autosport. Hij troefde Hans Hugenholtz met nog een Shelby Mustang af. Daarachter volgden twee Lotus Elans, Alexander Schlüchter op 2:04,3 en Jos Stevens op 2:04,6. De GTS10 (Lotus Elan) klasse was goed bezet dit weekend, want ook Lars Bondesson, Thomas Kargus en Alex Korle waren present, plus Bob Stevens die de mintgroene de TR4 heeft verruild voor een donkergroen met gele Elan en onze Zuiderbuur “Scartie”, Jean-Christophe voor intimi.
Terug naar de startlijst, de zesde tijd kwam op naam van Armand Adriaans, niet in de Shelby maar in een ‘gewone’ Ford Mustang, geen GT maar een toerwagen dus. CT10 was de best bezette klasse dit weekend. Martin Bijleveld kwalificeerde zich als zevende, hij had hoger willen eindigen maar de tank raakte leeg en dus zat een laatste snelle ronde er niet meer in. Achtste was Rob Bergmans met de Iso Rivolta en dat is dan weer geen toerwagen maar een GT, ingedeeld in GTS12. Helaas zat er een onvindbare trilling inde aandrijflijn en liever dan meteen de verse motor in puin draaien, blies het team de aftocht om het probleem op te gaan sporen. Daarachter volgde Dirk Waaijenberg met de Falcon, terwijl Frans van Maarschalkerwaart de top-10 volmaakte met weer zo’n Ford V8, maar dan in Shelby-gedaante. Trainingssnelste in GTS11 was Nico Zonneveld met de Morgan, voor Richard Evans in de Marcos 1800 en Michael Koel in de Porsche 911. Daartussen stond nog Michael’s neef Patrick, die het relatief rustig aandeed met de Porsche 904/6. Debutant Roy Korsten kwalificeerde een fonkelnieuw uitziende Ford Mustang op een keurige P18. Mini’s dan, waarbij het in de mode lijkt te zijn om een “pro” in te huren voor de snelle tijden. Danny van Dongen reed 2:10,2 in de Cooper S van Bert Mets en dat is inderdaad snel, maar iedereen reed eerlijk gezegd behoorlijk snel, want die tijd was toch maar goed voor plaats 20. René de Vries met pro Jonathan Lewis bleven steken op plaats 25, Rob Rappange deed het solo en volgde op P26. Ron Verzijlbergen kwam niet verder dan plaats 36 als gevolg van een kapotte schakelstang in de Fiat Abarth. Bij de kleine GT’s waren het de Lotus Elites van Bert du Toy van Hees en Fred Corporaal die het tempo aangaven. In CT08, de Cortina-klasse was het rustig, hoewel Frank Romo daar wel een verrassende verschijning is. Hij is de onbetrouwbaarheid van zijn Mini zat, maar houdt er toch van een gokje, vandaar dat hij zijn geluk nu beproeft met een Lotus Cortina.

Race 1
Zaterdagmiddag, race time! Bij het uitgaan van de lichten heeft Michiel Smits een goede start en pakt de leiding. Ook de Elans met Schlüchter en Jos Stevens komen goed weg. Maar de prijs voor de beste start gaat naar Jasper Izaks, die bovendien in de serie Tarzan-Gerlach-Hugenholtz nog een flink aantal plaatsen pakt en na 1 ronde op P21 rijdt, waarmee hij zijn klasse aanvoert, voor Rappange! Vooraan is het Gross, gevolgd door Smits, Schlüchter, Hugenholtz, Jos Stevens en de goed gestarte Frans van Maarschalkerwaart. Bijleveld wilde te graag en heeft flink terrein verloren. Richard Evans heeft de leiding in GTS11, maar Michael Koel zit hem op de hielen.
Gross moet zijn meerdere erkennen in Smits, maar hij probeert wel aan te haken. Ook tussen Schlüchter en Hugenholtz is het close. Bijleveld is weer op weg naar voren en gaat achtereenvolgens Stephen Perry in de Ford Falcon en Richard Evans voorbij. Izaks blijft met zijn sub 1-liter motortje de Mini’s van Rappange en De Vries en de Porsches van Theo van Gammeren en Patrick Koel voor. Een Duits gevecht is gaande tussen Alex Korle in de Lotus en de Jaguar E-types van Rhea Sautter en Rainer Vorköper. Michel Lombard heeft een lekkend spruitstuk op zijn Alpine A110 en kan de Lotus Elites niet bijhouden, maar hij passeert wel Gerrit Jan van Leenen in de Lotus Cortina.
Bij het ingaan van de vierde ronde is de volgorde vooraan ongewijzigd. Evans wordt opgejaagd door Bob Stevens, Michael Koel en Richard Perry. Izaks houdt stand tegen Rappange in een mooi gevecht. Vorköper komt op gang en is op jacht naar Fred Corporaal, nadat hij Bert Mets, Erwin van Lieshout in de Porsche 911 en Huib Mars in de Austin Healey achter zich heeft gelaten. Sautter zit nog achter dit gezelschap, maar zal enkele ronden later het trucje herhalen. Dat moet natuurlijk ook wel, met twee van die 3,8 liter E-types….
Achter de kop wordt het nu spannend, Gross verliest terrein en Schlüchter, Hugenholtz en Jos Stevens zitten dicht bij elkaar. Schlüchter krijgt aansluiting bij Smits en er ontstaat een geweldige strijd. De Duitser probeert van alles, maar komt er steeds net niet bij. Daarvan profiteert Hugenholtz, die het gat dichtrijdt. In de vijfde ronde verremt de Duitser zich in de Tarzanbocht, maar hij weet voor te blijven. Wanneer Schlüchter het de ronde daarop buitenom probeert, zet Hugenholtz zijn Shelby er aan de binnenkant naast. De Elan-piloot kan niet terug naar de ideale lijn en moet de plek opgeven.
Frits Campagne met de Ford Falcon is in gevecht met rookie Korsten in de Mustang en Bondesson in de Elan. Rappange is inmiddels Izaks voorbij en heeft ook nog eens Patrick Koel met de Porsche als buffer ertussen. Van Gammeren en De Vries hebben hier ook nog aansluiting bij. Michel Lombard zoekt de pits op om eens te kijken of er tenminste nog een paar boutjes vast zitten. Bob Stevens is ondertussen Richard Evans voorbij en daar heeft hij geluk mee, want er doet zich een déja-vu voor: een enorme witte rookwolk achter de Marcos. Deze keer is het niet het diff of de bak, maar een gat in het motorblok. Het gevolg is een enorm oliespoor, precies op de ideale lijn, en dus een Safety Car.
Gelukkig is er door razendsnel werk van de baancommissarissen nog tijd voor een eindsprint over 3 ronden. Inhalen voor de startstreep mag niet en dat kan nog wel eens frustrerend zijn als je achter een langzame achterblijver zit. Dat ondervindt Rainer Vorköper, die klem zit achter de Alpine van Lombard, die weer de baan op is gegaan in ene poging genoeg rondjes te rijden om geklasseerd te worden. De Duitser trapt te vroeg op het gas en wordt beloond met 20 strafseconden.
Frans van Maarschalkerwaart en Martin Bijleveld zijn al een tijdje in een heftige strijd verwikkeld. Na enkele bijna-touchés komt het er dan toch van, Frans remt te laat, Martin stuurt toch in, niemand heeft echt schuld en iedereen wordt gestraft want in plaats van plaats 8 en 9 komen ze nu uit op 35 en 37. Een strijd die ook niet onvermeld mag blijven, omdat hij de gehele race duurt, is die tussen Harmen van Putten en Michel Oprey. Oprey’s Shelby heeft meer topsnelheid, maar Van Putten’s exemplaar gaat harder de bocht om. Uiteindelijk is het van Putten die de derde plaats in GTS12 pakt.
Michiel Smits slaat diverse aanvallen van Hugenholtz af, maar vlak voor het einde laat de oude vos Hugenholtz zien dat hij toch het best de weg weet op Zandvoort en is het de RTH-Shelby die als eerste onder de vlag doorrijdt. Schlüchter wordt derde op 0,2 seconde voor Jos Stevens. Gross heeft de strijd aan kop gelaten voor wat hij was, maar wint wel CT10, voor Armand Adriaans en Dirk Waaijenberg. Bob Stevens wordt mooi achtste, en derde in GTS10. Frits Campagne is negende, voor GTS11-winnaar Michael Koel. Nico Zonneveld stuurt de Morgan naar plaats twee in GTS11, Theo van Gammeren is derde. Rob Rappange wint de klasse CT06/07, voor de Fiat Abarth van Izaks. René de Vries is derde. Bij de kleine GT’s zijn de Lotus Elites onverslaanbaar, met Bert du Toy van Hees voor Fred Corporaal. De derde plaats is voor Horst Kukemüller in de Alfa Giulietta Sprint. De winst in CT08 is voor Gerrit Jan van Leenen.
Race 2
Voorafgaand aan de eerste race waren er al allerlei speculaties over de Avon banden waarop de deelnemers in de CT10 en GTS12 klasse mogen rijden. Dit is een tijdelijke situatie vanwege leveringsproblemen rond de verplichte Dunlop Racings. De speculaties konden in de eerste race niet echt getoetst worden, want door de Safety Car-situatie kregen de banden op driekwart van Race 1 even respijt. Tot dat moment leek het allemaal redelijk gelijk op te gaan. Maar voor Race 2, op de zondagmiddag van de Historische Zandvoort Trofee, werd het een heel ander verhaal, want er moest worden geracet op een vochtige baan. En wat iedereen wel wist: in de regen doet zo’n Avon het vele malen beter dan de ouderwetse Dunlops. Waar het normaal gesproken de Porsches 911 en de Mini’s zijn die voordeel hebben, zou deze race dan ook uitdraaien op een Ford V8 feestje.
Voor de start kruipt Hans Hugenholtz een beetje. Hij stopt weer, maar de wedstrijdleiding kan niets anders doen dan hem 10 strafseconden geven. Deze keer heeft Alexander Schlüchter een raketstart, hij pakt de leiding met zijn Lotus Elan. Echter, aan het eind van de eerste ronde zijn Hugenholtz en Dirk Waaijenberg hem moeiteloos gepasseerd. Ook Michael Koel start goed, hij weet twee ronden lang de vierde plaats vast te houden. Dan valt ook bij hem het kwartje: er valt met Dunlops niet te scoren in de regen. Bob Stevens ontdekt hetzelfde, hij spint bij het opgaan van de Hunserug en moet iedereen voorbij laten. Omgekeerd moeten de rijders in CT10 en GTS12 nog wennen aan de grip van de Avon band, op één uitzondering na: Roel Korsten. Hij weet niet beter en deze rookie rijdt dan ook in de vijfde ronde al op plaats 5! Driftkoning Waaijenberg heeft intussen de leiding en laat zien dat hij ook strak kan sturen. Armand Adriaans neemt de derde plaats over van Hugenholtz.
Avon-fan Jaap van der Ende is intussen van plaats 35 opgerukt naar P10. In de kleine klasse is er stoelendans geweest en zijn Danny van Dongen, Jonathan Lewis, Ron Verzijlbergen en Timo Span ingestapt. Rob Rappange kan gelijk aan de bak met deze nieuwe tegenstanders en moet Lewis en van Dongen voor zich dulden, terwijl Verzijlbergen achter hem aan zit.
Waaijenberg weet gedurende drie ronden de leiding te behouden, maar dan is het regerend kampioen Armand Adriaans die zijn Mustang binnendoor steekt bij het aansnijden van de Tarzanbocht. Hugenholtz zit voor Smits met pal daarachter de verbazingwekkende Roel Korsten. Ondanks dat de Engelse Mini-legende Jonathan Lewis spectaculair rijdt, de Mini tilt in de Gerlachtbocht zelfs een achterpootje op, gaat Zandvoort-expert Danny van Dongen hem voorbij. Deze ronde is het Michel Oprey die spint bij het opgaan van de Hunsegrug. Lombard voelt zich in zijn Alpine duidelijk thuis in de regen, hij is Vorköper gepasseerd en dringt aan bij Sautter en Corporaal.
In de vijfde ronde is er een Falcon-oorlog gaande tussen Gross, Perry en Van der Ende. Jaap kan net niet helemaal aanhaken, en ziet hoe de twee ex-teamgenoten er een heftige strijd van maken, die uiteindelijk door de Amerikaan gewonnen wordt; niet geheel zonder fysiek contact, getuige een loshangende achterbumper. De Shelby van Harmen van Putten blijkt niet bestuurd te worden door Roeland Voerman, maar door Michiel Campagne, die intussen is opgerukt naar de top-10 en strijdt met Michael Koel in de Porsche.
Bij het ingaan van de zevende ronde zijn Adriaans en Smits ontsnapt, terwijl Korsten nu zelfs de derde plaats in handen heeft! Helaas heeft hij de ronde erop een momentje buiten de baan en kunnen Hugenholtz en Waaijenberg er weer langs. Ondertussen is Rob Rappange weer volop in gevecht met de Fiat Abarth, nu bestuurd door Verzijlbergen. De strijd gaat om de derde plaats in de kleine toerwagenklasse en het is uiteindelijk Rappange die het met een verschil van 0,184 in zijn voordeel beslist. Voor de tweede keer haalt de oranje Falcon de finish niet: Jaap van der Ende moet hem op de Hunserug aan de kant zetten.
In de laatste ronden zijn er vrijwel geen positiewisselingen meer. Na 12 doorkomsten komt Adriaans als eerste over de meet, voor Smits en Hugenholtz, die echter door zijn tijdstraf terugvalt tot achter Waaijenberg. Korsten is vijfde overall en derde in CT10. Hij wordt gevolgd door Michiel Campagne, Stephen Perry en Norbert Gross. Perry heeft echter ook een tijdstraf opgelopen en zakt twee plaatsen in de uitslag. Michael Koel eindigt dus als achtste, tevens winnaar van de Dunlop race en eerste in de klasse GTS11. Danny van Dongen finisht als negende, wint CT06/07 en pakt plaats twee in de Dunlop-race, voor Jonathan Lewis. Theo van Gammeren is tweede in GTS11, voor Nico Zonneveld in de Morgan. In GTS10 wint Schlüchter, voor Jos Stevens en debutant “Scartie”. Bij de kleine GT’s weet Michel Lombard de tweede plaats over te nemen van Fred Corporaal, maar Bert du Toy van Hees kan hij niet bijhalen. Frank Romo pakt de winst in CT08.
In het kampioenschap zijn het Lotus-piloten Schlüchter en du Toy van Hees die vooraan staan, omdat ze beide twee keer hun klasse wonnen. Voorlopig kunnen ze daar een poos van genieten, want de komende races op Brands Hatch en Spa-Francorchamps tellen niet mee voor de punten.

State of Art Historic Zandvoort Trophy

(voor Nederlands even naar beneden scrollen)
Zandvoort’s new tarmac changed the goalposts in the NK HTGT powered by Gamma. The V8 powered cars had trouble finding traction on the ultra-smooth surface and the nimbler cars benefited. Now an AC Cobra is of course a nimble car with a V8 and David Hart used his to best advantage on saturday afternoon to score a dominant victory. Behind him there was a thrilling battle for second between three Lotus Elan drivers, Jos and Bob Stevens and Christian von Wedel. By driving defensively, the hugely experienced German count managed to take second ahead of young Bob Stevens. Alexander Schlüchter blew his chances by spinning on the opening lap, but managed to recover to fifth. The GTS11 class was won by Robert Hamilton in his Marcos 1800GT and the small GT class by Brian Lambert in a Ginetta G4. In the big saloon car class things went wrong on the first lap. Norbert Gross and Cees Lubbers made contact and reigning champion Gross spun off the track. Upon rejoining, he t-boned another competitor. Roel Korsten wasted no time and took the class lead in his Ford Mustang, but in the end it was Jaap van der Ende (Ford Falcon) who had the last laugh as Korsten was one of a number of drivers penalized for not wearing fireproof socks! The other touring car classes were won by Bert du Toy van Hees (Lotus Cortina) and Bert Mets (Morris Cooper S).

Sunday’s race turned into a Lotus Elan benefit. At the start, Mark Dols took off like a rocket in his Marcos, but it was Jos Stevens who took the lead in Tarzan corner. Soon we had a three-way Lotus lead battle with Jos Stevens, Bob Stevens and Alexander Schlüchter. Next up Mark Dols and Robert Hamilton were having a titanic battle in their Marcos’. Bob Stevens was the fastest man on track, but after a short excursion he had to work hard to close on and finally pass Schlüchter. Having done that, he closed the gap to his father. On the last lap, they enountered some serious slower traffic and young Bob cleverly used this to his advantage, powering his Lotus Elan past to his second win of the season. Dols won in GTS11 . Frans van Maarschalkerwaart (Shelby Mustang) just managed to stay ahead of Rhea Sautter in her Jaguar E-type to take the win in GTS12. Brian Lambert again won the small GT class in his Ginetta G4. Martin Bijleveld was in a class of his own in CT10. With teammate Jaap van der Ende he now leads the championship standings. The other TC classes were won by Bert Mets and Gerrit Jan van Leenen.

Race 1 result click here / klik hier
Race 2 result click here / klik hier
Full results/alle uitslagen: raceresults.nu
Stand in het kampioenschap / standings click here / klik hier
David Hart klasse apart
De eerste race om het NK HTGT powered by Gamma tijdens de Historische Zandvoort Trophy werd met afstand gewonnen door David Hart in zijn AC Cobra. Om de tweede plaats werd fanatiek gestreden door drie Lotus Elan rijders, Jos en Bob Stevens en Christian Wedel. Door verdedigend te rijden wist de ervaren Duitser de tweede plaats te pakken voor de jonge Bob Stevens. Alexander Schlüchter verprutste zijn kansen door in de eerste ronde te spinnen, maar kwam nog terug naar de vijfde plaats. De GTS11 klasse werd gewonnen door Robert Hamilton in zijn Marcos 1800GT en de kleine sportwagenklasse door Brian Lambert in een Ginetta G4. Bij de grote toerwagens, die op het verse Zandvoortse asfalt maar moeilijk uit de voeten kunnen, ging het mis in de eerste ronde. Norbert Gross en Cees Lubbers raakten elkaar, waarna regerend kampioen Gross van de baan spinde en vervolgens een andere deelnemer raakte. Roel Korsten profiteerde en pakte de leiding in de klasse in zijn Ford Mustang, maar oude rot Jaaap van der Ende (Ford Falcon) lachte het laatst en pakte uiteindelijk de winst. De andere toerwagenklassen werden gewonnen door Bert du Toy van Hees (Lotus Cortina) en Bert Mets (Morris Cooper S).
Bob Stevens slimme winnaar tweede race NK HTGT
De zondagse race om het NK HTGT powerd by Gamma werd een Lotus Elan onderonsje. Bij de start was Mark Dols zeer snel weg in zijn Marcos, maar het was Jos Stevens die de leiding nam. Al snel was er een kopgroepje van drie Lotussen met Jos Stevens, Bob Stevens en Alexander Schlüchter, met niet ver daarachter Mark Dols en Robert Hamilton die een fantastisch gevecht leverden in in hun Marcossen. Bob Stevens was de snelste man in het veld, maar raakte even naast de baan en moest hard werken om Schlüchter te passeren. Toen dat gelukt was, reed hij het gat naar zijn vader dicht. In de laatste ronde kwamen ze in druk verkeer terecht en daarvan profiteerde Bob slim en pakte de winst. Dols won de GTS11 klasse. Frans van Maarschalkerwaart (Shelby Mustang) wist Rhea Sautter in haar Jaguar E-type net voor te blijven voor de winst in GTS12 en Brian Lambert was opnieuw de winnaar bij de kleine sporwagens in zijn Ginetta G4. Martin Bijleveld was een klasse apart in de grote toerwagenklasse, samen met teamgenoot Jaap van der Ende voert hij nu de tussenstand in het kampioenschap aan. De andere toerwagenklassen werden gewonnen door Bert Mets en Gerrit Jan van Leenen.

Finale du saison at Dijon

(voor Nederlands helemaal naar beneden scrollen)

Qualifying

It had been a couple of years since the NK HTGT had visited Dijon. This autumn the Dutch were back in force with the YTCC and Dutch MG Competitions also making the trek to the Bourgogne region. With its fast, undulating corners the former Grand Prix track is popular with drivers and spectators alike, although the main straight is fairly long, favouring the bigger cars. The programme was interesting with single seater action courtesy of the Historic Grand Prix Car Association and Lurani Trophy as well as a number of races for GT’s and prototypes up to 1980. Plenty of action both on and off the track in a nice ambiance, cool cars and competitors from all over Europe kept everyone happy. The circuit management had been busy as well, there was a nice new office building full of attentive young ladies and state-of-the-art timekeeping with live timing and online results.
The entry list for the NK HTGT powered by Gamma had quite a number of no-shows, but with the help of some interesting guest drivers we still had a quality field. Carlo Hamilton has been racing his Ford Falcon Sprint in theBelgian Historic Cup as well as the NK GTTC, but as a 1965 car the NK HTGT is its natural habitat so he fitted straight in. Michel Reitz is a local man who has run in the NK before and is very fast in his Austin Healey 3000. From Belgium we had Philippe Lambiliotte in a Lotus Elan as well as the Mustang of Dumoulin and van Riet, plus another Healey with our German friend Christian Graf von Wedel. And then there was the Rettenmaier family, a well-known name in historic racing. They had entered an Alfa GTA and a BMW1800 for the youngest generation, Klara, Rebecca and Jacob.
There was no free practice, it was straight in with qualifying at 2 pm on Friday. With just a 25 minute session first timers had quite a bit to do, learning the track and then setting a time. Fastest of the bunch was of course Michiel Campagne in the most powerful car of the field, the Grand Sport Corvette, in 1:36.6. Robert Hamilton was motivated to do well, still having a good chance to take the title, posting a 1:38,9 in his Marcos which was good for second initially. However this time was bettered a couple of minutes later by Bob Stevens in the Lotus Elan and as the session drew to a close it was Tom Kuiper in the Corvette Fuelie who went faster still and propelled himself onto the first row with a 1:38.5. Jos Stevens qualified fifth in his Elan, just ahead of Rhea Sautter, the Jag E-type going well. The Bijleveld/v.d. Ende Falcon was next up, fastest of the big touring cars with Carlo Hamilton next in eighth, clearly enjoying throwing his Falcon around on the mandatory Dunlops. Next up was Mark Dols in the second of the Marcoses, with Reitz in the Austin-Healey rounding out the top-10. Championship contender Norbert Gross was only 12th in his Ford falcon, the car not running well due to a mysterious problem. In CT07, the Mini Cooper class, René de Vries was on top, his 1:44,3 a full 1,3 seconds quicker than next man Rob Rappange. Languishing near the bottom of the timesheets was Edwin Dijkman. Unable to change gear in his MGB, he decided to retire from the meeting.
With the grid decided, let’s take a look at the championship situation. In order to do well in the NK HTGT points, three things are important. The first is to finish all the races, as there are no scratch results. The second is to compete in a well contested class, as every competitor that starts the race in your class gives you 0,2 bonus points. The third is of course to do well and preferably win your class. It 2016 the best supported classes were CT10 and GTS11, so the champion would most likely come from one of these. And so it proved, with Robert Hamilton of Silvertonhill scoring four out of four in the first points scoring races he was leading until the Historic GP at Zandvoort. There, he had a difficult weekend and it was Norbert Gross who scored two wins in CT10 and jumped into the lead with 69,4 points to Hamiltons 61,4. This meant that, barring any non-finishes, one of these two would take the title, with Gross having the best chance. Hamilton had a clear mission: to win his class twice. Gross needed to finish higher than fourth in his class. Normally not a problem for the man in the green Falcon, except the car wasn’t running right and the problem couldn’t be located. So we were in for an interesting couple of races.
Race 1
As the field congregated on the pre-grid, it was not just Dijkman but also Paul Lejeune in the Triumph TR4 who failed to appear. This meant two less competitors in GTS11, robbing Hamilton of 0,4 points. Not that he was thinking about that, focusing instead on winning his class and staying out of trouble. This he did, coming away cleanly in third. Kuiper had taken the lead form Michiel Campagne, who poked his nose inside the silver Corvette in the Bretelle and got ahead on the exit. Behind Hamilton, Jos Stevens had taken fourth ahead of his son Bob and Martin Bijleveld in the Falcon. In CT07, René de Vries had one of his bad starts and had fallen behind both Rob Rappange and Roger Ebdon, with Bert Mets also passing him shortly afterwards. At start-finish, Kuiper was back ahead of M. Campagne, then it was Robert Hamilton followed by father and son Stevens, Bijleveld and then Dols in the Marcos ahead of Carlo Hamilton (who by the way is unrelated to his namesake Robert). Richard Evans had moved up to 9th in his Marcos while Gross was going steady in 10th, ahead of a good battle for second in GTS12 which was led by Frans van Maarschalkerwaart in his Shelby Mustang, ahead of Sautter in her E-type and the Healeys of Reitz and von Wedel. At the back of the field, Rebecca Rettenmaier in the Alfa was holding off her sister Klara.
Michiel Campagne and Tom Kuiper were entertaining the crowds and themselves with constant place-swappingand synchronized drifting. Hamilton in his Marcos looked to be safe in third, the only one making any real progress was Evans who was now right behind Dols, having passed Hamilton’s Falcon. The two Healeys were having a good scrap, powering through the Bretelle side-by-side, while René de Vries had found some sort of pace and was trying to re-take Bert Mets for third in class.
Things were moving now, Kuiper and Campagne still ahead of Hamilton, but Stevens jr. was now in fourth, while Evans had taken Bijleveld, Dols and Stevens senior. Behind them there was a group with Sautter, Hamilton C., Gross and Van Maarschalkerwaart, Reitz having retired. Roger Ebdon was trying to reach Rob Rappange, their Minis being on the same sort of pace, but it was difficult to close the gap. Georg Nolte interfered in this battle. While Nolte moving up through the field in the Bizzarini, Ebdon was looking for a tow. This didn’t work out as Nolte had no clue were the Mini was as they braked for the Bretelle and closed the door. Ebdon decided to avoid hitting the frail Italian coachwork and instead had a mighty spin, being quite lucky as it could have easily become a roll. The downside was that Rappange had got away.
The battle for sixth was still going, Bijleveld now also part of the action as both he and Carlo Hamilton were doing a lot of sideways motoring in their Falcons, allowing Sautter and Dols to stay in contention. A hairy moment ensued while lapping the Rettenmaier BMW, Sautter getting stuck behind it while Dols passed on the Left and Carlo Hamilton on the right. Meanwhile, Roel Korsten in the Ford Mustang was reeling in Von Wedel and behind them, Georg Nolte was using the Bizzarini’s top speed to pass Frits Campagne in his Ford Falcon. Then it was Rappange who now had a safe cushion consisting of the Mustangs of Dirk Waaijenberg and Christian Dumoulin plus Erwin van Lieshout’s Porsche 911 to Roger Ebdon. Third in GTS10 was contested by Philippe Lambiliotte and Lars Bondesson in their Lotus Elans, just ahead of an MGB/Mini mix with Niek van Gils, René de Vries, Egbert Kolvoort and Bert Mets.
With the Corvette guys still doing their synchronized ballet act, Robert Hamilton was now being hotly pursued by Bob Stevens, who had speeded up because Evans was now right behind him. Sautter had re-passed Carlo Hamilton and Mark Dols. Bob Stevens nearly went off when Evans managed to pass him and moments later, the blue Marcos had also passed Robert Hamilton’s orange example. Meanwhile, Gross was right behind Carlo Hamilton, looking to take second in class, so the championship looked to be decided in his favour right there and then.
Michiel Campagne was first past the flag after 19 laps, 0,2 of a second ahead of GTS12 winner Tom Kuiper. Evens had set an amazing fastest lap of 1:36,1 to come third, 1,7 seconds ahead of Robert Hamilton, who thus came only second in class. Bob and Jos Stevens were next in their Elans, Bijleveld just pipped Sautter for seventh, happy with a class win. Mark Dols was 9th and Carlo Hamilton tenth with Norbert Gross 11th and third in class, well on his way to the championship. Rappange was the winner in CT07, from Roger Ebdon and René de Vries, while Rebecca Rettenmaier beat her sister Klara fair and square to win the interim touring car class. This was not the final word though, as Evans’ fast lappery prompted the scrutineers to have a look under the Marcos’ bonnet. This was inconclusive and upon being asked to remove the head, he admitted to running an oversize engine. That left no other option but to exclude him from the results, thereby promoting Robert Hamilton to first in class, Dols to second and Porsche-man van Lieshout to third. It also meant the battle for the championship was still on, Gross now on 76,8 points and Hamilton just 4,4 behind on 72,4. That meant the scenario was unchanged: Hamilton needed another win, Gross needed to come third or better in the final race on sunday.
Race 2
When the lights changed for the second race, Bob Stevens was already on his way, slotting his Elan into second. This wasn’t to last long, as not surprisingly he was shown the Drive Through Penalty board. So it was the two Corvette drivers who resumed battle at the front, with Robert Hamilton in third. Mark Dols had a good start and was in fourth for a short while, until repassed by Jos Stevens. Gross’ Falcon appeared to be its old self, powering past Jaap van der Ende and Carlo Hamilton to take the class lead, but it didn’t last long and he soon dropped back to third in class, with Roel Korsten and Frits Campagne ready to take advantage as soon as an opportunity would present itself. Meanwhile Ebdon had had a good start and he and Rappange were actually side-by-side contesting the CT07 lead. Michel Reitz had fixed his Healey and was going great guns, coming from last place he was in 16th after the first lap.
Again it was a good race for the spectators, with the two Corvettes alternating at the front, Jos Stevens and Mark Dols battling for fourth and then a group with Carlo Hamilton, Sautter, van der Ende, van Maarschalkerwaart and Gross, with Reitz and Bob Stevens closing in. Ebdon meanwhile was ahead of Rappange and managed to stay ahead, at least for the time being.
The main action was in the group that battled for sixth, sometimes with scant regard for track limits. Reitz was determined to pass them all, a little too determined as he pushed Rhea Sautter out of the way, causing her retirement. He had passed van Maarschalkerwaart’s Shelby as it ran wide and also took van der Ende, mission accomplished.
Further behind, Frits Campagne was again in close company with Georg Nolte, this time he was determined to stay with the Bizzarini as they had their own “battle of the pensionados”. Waaijenberg was battling with van Lieshout and Rappange had finally outfoxed Ebdon. Next it was Bondesson who with his trusty mechanic had worked through the night (once again) to perform an engine change on his Lotus Elan. Finishing was important to him inorder to secure the GTS10 class championship. Next up was the usual gaggle of René de Vries, Egbert Kolvoort and Bert Mets, until we lost Kolvoort with a broken driveshaft. And finally there were the Rettenmaiers, with young Jacob in the BMW leading his sister Rebecca in the Alfa GTA.
With the race coming into its closing stages, Bob Stevens had passed through the lower ranks of the top-10 with some fast laps, managing to pass Reitz’ Healey for sixth. The big V8’s were sliding about, van der Ende had dropped back, then came back as van Maarschalkerwaart had a big slide. Meanwhile Carlo Hamilton, who had been going more sideways than anyone, was forced to visit the pits – he received a Drive Through for his track limits infringements. This promoted Gross to second in class, meaning his championship was save.
Michiel Campagne again won the race, from Kuiper and Hamilton. Nezt up were Stevens father and son, split by Dols in his Marcos. Reitz was in seventh from CT10 winner van der Ende. Then came van Maarschalkerwaart with new champion Gross in 10th. Carlo Hamilton had changed his sideways style for some quick laps and managed to pass Roel Korsten for 11th. Nolte was ahead of Frits Campagne and Waaijenberg beat van Lieshout. Rappange again won CT07 from Ebdon. De Vries was third in CT07 and happy to be class champion. And Jacob won the Rettenmaier family battle from Rebecca.
All this meant that Norbert Gross is the 2016 FIA Dutch champion in the NK HTGT powered by Gamma. He has amassed 86,1 points to Robert Hamilton of Silvertonhill’s 83,4 so it was really close. The pairing of Martin Bijleveld and Jaap van der Ende took third in the final standings, after two strong class wins at Dijon-Prenois.

Norbert Gross Nederlands Kampioen HTGT 2016
Op het circuit van Dijon-Prenois werd de titelstrijd om het Nederlands kampioenschap voor historische toerwagens en GT’s (gebouwd voor 1966) beslecht. Robert Hamilton moest twee keer zijn klasse winnen in zijn Marcos 1800 om een kans te houden, terwijl Norbert Gross aan een paar derde plaatsen in de CT10 klasse voldoende zou hebben. Toch werd het spannend, want Gross’ Ford Falcon wilde niet lekker lopen, terwijl Hamilton na een paar tegenvallende races op Zandvoort weer de gangmaker in de GTS11 klasse was. Vooraan zorgden Michiel Campagne en Tom Kuiper voor spektakel door met hun Chevrolet Corvettes constant stuivertje te wisselen en dwars de bochten door te driften. Daarachter was het Hamilton die zijn Marcos-concurrenten Mark Dols en Richard Evans ruim voorbleef. Jos en Bob Stevens knokten om de vierde plaats in hun Lotus Elans, terwijl Carlo Hamilton (geen familie) en Martin Bijleveld om de leiding in CT10 vochten. Gross reed daarachter en hield zijn titelaspiraties in leven door Roel Korsten (Ford Mustang) en Frits Campagne (Ford Falcon) voor te blijven. Michiel Campagne won de race nipt voor Tom Kuiper met Robert Hamilton op plaats drie. Norbert Gross werd derde in de CT10 klasse en behield de leiding in de tussenstand, maar Hamilton had nog steeds een goede kans.
Op zondag gingen de twee Corvette rijders verder waar ze de vorige dag gestopt waren. Bob Stevens lag even tweede met zijn kleine Lotus, maar kreeg voor zijn al te enthousiaste start eendrive through penalty. Norbert Gross had een goede start, maar werd al snel weer voorbijgestreefd door mede Ford Falcon piloten Carlo Hamilton en Jaap van der Ende, terwijl Roel Korsten op de loer lag. Robert Hamilton deed wat hij moest doen en lag derde overall en eerste in zijn klasse. Toen Carlo Hamilton een drive through kreeg omdat hij met zijn dwarse stijl wat al te vaak met een paar wielen buiten de baan reed, was het pleit beslecht: Norbert Gross lag nu tweede in CT10 en de titel in het NK HTGT powerd by Gamma kon hem niet meer ontgaan. Michiel Campagne won opnieuw de race, voor Tom Kuiper en Robert Hamilton. Rob Rappange won op Dijon twee keer de kleine klasse in zijn Mini Cooper, voor Roger Ebdon en René de Vries.

Bumper entry for Historic GP

(voor Nederlands helemaal naar beneden scrollen)

Qualifying
As usual there was a bumper entry for Holland’s most important historic event with over 50 cars taking to the track in qualifying. Even though the NK HTGT was the second group to go out, there was already a lot of oil and powder on the track thanks to the historic F1 brigade. However, with 50 cars needing to qualify and a slot of just 20 minutes, going out early and setting a time immediately was a good strategy, oil or no oil. No young hotshoes were entered in any of the leading cars this year, and it was Michiel Campagne who set the pace in the Grand Sport Corvette, posting a 2:02,0. Second place was hotly contested and was alternately held by Graham Wilson and Sander van Gils in Lotus Elans, Tom Kuiper and Roeland Voerman in Corvettes and Hans Hugenholtz in his Cobra until Alex van der Lof made it his in the Bizzarini, posting a 2:02,3. Sander van Gils was third fastest on 2:04,2, but fluctuating oil pressure and the subsequent discovery of metal particles in the lubricant unfortunately meant he would take no further part in the weekend’s proceedings. Hugenholtz ended up fourth in the Cobra, just ahead of Kuiper and Voerman in their Corvettes. Patrick Koel was seventh in the beautiful Porsche 904. The CT10 battlewent between the usual suspects: Martin Bijleveld and Norbert Gross in their Ford Falcons. Bijleveld looked to have the upper hand, until Gross eked out a lap that was 0,16 of a second quicker. These two were way ahead of the number 3 in CT10, Stephen Perry. Young guns Olivier Hart and Joshua Waaijenberg in their Mustangs were a bit slow, just 6th and 9th in class, while Lars Esselius, all the way from Sweden, was in trouble, managing just a couple of slow laps in his Falcon. Nico Zonneveld set a blistering pace in his Morgan +4ss right at the start, but at the last moment it was Mark Dols who took the GTS11 pole by a full second, just before his Marcos’ fanbelt parted company, stranding him on the cooling down lap. Robert Hamilton of Silvertonhill only managed third in class, and even then he was lucky that Richard Evans only managed 5 laps before his Marcos expired. Next up was van Lieshout in the Porsche 911, with Egbert Kolvoort the fastest of the MGB brigade. René de Vries was very happy with a sub 2:10 lap in his Mini Cooper, the fastest he had ever been around Zandvoort, 17th overall and 4 places ahead of the pairing of Bert Mets/Nick Swift. Rob Rappange and Roger Ebdon were next up in CT07, a couple of seconds behind. With no Lotus Cortina’s entered, the intermediate touring car class was a fight between Adrian van Hooydonk in the “works” BMW 1800 and Thomas Ardelt in the Volvo Amazon, the BMW designer having the upper hand by some 4 seconds. Last of the bunch was Melroy Heemskerk in the Renault 4CV, a big step down from the Coloni F1 he was also driving at the weekend. Armand Adriaans had qualified his Corvette in 15th but had to withdraw from racing after an excursion in his Mustang in the another qualifying session led a couple of painful ribs.
Race 1
There were some empty spaces on the pre-gird for Saturday’s race, most notably Hugenholtz in the Cobra, but we also missed van Hooydonk and Alexandru Ciolan in the Mini. And we nearly lost another Mini when Roger Ebdons bonnet flew open on the warming-up lap. After a quick pitstop he rejoined at the back of the field. Lights out and it was Alexander van der Lof who took the lead ahead of Michiel Campagne. Tom Kuiper slotted into third ahead of Voerman and the fast starting Bas Jansen in the TVR Griffith. Norbert Gross took the lead in CT10, with Michael Koel as a handy buffer to Bijleveld, while Dols was just ahead of Zonneveld in GTS11. Olivier Hart tried to make up places by going over the grass while Adrian van Hooydonk joined the race from the pits. De Vries was way ahead in CT07 but Ebdon had made one of his lightning starts, propelling him into third ahead of Rappange, only to be black flagged, his bonnet still flapping. We also lost Voerman and Esselius at this stage, both in mechanical trouble. Van der Lof and Campagne made a great spectacle of it, as they did the previous year, Campagne taking the lead on lap 3. Kuiper was on his own in third, while Gross had moved up to fourth ahead of the TVR. Graham Wilson had steered his Lotus Elan past the GTS11 battle which was still led by Dols. Third in CT10 was being contested by Olivier Hart, Max Boodie (Mustang) and Stephen Perry (Falcon). Egbert Kolvoort was another visitor to the pits, rejoining after a quick check for damage, having tapped Michel Oprey (Shelby Mustang) into a spin. Rappange waseyeing second in class, moving in on Bert Mets, with Jac Meeuwissen in the Healey 3000 in close company of this pairing. Further down the field Ardelt in the Volvo was fighting it out with Köhnen in the Porsche 356, with Van Hooydonk and Oprey closing in. Newcomers Marc Nouwens (Austin Healey) and Dierk Adoms (MGB) were having a good scrap but this time it was not for last as they were ahead of Melroy Heemskerk, who was revving the little Renault’s heart out. Van der Lof regained the lead with a great outbraking manoeuvre on the inside at Tarzan, Perry passed Boodie and Ardelt was now only yards ahead of van Hooydonk, with Oprey and Köhnen just behind. Meanwhile Adoms was coming up to the chicane and straightlined it too much. The kerb launched his MGB into a triple roll, the car landing on its wheels. The hardtop flew off in the impact and it looked serious, but in fact the rollcage had done its job and after the medics had made sure he was alright, Adoms stepped out of the car.Meanwhile the safety car had been deployed and the decision was made to red flag the race, the result being declared after just seven laps. This was unfortunate for Campagne, who normally would have had plenty of opportunity to go for the win, but was now stuck in second. Kuiper was third and first in GTS12, quite a way ahead of Jansen in the TVR (7th overall) and Maarten Fokke in the fastest of the Shelby Mustangs. In fourth was Norbert Gross, winner of the big touring car class in his Ford Falcon. Patrick Koel was fifth in the GTP Porsche, ahead of GTS10 winner Graham Wilson who was way ahead of the other Lotus Elans of Haddon and Bondesson. Bijleveld and Hart were 8th and 10th, 2nd and 3rd in CT10, sandwiching GTS11 winner Dols. Zonneveld was second in GTS11 and Richard Evans had taken 3rd from Hamilton, whose Marcos seems to have lost its dominant speed together with its trick rear suspension. René de Vries took the win in CT07 in his Mini Cooper, from Rappange and Mets while Thomas Ardelt had used all of the track and a bit more in keeping his Volvo Amazon ahead of Adrian van Hooydonk in the BMW1800.
Race 2
For Sunday’s race we had lost Lars Esselius and his Falcon as well as Alex Korle and his Lotus Elan, both cars refusing to run properly. Van Hooydonk didn’t appear and understandably Adoms was missing as well. Ciolan and Hugenholtz were present however as was Nykle Meijer, not in an MGB or E-type but in Bas Jansen’s Ford Mustang. Voerman’s Corvette had been repaired and Andy Newall was in Rhea Sautter’s E-type so we had three quick GTS12 cars starting from the back. Van der Lof was first away, ahead of a very fast starting Kuiper (who would later be penalized 10 seconds for this) and Campagne. Behind them, things got very hectic, Zonneveld braking too late and blocking his wheels, leaving him no option but to take to the grass on the right before Tarzan, while the grass on the left was also frequented by some. Contact was made on several occasions, but everyone was able to continue, although Zonneveld had to visit the pits to have a rubbing front wing pulled clear. Campagne and Van der Lof continued their battle at the front. This time Campagne ruled out any surprises by making sure he stayed in thelead most of the time. Kuiper again was in third ahead of Gross while Dols had jumped to fifth, for which he would also receive a jump start penalty. Newall, Voerman and Hugenholtz were making great progress, Newall scraping the Jaguar’s tail against the wall in Hugenholtz corner while trying to go around the outside of a bunch of cars. Dols was leading GTS11 a long way ahead of Evans, whose Marcos was smoking again, while Hamilton made it an all-Marcos top-3. In CT07 Jonathan Lewis was leading with Nick Swift closing in, then it was Rappange from Klaas Span, while Ebdon had had a tangle that dislodged his rear bumper. Jaap van der Ende was second in CT10, from Frits Campagne, both in Falcons and Max Boodie in his Mustang. Olivier Hart had dropped a number of places in the melee at the start but was moving up, while Stephen Perry had sustained bodywork damage and pulled into the pits. Further back Cees Lubbers (Falcon) and Joshua Waaijenberg had a good scrap. In GTS12 things were very hectic as well. Pieter Boel initially led in his Shelby Mustang, from Bas Jansen’s TVR and Frans van Maarschalkerwaart in another Shelby. Voerman was leading the pursuers and did some demon overtakingmanoeuvres, at one point outbraking three cars in one go into Tarzan. Van der Lof managed to outbrake the Corvette Grand Sport into the chicane on a number of occasions and at one point the two leaders went through the long final corner side by side, but Campagne nosed ahead. Voerman was still going well in fifth, but Newall had reeled him in and was looking for a way past. Norbert Gross knew that he only needed to win his class to take the championship lead and made sure he didn’t get involved in any heated arguments, dropping a number of places. Frans van Maarschalkerwaart retired with a broken diff and Jac Meeuwissen also pulled into the pits, while Ciolan had a quick spin into Tarzan but was able to continue. Frits Campagne was having a good scrap with Roel Korstenin his Mustang and there was a great midfield battle, Lubbers keeping the door closed as usual for Niek van Gils (MGB), Harmen van Putten (Shelby), Rob Rappange, Lars Bondesson (Lotus Elan) and Nick Swift. By now we had a double yellow in the final corner because of a stranded Mustang. The marshals set to it, but their work was made rather difficult as most competitors hardly slowed down. The race director was not amused and sent out thesafety car. Things were cleared up in no time and the safety car was ready to come in when Bas Jansen’s TVR lost a front wheel in Scheivlak. He went a long way into the gravel trap, so the tow truck had to come out and thus the safety car stayed out. By this time 11 laps had been completed and we had another premature finish, with Campagne taking the win from Van der Lof. Kuiper was third past the post but his jumpstart penalty cost him four positions, the trio of Newall, Voerman and Hugenholtz moving up into the GTS12 top-3. Patrick Koel was sixth in the Porsche 904 after another solid race. Gross was 8th and again won CT10, thereby taking the championship lead from Robert Hamilton. Young Olivier Hart came second in CT10 from old hand Jaap van der Ende. Lewis was first on the road in CT07, but all the Mini’s were put on the weighbridge at scrutineering and several turned out to be underweight. With suitable penalties applied, Swift won the class from Rappange while Lewis dropped to third. In GTS11, Dols got lucky as his 10 second jumpstart penalty meant that he still won, from Evans and Hamilton. Niek van Gils was first non-Marcos home, from Erwin van Lieshout and Egbert Kolvoort. Graham Wilson had been going very well, outbraking van der Ende into the S-curve and moving up into fourth for a while, until he had to pit with a problem. This handed the GTS10 win to the other British Lotus Elan of Haddon, with Bondesson in second. Wilson still came third as Köhnen was penalized for not wearing flameproof underwear!
With just two races in Dijon to go, Norbert Gross now leads the points table at 69,4 points, from Robert Hamilton at 61,4. Nico Zonneveld is third on 52,4, closely followed by René de Vries/Jonathan Lewis on 51,2 and Lars Bondesson on 47,8.
Van der Lof en Campagne winnaars tijdens Historic Grand Prix

Net als vorig jaar ging de strijd in het NK HTGT powered by Gamma tussen Michiel Campagne in de blauwe Chevrolet Corvette Grand Sport van en Alexander van der Lof in de gele Bizzarini GT. Tom Kuiper deed zijn uiterste best om bij te blijven in zijn “gewone” Corvette, maar kon het tempo van de twee leiders niet volgen. Campagne en Van der Lof maakten er op de zaterdag een mooie race van, ze wisselden regelmatig stuivertje. Na zeven ronden zorgde een vervelend ongeval in de Hans Ernst bocht, met gelukkig alleen een zwaar beschadigde auto als resultaat, voor een neutralisatie van de wedstrijd. Het opruimen kostte veel tijd en dat leidde ertoe dat de race vroegtijdig werd afgevlagd. De winst ging zodoende naar Van der Lof. Norbert Gross won de grote toerwagenklasse in zijn Ford Falcon, René de Vries won bij de kleine toerwagens in zijn Mini Cooper en de tussenliggende klasse was voor Thomas Ardelt die in zijn Volvo Amazone de BMW 1800 van Adrian van Hooydonk versloeg. De zwaarbevochten GTS11 klasse was voor Mark Dols (Marcos 1800).
Op zondag ging het er bij de start hectisch aan toe, maar iedereen kon uiteindelijk zijn weg vervolgen. Campagne en Van der Lof zetten hunstrijd voort, maar Campagne was deze keer vastberaden zich niet te laten verrassen en zorgde dat hij voorop reed. Diverse rijders waren na problemen op de zaterdag achteraan het 50 auto’s tellende veld gestart en dat stond garat voor spektakel. Andy Newall (Jaguar), Roeland Voerman (Corvette) en Hans Hugenholtz (AC Cobra) haalden de ene na de andere concurrent in en reden al snel in de top-10. Een stilgevallen auto in de laatste bocht zorgde opnieuw voor een neutralisatie. Toen dat obstakel uit de weg was geruimd, verloor Bas Jansen een wiel van zijn TVR en daar moest de takelwagen aan te pas komen. Zo eindigde de wedstrijd opnieuw onder neutralisatie en deze keer werd Campagne beloond voor zijn inzet. Norbert Gross won opnieuw de CT10 klasse en nam daarmee de leiding in het klassement over van Robert Hamilton, die slechts een vierde en een derde plaats scoorde. Mark Dols was opnieuw de winnaar in GTS11 en de Mini-klasse was voor de snelle Brit Nick Swift in de auto van Bert Mets.